Archief van
Categorie: Nieuw Zeeland

Dinsdag 17 januari – vliegen

Dinsdag 17 januari – vliegen

Ondanks dat we allebei nog gewerkt hebben op maandag, is het redelijk relax vertrekken op dinsdagochtend. De wekker staat vrij vroeg, zodat we ook nog even een kop thee kunnen doen. Het blijkt tot ons genoegen koud, druilerig weer: dat gaan we allemaal achter ons laten! Dat plezier is snel over als we buiten in de kou in onze te dunne jas op de bus staan te wachten. Een bus die ALS hij eindelijk komt, zo vol is dat we er niet meer in kunnen. Gelukkig gaat een straat verderop een andere bus en omdat de sneltrein naar Schiphol vertraging heeft (zodat we nog mee kunnen) zijn we uiteindelijk zelfs vroeger dan gepland op Schiphol.

Daar checken we in, halen het groepsvoucher op voor het hotel in Kuala Lumpur en maken kennis met een deel van de groep. Met ruim een half uur vertraging vertrekken we uiteindelijk: 11 uur vliegen naar Kuala Lumpur. Onderweg zien we allebei twee films (Corpse Bride een Just Like Heaven) en proberen we wat te slapen. Op naar Maleisie!

Donderdag 2 februari – naar Fox Glacier

Donderdag 2 februari – naar Fox Glacier

Opnieuw een vroege start, om 8 uur, maar als we horen wat er op het programma staat hebben we het er graag voor over. Vandaag gaan we gletchers zien. Zo ver is het alleen nog niet; eerst rijden we naar Hokitika. Een leuk plaatsje voor boodschappen (ontbijtjes inslaan), Kiwi’s kijken en souvenirs shoppen. Een van de reisgenoten haalt bovendien een tetanus-prik, omdat ze bij het vallen haar vingertopje bijna kwijt is geraakt!

De kiwi’s slaan we over (door een miscommunicatie denken we dat het veel duurder is dan het uiteindelijk bleek te zijn), maar we drinken koffie, proberen even te Internetten en dwalen wat langs de verschillende souvenir-winkeltjes. Vooral de hangers in been, parelmoer, jade of hout, met verschillende Maori-symbolen, zijn erg mooi overal en ook het houtsnijwerk is de moeite waard. Na ongeveer 2 uur rijden we verder. Colin wijst ons op verschillende gekke verkeerssituaties die we onderweg tegenkomen (treinspoor over een rotonde, trein en auto over een brug etc.) en slaat na een uurtje links af waardoor we ineens midden in een regenwoud terecht komen! De weg komt na 700 meter uit bij een gletcher-meer. Mt Cook kunnen we helaas niet zien, maar het is er lekker rustig en de oude stoom-schuit die langs het meer ligt, is leuk om te bekijken.


De volgende stop is een ontzettend leuk souvenirwinkeltje van een Nederlandse dame. Er liggen enorm veel zelfgebreide truien, maar ook allerlei prachtige hangers en andere leuke dingen. Bijna niemand komt er weg zonder iets te kopen en als afsluitingen moet een hele rits mensen in een meterslange trui op de foto. Afijn, er zijn vast ergere dingen…;-)
Daarna rijden we in een stevige ruk door naar de Franz Joseph Gletcher, waar we eerst koffie drinken, een wc-stop houden etc, en daarna doorrijden naar de gletcher zelf. Daar lopen we in ongeveer 3 kwartier naar de voet van de gletcher. Een ontzettend mooie wandeling (gelukkig niet zwaar) en het is indrukwekkend om de gletcher (een van de weinigen op aarde die weer groeit overigens!) steeds dichter bij te zien komen. Als het zonnetje er uiteindelijk ook weer bij komt en de wolken wegtrekken is de dag compleet. Moe maar voldaan rijden we daarna door naaar Fox Glacier, waar we in een schattig piepklein huisje zitten. De BBQ ‘s avonds is lekker en erg gezellig en met een stvig wijntje achter de kiezen duiken we uiteindelijk het bed in.

Woensdag 18 januari – Kuala Lumpur en nog meer vliegen

Woensdag 18 januari – Kuala Lumpur en nog meer vliegen

Om 7 uur plaatselijke tijd (zeven uur later dan in Nederland) landen we, behoorlijk brak, op de werkelijk schitterende luchthaven van Kuala Lumpur. Daar proberen we onze boarding passes te krijgen (onze bagage is al doorgelabeld), maar dat blijkt nog te vroeg. Na flink zoeken vinden we de douane (de truc: we zitten in een bijgebouw en moeten EERST met een treintje naar het hoofdgebouw) en daar doorheen (stempel!) worden we opgewacht om met een bus naar Hotel Equatorial te gaan. Probleempje: er staan maar 14 mensen op de voucher in plaats van 18…
Dat hadden we al gezien, maar in Nederland was ons verzekerd dat het goedkwam. Niet dus. Uiteindelijk gaat Karin met reisgenote Elise terug door de douane (tegen het verkeer in) en regelt bij de servicebalie een akkoord voor 4 personen en bijbehorende kamers extra. Dan mogen we mee en drie kwartier rijden later (langs tropische palmbossen en tussen de reclameborden door) komen we bij het luxueuze hotel Equatorial aan.


Na snel opfrissen (we durven niet te gaan zitten uit angst dat we meteen in slaap vallen) pakken we met 10 mensen in totaal drie taxi’s voor een drie uur durende stadsrondrit. We zitten met reisgenotes Elise en Judith in de taxi en al snel gezellig te kwekken. Het blijkt erg leuk: we zien het paleis van de koning (Maleisie heeft 14 regio’s, elk bestuurd door een gekozen sultan, die onder de koning vallen), de twee, eigenlijk drie beroemde torens (de KL Tower, die we ook op gaan, met een schitterend uitzicht, en de Petronas Towers), Independence Square, de nieuwe moskee en China Town, waar we ook nog een drukversierde Hindoe-tempel zien. Dat alles in de snikkende hitte: het is bijna 34 graden met een enorme luchtvochtigheid. Gelukkig heeft de taxi airco.


Na drie uur en een half uur, rond half 2, zijn we terug bij het hotel en helemaal op. We douchen, bestellen een sandwich op de kamer en vallen daarna als een blok in slaap. Om 5 uur worden we gewekt door de receptie. Buiten blijken de tropen zich te laten gelden: het regent alof iemand de douche heeft aangezet. Om 6 uur staat iedereen beneden om naar het vliegtuig te gaan. De vlucht blijkt een uurtje vertraagd, maar met wat eten een kop koffie is de tijd goed door te komen. Opnieuw tijd voor veel uur vliegen. We komen de tijd door met meer films (Wallice & Grommit and the Wererabbit en respectievelijk The Brothers Grimm – Martijn – en The Excorscism of Emily Rose – Karin) en slapen. Bijna in Nieuw-Zeeland!

