Archief van
Categorie: Azoren

Dag 5 – regen

Dag 5 – regen

Door lekker vroeg slapen gisteren zijn we ruim voor de wekker
wakker. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat opstaan makkelijk is, maar
de walvissen roepen ons! We zitten keurig om 8 uur aan het ontbijt en
na een valse start (Karin vergeet haar jas: toch wat onhandig als je
het water opgaat) rijden we om half 9 weg. Tien minuten later (we
blijven ons vergissen in hoe dichtbij alles hier is) staan we voor het
kantoortje van Aventuro do Pico. We krijgen er om iets over 9 uur de
(uitgebreide en in keurig Engels) briefing. Slecht nieuws: het is
zuidenwind en nogal fors ook, dus er de lookouts raden af het water op
te gaan. Ze hebben bovendien geen walvis of dolfijn kunnen ontdekken
tussen alle golfkoppen. Verzetten is het advies.

Gelukkig hebben we de mogelijkheid: een deel van de aanwezige mensen
moet morgen weer naar huis en baalt nog harder dan wij! We verzetten
naar morgenochtend en trakteren onszelf als troost op een kopje
vreselijk dure koffie (1 euro voor 2 koppen…). Daarna bedenken
we een alternatief plan. We pikken in het hotel de kaart op en de
resigids en beginnen aan een rondtocht over het westelijke deel van het
eiland.

Het weer wordt onderweg steeds slechter en hoewel het een mooie
route is hebben we er steeds minder zin in. Het dieptepunt komt op het
hoogste punt: bovenop de vulkaanwand die een prachtig uitzicht moet
geven op twee gekleurde meren, zien we geen hand voor ogen. In de
potdichte mist dalen we af naar Ponta Delgada.

Daar landen we uiteindelijk voor een erg late lunch in restaurant
Jordao, een klein snackbar/restaurantje, met werkelijk ontzettend
lekker eten. De reisgids heeft niets teveel gezegd. Martijn eet bijna
zijn vingers op bij de Bife a Casa en Karin krijgt Almaco Jack, een
ontzettend lekkere vis. Het eten is simpel maar ontzettend goed
klaargemaakt en we zitten heerlijk buiten… tot het bij de koffie weer
begint te regenen natuurlijk!

De lunch heeft wel iets goed gemaakt, maar we besluiten het voor
gezien te houden voor vandaag. We doen boodschappen en nokken af naar
het hotel. Daar lezen we, zien de heerlijk slechte film Dante´s Peak
(in het Engels, met Portugese ondertitels) en Karin maakt Martijn nog
maar eens af met een paar potjes Yathzee. We slapen vroeg: hopelijk
zijn er morgen wel walvissen!

Zeebeesten

Zeebeesten

Deja vu treedt in: alweer zitten we keurig om 8 uur aan het ontbijt
en rijden we om half 9 weg. We worden er inmiddels een beetje
melig van en echt geloven in walvis doen we niet meer. Het was vannacht
erg mooi weer, maar 10 minuten na het opstaan begon het alweer te
betrekken. We doen ons best om positief te blijven, maar in ons hoofd
bedenken we al alternatieven.

We zijn dan ook bijna verrast als de trip gewoon door gaat! De wind
is gedraaid naar het noordwesten, waardoor we in het zuidoosten op zoek
kunnen naar zeebeestenn. Na de 2e keer de briefing (in veel slechter
Engels, maar door een net zo aardig meisje), worden we in een regenpak
en zwemvest gehesen en mogen we aan boord. Buitengaats botst het er
aardig op los en we zijn zo´n 3 kwartier bezig voor we iets zien. Ook
dan is het goed zoeken: de walvis (spermwhale) lijkt eerder op een
ronddrijvende boomstam tot hij adem haalt en zijn karakteristieke spuit
laat zien. Hij is met 50 meter wel verrassend dichtbij. We klotsen
aardig door elkaar en 1 van de deelnemers heeft duidelijk last van
zeeziekte. Het valt niet mee om iets te zien, laat staan forograferen,
dus het is even later puur geluk als Karin de staartvin van de duikende
walvis vol in beeld heeft. Eindelijk: gelukt!