Vrijdag 3 februari – Lake Matheson en Fox Glacier

Vrijdag 3 februari – Lake Matheson en Fox Glacier

De vrijdag begint mistig en erg bewolkt, dus we draaien ons om te beginnen nog maar eens om. Een uurtje later worden we wakker van de zon, dus hup, eruit! Tijd voor spiegelmeer Matheson, door heel Nieuw Zeeland bekend om de grote kans op glad, rimpelloos, spiegelend water en bij mooi weer dan ook de spiegeling van Mt Cook!

Het begin van de meer-wandeling is een aantal kilometer verderop en onderweg zien we Mt Cook uit de wolken komen. Helaas verdwijnt de top weer net zo snel een paar minuten later en tegen de tijd dat we bij het meer aangekomen zijn, zijn we teleurgesteld: wind (dus geen spiegeling), geen Mt Cook en uiteindelijk zelfs een buitje! We druipen (letterlijk) af om koffie en als troost een heerlijk chocolat-chip cookie te gaan halen.

Colin haalt ons zoals beloofd om kwart voor 12 op voor de eventuele helicoptervlucht met wandeltocht over de gletcher, maar het is zelfs ons leken duidelijk dat de kans dat het doorgaat heel klein is. En inderdaad: er wordt zeker tot 3 uur niet gevlogen, dus we schrijven ons in voor de herkansing om 3 uur. Met enige hoop, want de lucht wordt steeds meer blauw.

We Internetten wat, lezen een boekje en drinken een kop thee. Om 3 uur zijn we hoopvol: de gletcher ligt in de wolken, maar het klaart hard op… Gespannen wachten we tot kwart voor 3 om dan alsnog de mededling te krijgen dat het niet doorgaat. De rest van de groep (met uitzondering van Elna en Isabel die al een hele dag aan het wandelen zijn en Jannie die wacht op een vlucht zonder wandeling) gaat meteen op pad voor een halve dag wandelen, maar dat is ons te gortig (ivm knieen). Wij doen in plaats daarvan boodschappen, spelen Yathzee in het zonnetje (heel flauw; waarom willen die wolken nu niet weg?!) en nemen uiteindelijk maar een hapje en een drankje erbij. Een rustdag is ook niet erg tenslotte.

We zorgen dat om half 8 het eten klaar is, zodat Judith en Elise kunnen aanschuiven. Ze hebben het erg mooi gehad, maar het was (voor Karin) een goede beslissing om niet mee te gaan; het was een zware tocht! Na het eten spelen we met z’n vieren nog een potje Yathzee. Bij de zonsondergang komt Mt Cook ineens uit de wolken voor een kwartiertje en we schieten snel wat plaatjes. Daarna genieten we van de maan en de immens mooie sterrenhemel die te voorschijn komen. Het Zuiderkruis, Alpha Centauri (A en B), Orion (op z’n kop) en een geweldige melkweg. Alsnog tevreden vallen we in slaap!

Donderdag 19 januari – Auckland en Waiheke Island

Donderdag 19 januari – Auckland en Waiheke Island

Om ongeveer 13 uur plaatselijke tijd landen we in Auckland. Het is inmiddels 12 uur later dan in Nederland en onze tijdklok is de weg redelijk kwijt. Het weer in Auckland is niet denderend: 16 graden en regenachtig. We vinden het niet zo erg: Kuala Lumpur was wel erg overdreven! We worden opgehaald door reisleider Colin (of Cor), die – zoals zijn accenten verraden – een Groninger is die al 28 jaar met zijn Japanse vrouw en inmiddels 3 kinderen in Nieuw Zeeland woont. We worden in de kleine bus gezet die ons de komende weken door het land zal rijden en Colin blijkt behalve reisleider ook chauffeur!

Hij brengt ons naar de ferry waar we de bus achterlaten en gezamenlijk de ferry pakken naar Waiheke Island. Noot: we zijn er inmiddels achter dat we weliswaar GEBOEKT hebben op een reis die online staat, maar de reis DOEN volgens het oude programma! We zullen de reis op de eerste pagina gedurende de reis bijwerken.

Het is nog steeds saai weer, dus op de ferry blijven we binnen zitten. Een half uur later zijn we op het eiland waar taxi’s ons naar een geweldig appartementencomplex brengen: Onetange Beach Appartements. Appartementen rond een centraal binnenplaatsje, op een steenworp afstand van het strand. De huisjes zijn van alle gemakken voorzien en we ploffen dan ook dankbaar met een heerlijk wijntje op de bank neer. ‘s Avonds eten we bestel-pizza met iedereen en bekijken een aantal excursies die al snel geboekt moeten worden (inmiddels weten we dat we in ieder geval dolfijnen gaan kijken, walvissen gaan kijken EN een helitrek gaan doen: met een helicopter de gletcher op!). Om 9 uur is het over en vallen we uitgeput ons bed in. Karin slaapt al bijna voor haar hoofd het kussen raakt! SLAPEN!

Zaterdag 4 februari – Haast Pass naar Wanaka

Zaterdag 4 februari – Haast Pass naar Wanaka

Vroeg de bus in, want er wacht een mooie dag: de route door de Haast Pass is volgens Colin zijn favoriete stuk van de reis (om te rijden) en de zon schijnt (en ja, Mt. Cook begint vrij snel op te klaren als we wegrijden: we proberen het ons niet aan te trekken…).

Na een stuk stevig doortuffen rijden we langs Bruce Bay (de plaats waar de Maori waarschijnlijk als eerste aan land kwamen) als we in de zee iets zien: dolfijnen?! Ja! We roepen naar Colin en hij gaat meteen in de remmen. Er blijkt een grote groep dolfijnen (we gokken een stuk of 30) vlak bij de kust te zwemmen. Af en toe springt er een boven water. Ze zijn vrij klein (geen exact idee welke soort: Colin denkt de zeldzame Hector-dolfijn) en het is leuk om ze zo dichtbij te zien. Omdat we worden opgegeten door de sandflies (het wordt in de bus nog een hele jacht met tissues) gaan we na ongeveer 5 minuten weer verder.


Na een paar extra fotostops aan de kust (gelukkig voorzien van wc…) stoppen we bij Roaring Bily Falls. Een korte wandeling door prachtig bos (ieder groepje bomen, hoe dicht bij de weg ook, blijkt hier een stuk ongerept sprookjesbos), leidt ons naar de rivier (tegenover de falls), waar we al Jade-zoekend een uurtje doorbrengen. Jade komt hier in veel soorten voor en hoewel maar een paar mensen iets vinden dat ook echt Jade zou kunnen zijn, amuseren we ons prima.

Na de koffie rijden we naar Thunder Crack Fals en (500 meter verder) uitzicht op de inmiddels redelijk woeste rivier. We maken weer behoorlijk wat foto’s (voor de nieuwgierigen: Karin gokt op dit moment op ongeveer 1300 foto’s…) voor we doorrijden naar de lunchstop.
Ook vanuit de bus blijven we plaatjes maken. Het uitzicht is geweldig: bergen, rivieren en bloeiende weilanden vol beesten. We lunchen met uitzicht op een besneeuwde berg (waarschijnlijk Mt Castor) voor we doorijden naar Lake Wanaka. Daar zijn de ooooh’s en aaah’s niet van de lucht. Het water is geweldig blauw en om elke bocht ligt een ansichtkaart op ons te wachten. We stoppen een aantal keer voor een plaatje voor we uiteindelijk doorrijden naar Fairway Motel, waar we een keurig appartementje krijgen. Daar verdwijnen 8 mensen voor een sky-dive, 3 mensen gaan langs het meer wandelen en 1 iemand duikt de puzzelwereld in (een soort puzzeltocht door een groot doolhof). Wij gaan met Elisa naar het meer, waar we foto’s maken, koffie gaan drinken en het Internet-cafe induiken! Morgen gaat een tweede keer paardrijden voor Karin helaas niet door (niet genoeg belangstellenden) en dus mogen we uitslapen! Vertrek is pas om 10 uur!

Vrijdag 20 januari – Waiheke Island

Vrijdag 20 januari – Waiheke Island

En ineens in het zomer: als we wakker worden (rond 7 uur, maar dat valt niet tegen) schijnt de zon en is het rond de 20 graden. Om 9 uur wordt ons ontbijt gebracht (verse fruitsalade, brood, honing en jam, cornflakes, melk en jus) dat we in de zon op ons balkonnetje opeten. Het vakantiegevoel slaat toe!

Na het ontbijt verzamelen we ons voor een wandeling. We lopen een loop-trek, van ongeveer 2 uur, met als hoogtepunten enorme palmvarens, 400 jaar oude Kauri-bomen en een werkelijk geweldig uitzicht over de omringende eilanden en Auckland (in de verte). Het is voor Karin wel zwaar: het blijkt meteen dat wandelen in Nieuw-Zeeland een uitdaging wordt. Gelukkig is er genoeg te doen in dit land! Na het wandelen doen we de rest van de dag erg weinig: lezen, wandelen op het strand, prachtige schelpen verzamelen en fotograferen en heerlijk met een wijntje en een zakje chips op het balkon zitten.


Om vijf uur gaat Karin met een paar anderen Colin helpen met inkopen doen voor de BBQ. Om 6 uur zijn de inkopen gedaan en om 7 uur zitten we aan tafel. Er zijn kaasjes, chips en worst als aperitief, er is daarna zalm en steak van de grill, met salade en knoflookbrood erbij en uiteindelijk is er een enorme fruitsalade met yoghurt. De wijn en het bier smaken er prima bij en het is een mooi moment om elkaar wat beter te leren kennen. In de groep zijn de dames sterk in de meerderheid, maar de leeftijd is aardig verdeeld: van 23 tot 70! Twee Vlaamse stellen (Dirk en Lieve, Emiel en Lily), twee Nederlandse stellen (naast onszelf zijn dat Henk en Eugenne) en veel dames, waaronder drie stellen vriendinnnen (Miek en Rie en ongelooflijk maar waar twee keer een Wil en Jannie) en vier “losse” dames (Elisa, Judith, Elna en Isabella). Het is een gezellig stel mensen en er wordt lekker op los gekletst. Heel laat wordt het alleen niet: om 10 uur gaat letterlijk en figuurlijk het licht uit. Het laatste restje jetlag moet er nog wel even uit.

Zondag 5 februari – naar Queenstown

Zondag 5 februari – naar Queenstown

Zaterdagavond onmoeten we om half zeven Judith en de rest van de sky-divers weer bij het motel. Ze hebben het erg leuk gehad! Iedereen zit nog boordevol adrenaline en vertelt 100-uit over de ervaring. Vooral de oudste springers (waarvan Wil met haar 70 jaar de kroon spant) worden bejubeld. Ze zijn erg blij en trots en terecht!

We eten bij de Green Room, tot de vorige reis de accomodatie van de Baobab-reis en nu om onduidelijke redenen niet meer (volgens Colin was het motel af en toe onverwacht vol, maar was er niet veel mis mee). Het eten is in ieder geval lekker: gazpacho vooraf en daarna een wrap (Karin) en Mole Chicken (kippenbout met saus voor Martijn). Daarna bekijken we een deel van de foto’s die we op dvd hebben laten zetten op de laptop van Colin. Hoewel er uiteraard ook veel near-miss foto’s tussen zitten, zijn er ook een aantal echte “plaatjes” bij. Overigens verbleken ze bij de sterren-foto’s die Colin laat zien, die een Japanse reiziger een keer heeft gemaakt. Er valt nog veel te leren!


‘s Ochtends slapen we lekker uit: we hoeven pas om 10 uur in de bus te zitten. Als we wegrijden neemt Colin ons mee naar een aantal leuke stops, waaronder het meer dan 100 jaar oude en inmiddels gerestaureerde Cardrona hotel en een hek waar honderden bh’s aan hangen! De rage starte toen ongeveer zes jaar geleden een boer een gevonden paar schoenen aan het hek hing, zodat ze makkelijker teruggevonden konden worden door de eigenaar. De schoenen zorgden voor een verkeersprobleem (veel kijkers) en moesten verplaatst worden. Naast de schoenen kwam een bh te hangen en dat sloeg aan. Inmiddels hangen er heel veel, in allerlei soorten, maten en kleuren. Wij hebben alleen foto’s gemaakt, maar Colin vertelt dat er ook 2 Baobab-bh’s hangen van reizigsters die ons voorgingen!

Na de bh-stop rijden we door naar Crown Pass, op 1076 meter de hoogste geasfalteerde pas van NZ. De bergen er omheen zien er vreemd gespikkeld uit door de vele keren dat het gras en de prikkelbossen verbrand zijn om er schapen te laten grazen. De schapen waren overigens ook de oorspronkelijke bestaansreden van deze weg van Wanaka naar Queenstown. Op de top en ook lager maken we een fotostop voor we doorrijden naar schattig maar erg toeristisch Arrowhead. Na de lunch rijden we van daaruit door naar de “Shotover Jetboat”, waar 7 mensen een flink bedrag neertellen om in de supersnelle jetboat 20 miuten lang over de smalle en ondiepe rivier gevaren te worden. Wij kijken en maken veel foto’s en genieten van de zon die opnieuw volop aanwezig is.