Staartvin in beeld betekent wel dat de walvis zeker voor 3 kwartier
verdwenen is, omdat hij is begonnen aan een extra diepe duik, dus we
gaan op zoek naar andere beesten. Die zien we eerst in de vorm van
spotted dolphin en daarna in een enorme groep common dolphin. De
biologe die mee is verteld ons dat je het aantal dat je aan de
oppervlakte kunt zien minimaal moet verdrievoudigen. Als dat zo is zijn
er om ons heen minimaal 150 maar eerder 300 dolfijnen! We genieten ook
hier met volle teugen. Martijn maakt kleine filmpjes en Karin doet haar
best om te fotograferen. Dat laatste lukt nauwelijks (lage boot, veel
golven en mensen in de weg), dus uiteindelijk is het gewoon genieten.
En afkoelen: het regenpak van Karin is lek waardoor haar broek kletsnat
is en ze langzaam in een ijslollie verandert.

Ondanks dat moeten we al veel te snel terug. Op de weg terug hebben
we echter ook mazzel. We zien veel vliegende vissen, waarvan een aantal
op een paar meter van de boot. Ze schieten als zilver-blauwe strepen
voorbij. Ook zien we een schildpad en Karin ziet een Portugees
Oorslogsschip, een roze kwal, die er uitziet of hij een zeiltje op
heeft gezet. Erg giftig, erg mooi.

Na 3 uur zijn we – helemaal zout van het water – terug in de haven.
Afspoelen, droge kleren aan en opwarmen. We beginnen daarna maar met
lunch en koffie en even bijkomen. Na een uurtje rijden we naar Furnas,
het plaatsje waar we eergisteren ook al waren. Er schijnt een erg mooie
tuin te zijn en het weer wordt steeds beter. Bloemen fotograferen in de
zon?

Nou, weinig bloemen, maar wel schitterende planten en bomen. De
parkachtige tuin, die ongeveer 20 hectare groot is, bevat groen uit
alle werelddelen. We dwalen anderhalf uur in de inmiddels erg zonnige
omgeving rond. Midden in de tuin blijkt ook een natuurlijke warm-water
bron met water dat goed is voor je huid. Er wordt veel gezwommen, door
kurende mensen.

Als we uitgekeken zijn, maken we een laatste stop bij de Sete
Cidades, de twee vulkaanmeren die gisteren zo mistig waren. Nu liggen
ze er in de avondzon prachtig bij. Om deze geweldige dag af te sluiten,
eten we opnieuw in Ponta Delgada bij restaurant Jodao. Die kok nemen we
maar mee naar huis, lijkt ons zo. Terug in het hotel werken we de site
bij en nemen nog een wijntje!

Rustig aan

Rustig aan

Op de laatste echte vakantiedag (morgen moeten we vooral reizen)
beginnen we met heerlijk uitslapen. We ontbijten laat en op ons
gemakje. Daarna overleggen we met een extra kopje koffie wat we verder
gaan doen.

Om te beginnen een derde en laatste poging om een meertje midden op het
eiland te bezichtigen. We zijn al twee keer afgehaakt op de weg er naar
toe. Eén keer door het weer en één keer door de route die we toen
gekozen hadden, dus we hopen dat het vandaag lukt. Iets naar het oosten
van ons hotel steken we recht naar het zuiden. We slingeren de berg op,
genietend van de uitzichten. Boen op de berg hangen de wolken, maar we
besluiten het maar af te wachten.

Dan komen we onverwacht een verwijzing naar een warmwaterbron tegen. We
zetten de auto aan de kant en tussen enorme varens en andere joekels
van groene bomen en planten (het doet ons een beetje aan Nieuw Zeeland
denken) komen we bij een plekje waar stoom uit de grond komt. Opnieuw
rotte eieren. Een stukje verder is een warm water waterval! In het
kunstmatig aangelegde bassin ervoor baden mensen. Het is er heerlijk
rustig, dus we genieten een tijdje van het groen en lachen om de
poedelende mensen.