Na die stop rijden we door naar Queenstown, waar we inchecken in Sherwoord Manor Motel, op ongeveer 3 kilometer van het centrum. Gelukkig moet Colin tanken, zodat we 10 minuten later mee terug kunnen rijden naar de stad. Daar kijken we rond bij de gondola (misschien morgen), de winkeltjes en de steamer die het meer opgaat (duur) en drinken we lekker lui een drankje in de zon. Daarna proberen we een Wine Tour te boeken voor maandag, maar dat blijkt Waitangi-day, de nationale feestdag waarop het verdrag tussen de Maori en de witte Nieuw-Zeelanders is getekend. Ook die trip gaat niet door. We hopen op wat meer geluk voor de komende dagen, want dit begint jammer te worden!

‘s Avonds eten we bij Pasta Pasta Cucina, een klein maar erg goed pasta en pizza restaurantje. Morgen moeten we vroeg op: ALS het goedgaat (en we worden er wat voorzichtig mee) gaan Elisa en wij hanggliden (samen met een instructeur aan een deltawing hangen)! Duim je voor ons?

Zaterdag 21 januari – Auckland

Zaterdag 21 januari – Auckland

Zomer? Ja heel erg zomer: strakblauwe lucht en zo’n 23 graden als we opstaan. Weer zitten we met ons ontbijtje in de zon. Met zonnebrand op ons lijf, want als je niet oppast wordt je levend geroosterd! Ook ‘s ochtends vroeg.

Na het ontbijt pakken we onze zooi in en maken nog een lekkere wandeling over het bijna lege strand. Daarna is het om 10 uur tijd voor een taxi naar de ferry. We hebben nog even, dus met een cappuchino in de zon kijken we vogels (Jan van Gent) en vissen. De ferry uit Auckland is vol, maar gelukkig is er genoeg plek voor ons op de weg terug. Het heerlijke weer houdt ons aan dek: zon, kletsen en foto’s maken. Het uitzicht op Auckland wordt steeds beter. De ferry legt aan naast cruiseschip “Statendam” uit Rotterdam en wij duiken een shuttlebusje in naar ons hotel: Kiwi International Queen Street Hotel.

We kunnen de kamers nog niet in, maar met de bagage gestald gaan we samen met Elise en Judith de stad in. Via Queen street (markt op Aotearoa plein) en Wesley Street naar Victoria Park Market, een leuke overdekte markt, waar we rondsnuffelen en een broodje eten. Daarna langs de Sky Tower waar mensen van af springen (de ultieme bungee-jump) en via de rest van Queen Street naar de haven. Daar eten we een ijsje….pardon ENORME ijshoorn met heerlijk Italiaans ijs, waarna we weer teruglopen naar het hotel. Vanavond eten we lekker samen en morgen bekijken we de rest van Auckland!

Maandag 6 februari – Queenstown!

Maandag 6 februari – Queenstown!

Wauw!


Bij het opstaan (veel te vroeg, na een avond gezellig borrelen en potjes Yathzee spelen met Judith, Elise en Colin) durven we bijna niet naar buiten te kijken: wat zou het weer zijn? Tot onze verrassing en absolute opluchting is het strakblauw! Dat beloofd wat. De weathercheck die Colin doen geeft de doorslag: het gaat door!
Om kwart over 8 worden we opgehaald door Matt en Jim van Extreme Air. Ze nemen ons, samen met Elise, mee naar Coronet Peak voor het hanggliden. In no time zijn alle gliders opgetuigd en Martijn en Elise in een harnas gehesen. Een oefenloopje voor de afsprong en dan is het zover.

Elise mag eerst. Ze rent samen met Jim de heuvel af en in een paar seconden zweeft ze over het werkerlijk schitterende (berg)landschap rondom Queenstown. Daarna Martijn, samen met Ron. Omdat ze samen wat zwaarder zijn en de wind niet echt wil meewerken duurt het wel 10 minuten, maar dan rennen ze de heuvel af. Ook zij glijden langs de bergrand. Karin blijft achter tot Jim opnieuw naar boven komt om haar mee te nemen. De wind zit mee en het is meteen rennen. Geweldig, wat een ervaring!

Je hang zij aan zij met je instructeur onder de glider, met je voeten op een soort trapeze-stang. De afsprong is vooral door blijven rennen, ook in de lucht, omdat de glider eventueel nog een dipje kan hebben voor je echt opstijgt. Daarna strek je je uit en de grijns op je gezicht komt daarna vanzelf. Het is echt genieten. Je zweeft echt als een vogel. Na een paar minuten in de lucht mogen we allemaal zelf even proberen hoe het werkt en de instructeur maakt foto’s (bij Karin nauwelijks gelukt door een foutje met de camera’s, maar bij Martijn geweldig!). Daarna laten ze zien wat er kan met de glider: Martijn maakt scherpe draaien in de lucht en Karin scheert over de boomtoppen en jaagt vogels op!

Veel te vroeg is het tijd om te landen. Je komt hard aanvliegen, om op het laatste moment zachtjes op je buik te landen! We zijn uitgelaten; het was echt geweldig. Na het ophalen van de foto’s (Karin krijgt de paar foto’s die nog gelukt zijn gratis erbij) worden we keurig bij ons hotel afgegooid. Judith zit ons heerlijk in het zonnetje op te wachten en we vertellen 100-uit, om daarna te rennen naar de bus naar het centrum.


Daar gaan we eerst iets te eten en drinken halen dat we in het zonnetje aan het water “wegwerken”. Vervolgens pakken we de gondola de berg op en genieten een paar uur van het schitterende uitzicht, het weer en alle activiteiten die aan de gang zijn. Mensen scheuren met een “luge” (een rodel) keihard de berg af, gooien zichtzelf met een bungee-cord het diepe in, wandelen stukken en paragliden. Dat is met een “matras” (zo’n rechthoekige parachute) in plaats van met een driehoekig zeil de berg af. We zien heel veel mensen “springen” en ergens begint het te kriebelen…er zijn flink wat ingecalculeerde excursies / activiteiten niet doorgegaan en het weer en uitzicht zijn werkelijk magnefiek. Uiteindelijk hakt Martijn de knoop door een trakteert Karin en zichzelf op een paraglide!!!

We klimmen met 2 instructeurs een stukje omhoog. Karin mag eerst, omdat ze vanochtend moest wachten. De wind is meteen goed en ze rent direct de berg af. Voor ze weet wat er gebeurt hangt ze in de lucht….met instructeur Pius Gobetti onder een KFC (Kentucky Fried Chicken) paraglider….. (ja begin maar vast te lachen! 🙂 Het vliegen zelf is heel rustig: je zit in een soort zitje bijna op schoot bij je instructeur en hebt rustig de tijd om rond te kijken.


Er worden foto’s gemaakt en deze keer zijn die van Karin beter gelukt. Daarna is het gedaan met de rust: ook deze instructeurs “ruiken” thermiek en moeten stunten. We draaien als een kurkentrekker rond en landen daarna keurig op een grasveld midden in de stad! Martijn moet opnieuw langer wachten (te weinig wind), maar ook hij komt keurig naar beneden. Met bijna een kwartier in de lucht, foto’s erbij en een geweldige ervaring rijker is het absoluut net zo gaaf als vanochtend. Zo’n dag hebben we nog nooit gehad!

We trakteren Elise en Judith (die ook foto’s hebben gemaakt) op een ijsje en praten nog lang na. Nu nog lekker eten en dan was dit absoluut 1 van de hoogtepunten van de reis!!

Zondag 22 januari – Auckland

Zondag 22 januari – Auckland

Gisteravond aten we bij Tony’s, een fish & steak restaurant aan een zijstraat van Queenstreet (het restaurant dat we in eerste instantie zochten bleek niet meer te bestaan! Waar ken ik dat toch van…). Het eten bij Tony’s was ook prima en we kletsten honderuit over de reis tot nu toe. Na het eten begon het aardig donker te worden en omdat het nog steeds erg helder was, vertrokken we richting de Sky Tower. Dat bleek een goede keus: een eindeloos uitzicht over een langzaam donker wordend Auckland. Karin probeerde foto’s te maken en we bekeken van boven de plaatsen waar we vandaag heen zouden gaan. Om half 11 lagen we bekaf maar tevreden in bed.


Na een wat onrustige nacht (er waren nogal wat feestjes aan de gang in de directe omgeving) zaten we vanochtend om 8 uur aan het ontbijt en om 9 uur trokken we met Judith, Elise, Jannie en Wil en Dirk en Lieve de stad in. Via de botanische tuinen (orchideeen!) liepen we naar het museum. Een lekkere wandeling, maar het weer werkte weer prima mee (zon, lichte wolkjes, windje en ongeveer 22 graden), dus het was geen straf.
Het museum bestaat uit drie verdiepingen. Verdieping 1 gaat over de volken van Oceanie; verdieping 2 over de dieren en plantenwereld van NZ en verdieping 3 over alle mogelijke oorlogen. Na een kleine 2 uur hadden we het wel gezien: er is vreselijk veel en het geeft een leuk beeld, maar elke verdieping staat werkelijk bomvol en het was er ijskoud. Gauw de zon weer in! Inmiddels waren we Wil en Jannie en Dirk en Lieve in het museum kwijt geraakt, dus trokken we gevieren verder naar Parnell, een Victoriaanse wijk in het oosten van Auckland. Leuke huizen en een erg mooie Rosegarden.

We kochten er een heerlijk broodje bij een bekroonde Italiaanse bakker dat we op een bankje opaten, voor we begonnen aan een forse wandeling naar Kelly Tarlton’s Underwater World. Dat was leuk: met een karretje langs pinguins, reuzeroggen die gevoerd werden en een enorm buizenstelsel onder het aquarium door. Het was wel klein en voor de stevige prijs viel dat een beetje tegen. De gratis knuffel-pinguin die we met een onderweg opgepikte kortingskaart kregen maakte veel goed. 🙂
Na dat bezoek waren de knie-credit-points aardig op en pakten we de bus terug. Vanavond eten we met Judith en Elise opnieuw bij Tony’s voor we naar de film (The Chronicles of Narnia: the lion, the witch and the wardrobe) gaan. Morgen reizen!

Dinsdag 7 februari – Farmstay

Dinsdag 7 februari – Farmstay

Helemaal uitgelaten eten we met het vertrouwde viertal bij The Cow, een piepklein Italiaans restaurantje, waar ze heerlijk verse pizza serveren. We raken niet uitgekwekt, maar terug op de kamer halen we maar 3 potjes Yathzee, voordat we omvallen.


Tot onze verrassing morgen we uitslapen en dat komt best goed uit na alle vermoeienissen van de avond ervoor. Colin neemt ons in de eerste plaats mee naar de Kawarau Falls, de plaats waar de eerste bungee-jumps werden gedaan (te zeggen dat het er is uitgevonden doet een aantal volken tekort die de sprong als een overgangsritueel van jongen naar man gebruikten). Niemand van de groep wil springen, maar het is erg leuk om even te kijken hoe andere mensen doodsangsten uitstaan (1 van de dames gilt heel hard “I shit my pants” door de valei, tot grote hilariteit van de omstanders). Na een aantal extra fotostops rijden we door naar Kingston, waar een aantal mensen de Baobab-Challenge loopt. Zo het het natuurlijk niet echt, maar de korte, maar ERG steile wandeling blijkt iedere keer weer een uitdaging. De vorige groep verdwaalde zelfs, een verhaal dat we die dag nog van allerlei Nieuwzeelanders te horen krijgen. Wij blijven veiligheidshalave beneden, waar we lunchen en een kaartje kopen voor de Kingston Flyer.
Deze stoomtrein uit 1923 rijdt elke dag nog twee keer op en neer naar Fairlight en reed vroeger zelfs tot aan Queenstown. Nu is het een toeristisch, maar niet minder leuk ritje van een half uur met jaren 20 muziek op de achtergrond en een kans om de hele trein te bekijken. Karin mag zelfs voorin foto’s nemen van de stoommachine en het vuur.


Op het eindpunt pikt de bus ons op, met de mensen die niet meegere1den zijn en gaan we op weg naar de regio rondom Lumsden. Daar gaan we in verschillende groepjes naar een aantal farms toe; lokale boerderijen, die deel uitmaken van de Southern Heritage Trail. Wij komen met Isabelle, Elna, Judith en Elise terecht bij Ken, Trish en 13 jarige dochter Jenna MacKenzie, op de Chartley Farm. Het is echt een ontzettend mooi huis, dat gedeeltelijk in 1896 en voor de rest in 1905 gebouwd is. We hebben per tweetal een eigen kamer. Het hele huis staat vol met foto’s en prullaria waar we niet op uitgekeken raken. EN er zijn jonge katjes: 5 dagen oud, waarvan mamakat het prima vindt als mensenhanden de katjes aaien en oppakken. Je kunt je voorstellen waar alle dames binnen 2 minuten zitten!

Terwijl Trish Jenna wegbrengt naar pianoles, maken wij onder genot van een kop koffie en thee en zelfgebakken brownies, kennis met Ken. Een hardwerkende, tikkie stugge boer, die ongeveer 1300 schapen, 300 herten, een stuk of 30 geiten, 13 katten, 4 honden (“one pet, one working dog, one halfwit, one retired”) en 2 vissen heeft.


Als Trish en Jenna terug zijn nemen ze ons mee voor een farmtour. We zien hun land, hun beesten (waarbij hij een kudde schapen speciaal voor ons verplaatst zodat we foto’s kunnen nemen), de werkstallen (de beesten staan gewoon buiten het hele jaar, behalve voor het scheren) en de trots van Ken, een 1928 Whippet, die hij zelf in 9 jaar tijd van schroot heeft opgeknapt tot een auto waar hij rallys mee rijdt. We vragen 100-uit en Ken komt langzaam los. Jenna scheurt op een quad als een echte 13-jarige met ons mee: quasie ongeinteresseerd, maar ondertussen. Het is erg leuk om te zien en we zijn dan ook laat terug op de boerderij, waar Trish het eten op tafel tovert terwijl “verplicht” een borrel drinken.