Terug in de auto en verder de berg op blijkt er inderdaad op de top van
de berg niets te zien! Geen meer te bekennen, dus deze keer geen derde
keer scheepsrecht. We dalen af naar Villa Franco do Campo, een schattig
plaatsje met een aantal kerkjes vlak naast elkaar. We bekijken ze
allemaal (erg katholiek) en daarna komen we terecht in een kleine
“snackbar”, wat op de Azoren eigenlijk een klein, simpel restaurantje
is. Het zit er vol lokale mensen die er uitgebreid pratend, drinkend en
etend hun lunchpauze doorbrengen. De sfeer is geweldig en uiteindelijk
blijven we anderhalf uur zitten voor drankjes en een lunch.

Daarna bezoeken we nog één uitzichtspunt, een bijzonder fotogeniek
kloostertje dat uitkijkt over Villa Franco en de ananaskassen (mooi
woord). Bij de zovceelste bui die dag besluiten we dat het genoeg is.
We doen boodschappen, checken in het hotel vast uit en genieten de rest
van de dag van wat eten en drinken, Yathzee en een goed boek!

Terugreis

Terugreis

Het is wel de vakantie van het veel te vroeg opstaan! De wekker gaat op
het echt onmogelijke tijdstip van 5 uur. Als Karin slaapdronken naar de
badkamer strompelt en de deur open doet, schiet iets enorms, iets
donkers met teveel poten onder de deur vandaan. Gelukkig rent het bij
haar vandaan: zonder lenzen was het waarschijnlijk niet gelukt te
“ontsnappen” aan dit enorme beest. Tot haar verdediging: ze heeft niet
gegild… niet echt althans…
Gelukkig komt stoere held Martijn om de hoek kijken! Hij werpt er één
blik op, doet een snelle stap achteruit als het dichterbij komt en
besluit dat het eigenlijk geen kwaad kan. Wat een helden zijn we ook,
maar het is dan ook wel een JOEKEL van een kakkerlak.

Tijdens het wassen, aankleden en laatste spullen pakken blijven het
vrolijk rondrennende beest met een half oog goed in de gaten houden.
Muur, kast, weer muur, plafond… jieks en ineens op de grond! Als het
veelpotige ongedierte naar de deur rent, zwiept Martijn hem met de
deurmat soepel naar buiten. Zo, opgeruimd staat netjes!

Inmiddels moeten we toch weg, naar het vliegveld. Dat is veel minder
spectaculair. We gooien onderweg de tank vol en aangekomen checken we
in. Als we daarmee klaar zijn is Ilha Verde (verhuurbedrijf) open en
leveren we de sleutels in. Daarna gaan we door de douane. De luchthaven
van Sao Miguel blijkt groter dan we dachten en Martijn neemt dankbaar
een kopje koffie.
De vlucht verloopt zonder problemen. De luchtvaartmaatschappij van de
Azoren heeft onze bagage niet kunnen doorlabelen voor de vlucht naar
Nederland, dus we pikken onze tassen op, lopen naar buiten en door een
andere ingang weer naar binnen en checken in. Daarna zien we een
mini-café aan de overkant, waar we iets drinken.

Dan maar door de douane. Inmiddels wil Karin ook koffie, dus in de rij
voor het echt vreselijk trage koffie-apparaat dat bediend voor door een
aardig meisje dat zichtbaar is geintimideerd door die rij
over-kritische Nederlanders. Als de officiele boardingtijd nog lang
niet is aangebroken, wordt er ineens omgeroepen of alle overgebleven
passagiers zich OOK willen melden. Een beetje schuldig en met nog net
een flesje water, haasten we ons door de incheck heen. Hup aan boord en
uiteindelijk gaan we drie kartier voor de geplande tijd de lucht in! De
vlucht verloopt soepel. We zitten in een enorme kist (767-300) waar
nauwelijks mensen in zitten, dus we verkassen vrolijk naar het raam.

Ruim een uur voor officiele aankomsttijd landen we en binnen no-time
hebben we onze bagage. Dan blijkt ook nog dat we een welkomstcomitee
hebben dat ons ophaalt! Helemaal tevreden slapen we ‘s avonds weer in
ons eigen bedje!

De Azoren in bloei

De Azoren in bloei

Begin juni schijnt een mooie tijd te zijn om de eilandgroep in de
Atlantische oceaan te bezoeken. Veel bloemen en vogels, nog voor
de echte toeristenpiek, een redelijke kans op lekker weer en midden in
het walvisseizoen.

Tijdens deze reis, geboekt via de ANWB en verzorgd door Holland
International, bezoeken we Terceira (3 nachten) en Sao Miguel (4
nachten). De overnachtingen zijn geregeld, we hebben een huurauto tot
onze beschikking op beide eilanden en er is een walvisexcusie geboekt.

Zelf hebben we nog een (auto)kaart van de eilandengroep aangeschaft en
een extra reisgids (Bradt, 2007). Bovendien heeft een paar uur Googelen
ons onder andere geholpen aan goede reisverslagen, met handige tips. We
zijn dus goed voorbereid en heel benieuwd!

Dag 1: naar Terceira

Dag 1: naar Terceira

De wekker gaat echt veel te vroeg. Op het volkomen belachelijke
tijdstip van half 4 komen we slaapdronken ons bed uit. Gelukkig staat
alles klaar en na een kopje thee worden we keurig op tijd opgehaald
door de bestelde taxi. Ongeveer 20 minuten later staan op op Schiphol
in vertrekhal 3. Het inchecken verloopt soepel. Helaas zijn er alleen
nog stoelen aan het gangpad, maar als we uiteindelijk om half 6 in het
vliegtuig zitten blijkt dat niet zo erg. De stoelen staan bij ArkeFly
wel ERG dicht op elkaar!

Na ruim 4 uur vliegen landen we op de luchthaven van Terceira,
midden in een bui met uitzicht op een prachtige regenboog. We halen de
koffers en de auto op en ongeveer drie kwartier later zijn we op weg
naar Quinta do Martelo, ons hotel voor de komende nachten.

Het eiland is klein: we zijn in een half uurtje aan de andere kant.
Het is overal erg groen. De akkers en weilanden zijn van elkaar
gescheiden door stenen muurtjes. We zien ook hortensia´s langs de weg,
al vermoeden we dat het over een maandje nog mooier is. Het hotel
vinden we door goed te letten op miniscule bordjes en letters die op
bushokjes en muren zijn geschilderd.

Quinta do Martelo is een oude boerderij, uit de 16e eeuw, die
helemaal in oude stijl is hersteld. We slapen in een van de oude
woonhuizen, ingericht in de tijd van het soort huizen in de 19e eeuw.
De kamer heeft een groot bed, een badkamer, houten luiken en een gebrek
aan warm water. Maar het is er heerlijk stil en schoon. Over bed
gesproken: het roept eigenlijk wel. Het is hier pas 11 uur, maar op de
Azoren is het 2 uur vroeger en we zijn al heeeeel lang wakker.

We besluiten dat meteen slapen eigenlijk zonde is en bovendien
hebben we wel trek, dus we vertrekken naar Angra do Heroismo (baai van
de heldenmoed), kortweg Angra, de hoofdstad van Terceira. Het is
een erg leuk plaatsje: het centrum is tot wereld erfgoed benoemd en
overal langs de met kleine steentjes bedekte straten en stoepen zijn
kerkjes (we tellen er al 7 na 10 minuten rondrijden), winkeltjes en
woonhuizen. We strijken neer aan de haven, waar we in alle rust
(buiten, maar onder een afdak, want zon en regen wisselen elkaar elke
10 minuten af) lunchen.