Het eten is geweldig: 3 salades, aardappelen, warme groente en venison (hertenbiefstuk) van eigen farm. Het is heerlijk en iedereen schept minimaal 2 keer op. Met onze zelfmeegebrachte wijn en enorm toetjes (zelfgemaakte pavlova, ijs en fruitsalade) en koffie en thee toe, is het een feestmaal. We ruimen gezamenlijk de tafel af en daarna kletsen we tot ongeveer 11 uur met Ken door onder genot van een borrel. Bekaf, maar erg tevreden vallen we daarna in slaap!

Maandag 23 januari – naar Coromandel Peninsula

Maandag 23 januari – naar Coromandel Peninsula

Het eten (opnieuw bij Tony’s) en de film waren een succes. Om ongeveer half 11 waren we terug in het hotel en met alle spullen alvast ingepakt vielen we in slaap. Het was een stuk rustiger die nacht, dus met slapen kwam het helemaal goed.
De wekker staat vroeg, want we vertrekken al om half 9. Voor die tijd gaan we een broodje eten bij een soort breakfast-cafe aan de overkant. Die zien we overal en schijnen nogal in opkomst te zijn: goeie koffie of thee en allerlei broodjes zodat je relax kunt ontbijten. Het is goed te betalen en veel lekkerder dan ontbijt in het hotel, dus geen moeilijke keuze.

De groep is heerlijk snel: iedereen zit iedere keer om vijf minuten voor de afgesproken tijd in de bus en deze ochtend is geen uitzondering. Colin is tevreden en we rijden vlot de stad uit. Via een aanvankelijk nog wat saaie route (Colin vertelt veel over de geschiedenis en het landschap waar we doorheen rijden, dus het is goed uit te houden) rijden we richting The Coromandel Peninsula (een schiereiland dus). De route wordt al snel mooier: onderweg zien we ijsvogels, verschillende soorten aalscholvers en een enorme aantal roofvogels. De kuststrook is rotsachtig, maar als we de bergen over zijn zien we de stranden waar het schiereiland zo beroemd om is: licht zand over eindeloos veel kilometers; de palmen maken het plaatje compleet.


Met de nodige fotostops en stops in Thames (koffie) en Coromandel City (lunch) rijden we naar the Aotearoa Lodge in Whitianga, ons thuis voor de komende twee nachten. De kamers zijn prima en het is er heerlijk rustig. En dan de vraag wat we gaan doen. Het weer is niet heel denderend en ze voorspellen nog slechter weer. We komen er bovendien achter dat laag water ‘s avonds laat is (half 8) en morgen nog later. Na even overleg halen we een picknick bij de plaatselijke supermarkt en rijden direct door naar Hot Water Beach, dat beroemd is om het bijna kokend hete water dat op sommige plaatsen met laag water uit de grond omhoog komt borrelen. Als we aankomen begin het water net de zakken. Een half uurtje later is het zover gezakt dat een hilarisch en fanatiek gevecht met het water kan beginnen. Er wordt een kuil gegraven, een dam aangelegd en sommige mensen gooien zichzelf zelfs voor de aanstormende golven. Het water is inderdaad onzettend heet. Gemengd met het koude zeewater gaat het goed, maar alleen het hete water blijkt te heet om te blijven staan. Het is voor veel mensen te koud voor een badpak of zwembroek, maar pootje baden doet iedereen. Na anderhalf uur zit iedereen dan ook in meer of mindere mate onder de modder. Uitgelaten, onder het zand en bekaf vertrekken we naar de lodge. Na het douchen drinken we met Judith en Elise twee flessen wijn leeg en rozig landen we om 11 uur in ons bed. Heerlijke dag!

Woensdag 8 februari – Milford Sound

Woensdag 8 februari – Milford Sound

De wekker gaat vroeg: om 7 uur moeten we aan het ontbijt zitten. Ken en Trish blijken zich verslapen te hebben en het is de eerste schooldag van Jenna na de vakantie, dus het is wat hectischj, maar het ontbijt laat wederom niets te wensen over. We zijn wat sip van de regen, maar als Ken ons gaat wegbrengen wacht er een verrasing: hij gaat ons in de Whippet wegbrengen! We proppen ons met 4 man in de auto erbij (de overige 2 zijn zo lief om hun plaatsje af te staan) en genieten werkelelijk van het ritje (met een topsnelheid van 45 kilometer per uur) terug naar Lumsden.


De rest van de groep is gepast onder de indruk en het eerste half uur in de bus praten we vooral bij. Daarna rijden we met de nodige fotostops naar Milford Sound, het fjordengebied in het zuidwesten van het Zuideiland. Het is een prachtige route en Colin zorgt dat we goed kunnen genieten, onder andere door een piepkleine wandeling naar een waterval die de rotsen wel 8 meter heeft uitgesleten. Het weer is aardig opgeknapt en we boffen: het is droog als we gaan varen! Voor een gebied met een meer dan 50% kans op regen valt dat mee! We varen tussen de steile wanden door naar zee en onderweg zien we allerlei watervallen, vogels en zeehonden. De pinguins en dolfijnen laten zicht helaas niet zien.
Op de terugtocht in de bus, stoppen we nog op een parkeerplaatsje net na de tunnel, waar Kea’s, een soort papegaaien, zitten! Nieusgerig en heel slim slopen ze alles wat ze tegenkomen, dus pas op je spullen, maar ze zijn wel mooi.
‘s Avonds eten we opnieuw venison in Te Anau en daarna vallen we bekaf in slaap in ons hotelbed!

Dinsdag 24 januari – Whitianga

Dinsdag 24 januari – Whitianga

Tja en ook in Nieuw Zeeland kan het slecht weer zijn. Ja thuisblijvers; lach er maar om, maar als we opstaan is het beestenweer: het plenst al uren, het waait en ze voorspellen deze ellende voor minstens de hele dag. Daar gaan alle wandel-plannen naar Cathedral Cove en het strandbezoek. Wat nu?!