Na het eten wandelen we nog wat rond, bekijken de kathedraal en
landen uiteindelijk rond 3 uur in het hotel. Daar vallen we alsnog als
een baksteen in slaap. Na 2 uur gaat de wekker: nog niet helemaal
uitgeslapen, maar wel iets wakkerder vertrekken we naar de
welkomstbijeenkomst van de hostess. Na het gebruikelijke praatje en de
nog gebruikelijkere `intelligente` vragen van de aanwezigen, krijgen we
van de hostess onze tickets naar Sao Miguel (zaterdag), belooft ze uit
te zoeken hoe het dan met onze lunch en excursie op die dag zit en
boeken we een (extra) walvisexcursie. De weerverwachtingen vertellen
ons dat vrijdag de beste dag zou moeten zijn, dus we zijn benieuwd.
Voorlopig is het nog steeds elke 10 minuten raak (regen – zon – regen –
zon etc.) dus met de auto rijden we naar Angra en eten een hapje in
hotel-restaurant Beiar Mar. Niets mis mee: niet heel bijzonder, maar
misschien komt dat ook door onze vermoeidheid. Terug in het hotel gaat
letterlijk en figuurlijk binnen 10 minuten het licht uit. Eindelijk:
slapen!

Eilandtour

Eilandtour

Veel vroeger dan de wekker, maar na een uitstekende nacht slaap
ontdekken we dat er nog steeds geen warm water is. Brrrr: het douchen
slaan we dan maar even over. Na wat ´poedelen´ ontdekken we dat het
ontbijt (een gebouw verderop) ook helemaal in traditionele stijl en erg
lekker is. Er zijn verschillende broodsoorten en kazen, worsten en
jammetjes die allemaal van de boerderij komen. Zelfs Karin eet een
uitgebreid ontbijt. De warme verse citroenthee smaakt ook uitstekend en
weer helemaal vrolijk (lach niet: douche jij lekker in koud water?!)
stappen we in de auto.

Vandaag staat een eilandtour op het programma. We trekken in een
boog langs de hele westkust van het eiland. Het duurt ongeveer 15
minuten voor we helemaal verliefd zijn op het uitzicht op zee, de
schattige, vaak vrolijk gekleurde hiusjes, de net zo vrolijke kerkjes
(allemaal met 2 zwart-wit gestreepte torentjes) en het feit dat het
overal heerlijk stil en rustig is.

Kleine haventjes, uitzicht op zee: we stoppen ongeveer elk
kwartier voor een fotosessie. Ons beginpunt is Angra en vandaar rijden
we eerst naar Cinco Ribeiras. Daar hopen we een lokale
pottenbakkerswinkel te kunnen bekijken, maar die ziet er zo gesloten
uit dat we ondanks het bordje ´aperto´ (open) toch verder rijden. We
duiken op aanraden van de reisgids een zijweggetje richting het water
in en voor we het weten zitten we op een schattig weggetje dat ons
slingerend tussen de stenen muurtjes uiteindelijk naar een kerkje
brengt waar de heilige maagd gezien zou zijn.

Als we weer op de doorgaande weg (70 of 50 kilomter per uur, max.)
zitten, rijden we met een aantal fotostops naar Altares, waar we
lunchen in restaurant Caneta. We maken kennis met de ´alcatra´, de
lokale stoofschotel met vlees, kip of vis, die op feestdagen gegeten
werd. Erg smaakvol, uitstekend klaargemaakt en Martijn geniet. Karin
vindt het iets minder: het blijft toch gestoofd draadjesvlees!

Na de lunch is het rond 2 uur en het weer is inmiddels hard
achteruit gegaan. De zon laat zich steeds minder zien en het is harder
gaan waaien. We hebben niet veel hoop op uitzicht, maar de mogelijkheid
om de Santa Barbara (een 1021 meter hoge vulkaan) op te rijden laten we
ons niet ontnemen. Halverwege hebben we nog een aardig uitzicht, maar
uiteindelijk rijden we de voorbijrazende wolken in. Dichte mist dus en
bovenop aangekomen zien we nauwelijks 50 meter ver. Het waait er
keihard en we blijven lekker in de auto. Het is geen straf om weer naar
beneden te rijden, vooral omdat het een leuk weggetje is, met bloemen
langs de kant en af en toe koeien erop!

In Biscoitos (´biscuitje´) zorgt het weer voor een spectaculair
uitzicht. De plaats is genoemd naar de ronde, zwarte lavarotsen, die
met een beetje fantasie de vorm van koekjes hebben. De
kust is ruig en het water slaat met donderend geraas
is enorme fonteinen op de kust. We waaien heerlijk uit en
genieten van het uitzicht.

Na deze laatste kuststop rijden we het binnenland in. We willen
proberen om de fumaroles (de gaten in de grond waar de vulkanische
gassen uit naar boven komen) te gaan bekijken. Aangekomen bij de plaats
waar dat mooi schijnt te kunnen (Furnas do Enxofre), zien we geen hand
voor ogen door de mist en regen en rent een groepje
verzopen Portugezen terug naar de auto. Eh, we slaan bij nader
inzien toch maar even over…

Het is inmiddels half 4 en we willen nog wel even niksen. In een
half uurtje zijn we weer op de thuisbasis: het blijft toch echt een
klein eiland! Terug in het hotel blijkt er nog steeds geen warm water,
maar na een telefoontje lost de eigenaar dat snel voor ons op. Helaas
weet hij ons een half uurtje later ook te vertellen dat de
walvisexcursie voor morgen is gecancelled. Maar willen we misschien een
stierengevecht zien? Er is er nu één, voor op straat. Karin
slaat over, maar Martijn is wel nieuwsgierig. En gelukkig is het
een stuk diervriendelijker dan de versies die we uit de verhalen
kennen. De stier zit aan 2 lange touwen vast, maar krijgt redelijk de
ruimte. Het is de bedoeling dat je als stoere local (man uiteraard: er
is geen vrouw te bekennen) langs of voorbij de stier rent en niet
geraakt wordt. De stier wordt niet gewond of gedood: de enige die een
risico loopt zijn de voorbijrennende mannen!

Uiteindelijk is het etenstijd en rond 7 uur eten we in ons eigen
hotel. Opnieuw alcatra, maar deze keer met kip. Ook weer erg smaakvol.
Het restaurant is net als de rest van het hotel ingericht in ´oude´
stijl, inclusief oude radio, waar werkelijk een afschuwelijk
kattengejank uit komt. Normaal kunnen we lokale muziek wel op waarde
schatten, maar dit is gewoon vals en klinkt nergens naar. Melig
bedenken we onze eigen teksten op het gejammer en we zijn blij als het
na een half uurtje stilvalt. Na een kop koffie / verse citroenthee
(lekker!) vertrekken we naar de kamer. We zijn blij met de electrische
verrijdbare cv, die de ergste kou uit de kamer haalt. We slapen rond
half 11: bekaf, maar erg tevreden met een leuke, volle dag.

Eilandtour – deel 2

Eilandtour – deel 2

Met de walvisexcursie gecancelled besluiten we na het ontbijt een
herkansing te wagen bij de fumaroles: we willen toch meemaken dat we op
een vulkanisch eiland zitten! Het weer is echter zo mogelijk nog
slechter dan gisteren, dus we zijn niet heel optimistisch over de
slagingskans. Maar: niet geschoten altijd mis, dus op naar die giftige
gassen!

Daar aangekomen zien we zowaar waar we heen kunnen lopen en het is
droog…. voor ongeveer 30 passen het paadje op. Die paar druppels
houden ons natuurlijk niet tegen! Als we halverwege zijn komen we er
achter dat we niet kunnen afslaan naar het schuilhutje… Om een lang
verhaal kort te houden: we zien toch zeker 1 giftige gasvlaag voorbij
komen voordat we in sneltreinvaart terugglibberen naar de auto. Zeiknat
en modderig komen we daar weer aan… Erg de moeite waard zo´n
fumarole…