Na overleg vertrekt Karin met Judith, Elisa, Wil (2x), Jannie (2x), Elna en Isabel naar een artshop voor een bone-carving sessie. Martijn haalt een bak koffie, dwaalt wat door het centrum en landt een uur later doorweekt in dezelfde artshop om te wachten op de dames. Bone carving is verrassend leuk om te doen: Karin maakt een good luck charm (een hanger) met een oud Maori-symbool voor leadership, autority en safe travel; een fish hook. Eerst overtekenen op het stuk “beef bone” met carbonpapier, dan met een dremel het grove figuur uitzagen en ronde hoeken geven, dan schuren met grof schuurpapier en vervolgens met (nat) fijn schuurpapier. Tenslotte wrijf je het geheel tot het glimt en voila. Het ziet er verrassend goed uit en de dame die het geheel begeleidt complimenteert Karin met het resultaat. En nee, dat deed ze niet bij iedereen! 🙂

Om half 12 is iedereen klaar en het regent nog steeds dat het giet. De enige films die in aanmerking komen zijn King Kong (draait te laat om nog met de bus mee terug te kunnen) en Chicken Little (uitverkocht) en dus landen we met het inmiddels bijna vaste viertal in een tearoom, waar we aan de koffie en taart gaan en eindeloos veel potjes yathzee spelen. Het is gezellig en we maken er maar het beste van.
Nu zitten we in het Internet-cafe en de bedoeling is dat we straks via de supermarkt naar de lodge gaan om (overdekt!) te BBQ-en. Morgen moeten we vroeg op, om naar Rotorua te gaan. We duimen voor beter weer!

Donderdag 9 februari – naar Mt Cook

Donderdag 9 februari – naar Mt Cook

Om 7 uur zitten we in de bus. Als we een kans op vliegen bij Mt Cook willen hebben, moeten we nu weg. De weersvoorspellingen zijn goed en het eerste stuk van de reis is werkelijk spectaculair. Het is ontzettend mistig en als dat begint op te trekken rijden we door een sprookjeslandschap van mist, zon en bergen. Hte is betoverend en het lukt om niet in slaap te vallen, ondanks dat het eerste stuk van de route over bekende wegen gaat (via Queenstown).

Ook de rest van de route is mooi; het landschap verandert voortdurend en het weer blijft goed. We maken in de ochtend nog een korte stop bij een wijnboerderij (jammer dat het te kort is om een wijnproeverij te doen, dat hadden we gehoopt) en rijden verder vlot door. Helaas krijgt Colin bij de lunch het bericht waar iedereen stiekem bang voor was. Het regent bij Mt Cook en er wordt niet gevlogen.


We bedenken alternatieve plannen voor de middag. Om 3 uur zijn bij bij Mt Cook en het uitzicht is inderdaad druilerig. We kunnen ons wel voorstellen wat een geweldig uitzicht je hebt vanuit het vierpersoonshuisje (dat we delen met Judith en Elise) als het mooi weer is: we kijken rechtstreeks op het gletcherdal uit dat in de verte Mt Cook kan laten zien. KAN want er hangen nu vooral wolken. Wij kiezen voor een beetje Internetten en koffie drinken met Colin, maar het grootste gedeelte van het gezelschap kiest voor een wandeling…. en komen bijna verzopen terug. Ze zijn kletsnat geregend! Het duurt dan ook even voordat iedereen droog en warm aan tafel zit in het plaatselijke bar / restaurant / pub / café met spectaculair uitzicht.

We eten gezamenlijk en daarna houdt Karin een bedankspeech voor Colin en overhandigt hem “de envelop”. De hoeveelheid bedankjes laat zien hoe blij we met hem zijn: een absoluut uitstekende reisleider!Na een wijnexpeditie, waarin een aantal flessen wordt aangeschaft, een borrel en een beetje kletsen duiken we allemaal de bedden in. Gelukkig snurkt er niemand en met de wijdse stilte van Mt Cook op de achtergrond (er is werkelijk NIETS te horen) vallen we in slaap.

Woensdag 25 januari – naar Rotorua

Woensdag 25 januari – naar Rotorua

Maar eerst nog even vertellen over dinsdag. Na het Internetten waren we keurig op tijd bij de plaatselijke VVV waar we opgehaald werden door Colin met bus… EN lekke band. Na wat verwarring over wat er nu in welke volgorde ging gebeuren, reed Colin naar de garage om de band te laten vervangen en gingen wij opnieuw ergens wat drinken. Een half uurtje later was het gepiept en reden we via de supermarkt om inkopen te doen voor de BBQ, naar de lodge. Het was nog steeds beestenweer: op de radio in het Internetcafe hadden we al weer-waarschuwingen gehoord en toen we op 50 meter van de lodge waren bleek dat dat niet overdreven was. Er bleek een boom dwars over de weg gewaaid, bovenop de stroomdraden. Bellen, nooddiensten erbij en wij konden nog niet naar de lodge: beetje link, zo met die boom, en er was naast de weg een diepe sloot. Bovendien was de weg waar de lodge aan staat doodlopend!

Uiteindelijk kwam de boer van het land verderop, om ons via een sluipweg binnendoor te leiden. Met de bus letterlijk over de erven van verschillende boeren en tussen de varkens door. Iedereen werd steeds meliger en bij de lodge aangekomen zat de stemming er goed in. De BBQ was behalve erg lekker dan ook erg gezellig. De fles wijn viel prima en slapen was dan ook geen probleem.


De wekker gaat vervolgens om 7 uur, want we moeten om 8 uur met spullen in de bus en ontbijt achter de kiezen klaarstaan voor vertrek. Het weer is beter dan gisteren; de wind is gaan liggen. Regenen doet het nog wel met vlagen. Iedereen is weer lekker op tijd en via koffiestops in Te Aorea en Matamata komen we om half 2 aan in Rotorua.
Rotorua is de activiteiten-stad van het Noordeiland en staat vooral bekend om de hete baden en geisers. De stad ruikt dan ook behoorlijk naar zwavel en stikt van de thermale baden. Genoeg te doen, ook op een regenachtige dag! In het hotel gooien we snel alle spullen op de (ruime!) kamer en een half uur later is iedereen weer klaar voor vertrek. Het grootste deel van de groep gaat eerst een wandeling maken door de Redwoods, maar wij kiezen gezien de heftige regenbuien die bij vlagen naar beneden komen voor een bezoek aan de Polynesian Spa; een spa-complex met hete, minerale baden. Daar brengen we anderhalf uur door in baden die 36, 38, 40 of 42 graden zijn. Lekker relax en het bad heeft een mooi uitzicht op het meer. Daarna zijn we geribbeld en de zwavellucht wel zat, dus dwalen we tot het eten door de stad, langs alle souvenir-winkeltjes. We eten met de hele groep bij de Italiaan.

Morgen een geiserpark (even de naam kwijt) en onderweg naar Tongariro National Park!

Vrijdag 10 februari – Mt Cook en naar Christchurch

Vrijdag 10 februari – Mt Cook en naar Christchurch

Nadat Mt Cook al 5 dagen in de wolken en het slechte weer was gehuld (incl gisteren), staan we op met wolken, maar ook een beetje blauwe lucht. We hebben, net als bijna iedereen anders, een vlucht geboekt, maar we zien al aan het weer dat het niets wordt om 8 uur. Colin bevestigt dat bij het ontbijt, maar we eten toch maar door. Tijdens het ontbijt en de koffie erna trekt het langzaam op en we genieten van de eerste glimpjes Mt Cook door de wolken heen. Iedereen gaat er wel van uit dat we pech hebben en we vertellen elkaar dat we al blij mogen zijn met het uitzicht.