Als we de jassen hebben uitgehangen op de achterbank, de beslagen
ramen hebben schoongemaakt en Karin klaar is met (volkomen onterecht)
Martijn de schuld geven, besluiten we dat we klaar zijn met het
binnenland van Terceira. De kust geeft nog een klein beetje kans op
droog, dus we rijden naar de noordkust. Daar slaan we rechtsaf en in
een flauwe boog trekken we langs de oostkust naar beneden. Hoewel
dichter bevolkt dan de westkust, is ook deze kuststrook erg mooi. We
lunchen in Praia da Vitoria, een schattige plaatsje, waar we voor 5,50
(totaal) van 2 sandwiches, 2 espresso en 2 cappucino genieten. We
denken nog heel even dat er een foutje is gemaakt, maar het is dus echt
zo dat de Azoren erg goedkoop kunnen zijn!

Via de kust rijden we naar Porto Martins en van daar uit naar Sao
Sebastiao. Elk dorpje heeft hier niet alleen een kerk, maar ook een
´imperio´, een klein, erg rijk versierd gebouwtje dat de
heiligenbeeldjes bevat die eens of meerdere keren per jaar op
feestdagen door het dorp worden gedragen. S. Sebastiao heeft een erg
mooie, met afbeeldingen van bloemen en eten! We vervolgen de weg naar
Porto Judeu en daar breekt de zon door! Voor we het weten zijn we
weer terug in Angra. De zon schijnt nog steeds en voor het echte
vakantiegevoel landen we met een drankje op het terras aan de haven,
waar we op dag 1 ook al lunchten. We keutelen heerlijk 2 uurtjes.
Daarna rijden we naar hotel Caracol, waar we de site bijwerken. We
hebben hier ook om 6 uur afgesproken met de hostess, die ons ons geld
terug komt brengen van de gecancellede excursie en ons hopelijk kan
vertellen hoe het met de excursie en lunch op Sao Miguel zit. Morgen
vliegen, om 9:30 plaatselijke tijd!

Naar Sao Miguel

Naar Sao Miguel

Gisteravond aten we bij pizzeria Elio, nadat we van de hostess ons
geld terug hebben gekregen en de bevestiging dat de walvisexcursie
verzet is naar zondag. De lunch kunnen we gebruiken op een dag dat ons
uitkomt: bij aankomst zal er een brief liggen bij de autoverhuurder
Ilha Verde (groen eiland). Terug in het hotel checken we vast uit: de
sleutel kunnen we gewoon op de kamer laten. Vroeg slapen.

De wekker gaat op het vrij verschrikkelijke tijdstip van half 7. Dat
lijkt op gewone werktijden, dus niet echt een succes. Het helpt dat er
gewoon warm water is en dat er in de gang een eenvoudig ontbijt
klaarstaat. Keurig om half 8 rijden we richting de luchthaven. Ondanks
tanken onderweg zijn we er binnen een half uur. We herhalen: het zijn
niet echt de afstanden!

Auto inleveren, inchecken en in een doodstille boardingruimte zitten
we vervolgens te wachten op onze vlucht naar Ponta Delgada op Sao
Miguel. Er druppelen meer mensen binnen en het wachten duurt wat langer
dan gepland. Uiteindelijk lopen (jawel lopen) we een half uur later dan
gepland nmaar het vliegtuig. We zuchten wat: de vertraging is nu al
begonnen. Voor we uitgezucht zijn zitten we al in de lucht: 10 minuten
nadat we mochten boarden. Kleine vliegtuigjes en binnenlandse
vluchten hebben hier zo hun voordelen!

35 minuten later zijn we op Sao Miguel en nog een half uur later
zitten we in de auto naar het plaatsje Santana (vlak bij Ribeira
Peixa), waar we logeren in Quinta de Santana. Het hotel bestaat uit een
enorme tuin en verschillende appartementachtige kamers, die in huisjes
verspreid over het terrein liggen. Onze voucher wordt weggewuifd, het
ontbijt is van 8 tot half 11 en als we ´s avonds willen eten dan moeten
we voor 13 uur onze bestelling opgeven. We krijgen een apparaatje
waarmee het hek open gaat waarachter we de auto kunnen parkeren en als
we nog vragen hebben moeten we maar langskomen. We voelen ons erg
welkom en de kamers zien er leuk en zonnig uit.

Op de kamer lezen we de welkomstbrief van de hostess. Bij onze
pakketreis hoort een lunch en we moeten bellen als we er zijn, om het
restaurant te reserveren. We willen eigenlijk vandaag wel
lunchen in Ribeira Granda, bij restaurant Alabote. De hostess
regelt het terwijl we aan de telefoon zitten en 10 minuten later zitten
we in de auto. In Ribeira Grande zoeken we ons in eerste instantie
helemaal suf in het overiges meer dan schattige dorpje: waar ZIT dat
restaurant?! Tot er een lichtje opgaat: alabote, ala bote… bij de
bootjes? En inderdaad: vlak bij het water is het raak.

De lunch is uitgebreid en ´vissig´. Karin geniet van grote garnalen
in knoflook en zwaardvis met een wat vage saus. Martijn heeft een
beetje pech met een vage carpaccio en een erg droge viscombi. Het
uitzicht is wel geweldig en we nemen er de tijd voor. Uiteindelijk
vertrekken we rond kwart over 2.

We besluiten tot een rondje gedeelte-van-het-eiland. Om te beginnen
rijden we naar een spectaculair uitzichtspunt bij een vuurtoren,
iets ten noordoosten van Ribeira Grande. Daarna slingeren we over de
hoofdweg (zo mogelijk nog mooier dan op Terceira, hoewel iets verder
van de zee) verder naart het oosten. Het weer is redelijk: het is droog
en heeeeeel af en toe is er even zon. Een stukje verder komen we
bij de enige theeplantage die Europa rijk is, Cha de Gorreana! De
rijen theestruiken zijn een volkomen onverwacht gezicht en we maken
vanaf verschillende plaatsen vanaf de weg plaatjes. Daarna besluiten we
toch ook maar even in de fabriek te kijken. We kunnen alle apparaten
bekijken en gratis thee proeven. Hoewel er drie smaken zijn en ijsthee,
proeven we eerlijkheidshalve eigenlijk nauwelijks verschil, hoewel de
thee wel lekker zacht is.

Na deze stop buigen we iets verder oostelijk af naar het zuiden,
richting Furnas. De weg is ineens beroerd, al zijn ze hard aan het
werk (zelfs op zaterdag) om daar verbetering in te brengen. Een paar
kilometer voor Furnas staat een afslag naar een uitkijkpunt. We zijn er
al bijna voorbij (toch niets te zien door het weer), als we besluiten
alsnog een gokje te wagen (wie weet). Het uitzicht is fenomenaal. We
zien Furnas (per verrassing in de zon) en het enorme kratermeer ernaast
en zelfs de pluimen van de stoom die uit de grond komt. Dat willen we
wel van dichtbij bekijken!

Door Furnas heen rijden we naar het meer, waar over de
oppervlakte van ongeveer 200 vierkante meter borrelende
modderpoelen, stoompluimen, superhete grond en kokend water te zien
zijn. Het is niet heel groot, maar wel spectaculair. We bekijken en
fotograferen alles uitgebreid en eten dan een ijsje.

Inmiddels is het al half 6, dus tijd om even gas te geven. De
zuidkust trekt aan ons voorbij. We rijden uiteindelijk – met de nodige
fotostops – door naar Lagoas waar we boodschappen doen. We
slaan stokbrood, wijn, kaas, fruit en nootjes in, in een enorme
supermarkt. Daarna zijn we in ongeveer en half uur terug in het hotel,
waar we uitgebreid genieten van het eten, het drinken en een aantal
potjes Yathzee.

De eigenaresse van het hotel is zo vriendelijk om haar pc af te
staan, zodat we deze lange dag kunnen beschrijven. Daarna is het
tijd om te gaan slapen: morgen hopelijk walvissen en dolfijnen!