Om 9 uur rijden we weg bij de accomodatie, als Colin gebeld wordt: we kunnen alsnog vliegen! Zowel de helicoptervluchten (voor 5 man) als de ski-plane vluchten (voor 11 man, waaronder wijzelf) gaan door. Iedereen is uitgelaten: het voelt als een soort bonus en na 3 keer pech rondom Mt Cook zijn we erg blij met deze vierde keer scheepsrecht! Wij komen met Lieve, Dirk, Emiel, Lily en 2 Engelsen bij piloot Mike in het vliegtuig. Tegen de tijd dat we gaann vliegen is het volledig helder en Mike net zo uitgelaten als wijzelf: het was de eerste keer in 5 dagen dat ze weer gaan vliegen EN landen op de gletcher. Wij hebben gekozen voor een 45 minuten-trip, incl. landing boven op de Tasman gletcher, maar doordat het de eerste keer is, moet Mike eerst de sneeuw testen (touch en go landing) en blijven we langer vliegen EN op de gletcher, zodat we wel meer dan een uur wegzijn. Het is echt supergaaf. Heel erg mooie vlucht en bovenop een gletcher lopen is echt heel bijzonder (en winderig!).
Genieten; het was een duur tripje, maar we hebben er geen spijt van.


De rest van de dag rijden we naar Christchurch. We stoppen voor lunch bij the little church of the good sheperd, een klein kerkje uit 1935, dat vooral bekend is door de GEWELDIGE locatie aan de rand van een meer en het grote raam in de achterwand van de ker, waardoor je het hele meer kan zien als je in de bankjes zit. Ook het beeld van de herdershond (dat overigens door enorme hoeveelheid sandflies wordt belaagd, alsof het leeft) is bekend; een eerbetoon aan de schapehonden die – nog steeds – zo belangrijk zijn in een van de belangrijkste industrien van het land. Het kerkje is dicht, maar het uitzicht op het meer in het zonlicht is er niet minder om. Na de lucht rijden we vlot door, met alleen nog een stop voor een ijsje. We zijn om half vier in Christchurch en nemen afscheid van Colin. Dat laatste is niet leuk: we hebben genoten van zijn gezelschap en we beloven dat we terugkomen en foto’s sturen. Colin; ook langs deze weg dank je wel en zeker tot ziens! ‘s Avonds eten we bij de Mexicaan (en Karin drinkt marghartita’s! 😉 en gaan vroeg slapen.

Donderdag 26 januari – naar Tongariro NP via Wai-O-Tapu en Huka Falls

Donderdag 26 januari – naar Tongariro NP via Wai-O-Tapu en Huka Falls

Het hotel is niet geweldig, zo merken we ook ‘s ochtends weer. Er hangt een lucht van gekookte kool, ontbijt bestellen is niet mogelijk en bij verschillende mensen ging midden in de nacht een wekker af die uit leek te staan! Wij hebben gelukkig goed geslapen en het weer ziet er voor het eerst weer beter uit, na de overwaaiende en regenende tyfoon (op sommige plaatsen is 300 mm water gevallen!!!), dus stappen we vol goede moed in de bus die als eerste stop het Wai-O-Tapu geiserpark heeft.

Het is stevig aan de prijs, maar biedt een geweldige wandeling door een enorme verzameling aan natuurlijke schoonheden. Als je de zwavel- en andere dampen voor lief neemt zie je de mooiste kleuren en rotsformaties. Knalgele, donkerrode en diepzwarte poelen, borrelende meren en diepe grotten waar de stoom uitkomt. Het is, ondanks de toch nog stevige regen, een schitterend gezicht. We maken een wandeling van ongeveer anderhalf uur over de keurig aangelegde paden en maken gebruik van een uitlegvel dat zelfs in het Nederlands beschikbaar is. Daarna is de Lady Knox geiser aan de beurt.
Deze geiser wordt elke dag om 10:15 aangespoord om te spuiten, door er een beetje zeep / waspoeder in te gooien. Dit breekt de oppervlaktespanning van het water, waardoor de geiser omhoog komt. Dit gebeurt ook zonder zeepsop, maar aangezien de geiser dan soms wel 48 uur nodig heeft om de kunsten weer te vertonen, bieden ze ‘m (of haar) graag de helpende hand. De geiser is overigens genoemd naar de dochter van een gouverneur van begin vorige eeuw; zij mocht er destijds zeep in gooien om de boel aan de gang te krijgen. Ondanks het sombere (maar droge!) weer en het feit dat de geiser eerder 8 dan 15 meter hoog spuit is het tch een erg gaaf gezicht. We staan gelukkig aan de goeie kant, waardoor we geen lading waterdamp over ons heenkrijgen en goed kunnen genieten van de mensen die dat wel krijgen. “Let op de wind” was een zinnig advies…


Terwijl de zon begint door te breken rijden we door naar Huka-Fals, waar we een wandeling van ongeveer een uur kunnen maken. De watervallen zijn niet erg hoog, maar door de enorme kracht waarmee de grote hoeveelheid water over de rand gezet komt, wel erg indrukwekkend. De wandeling is leuk: niet al te zwaar en met veel vogels, planten en leuke uitzichten onderweg. Karin klikt er op los: zo komt een mens gemakelijk aan het vooraf berekende gemiddelde per dag! 🙂
Na de wandeling rijden we met enkele fotostops Tongariro National Park in. Als we over de heuvelrug komen en de drie beroemde vulkanen zien liggen, begint iedereen opgewonden door elkaar te kletsen. Tongariro, Nauheru (Mt Doom uit Lord of the Rings) en Ruapehu liggen er wolkenloos bij en bieden een spectaculair gezicht. Vanuit de bus, tijdens de verschillende fotostops en zelfs van bij het visitors center blijven we foto’s maken. Daarna rijdt Colin de bus tot aan de skilift op Ruapehu en klimmen we via de bergrug waar voor LotR is gefilmd, naar een geweldig uitzichtspunt: we kunnen niet alleen Tongariro en Nauheru zien liggen, maar ook Takanaki / Mt Edmund, een vulkaan aan de Westkust, ongeveer 150 kilometer verderop! In de korte rit naar Pukenui Lodge wordt nergens anders over gepraat: wat indrukwekkend en wat boffen we met het weer! We weten nu dat voor de mensen die dat willen de Tongariro Crossing mogelijk is. Tijdens het overigens erg lekkere en goed betaalbare eten in de Schnapps Pub (die een stuk minder erg is dan de naam doet vermoeden), wordt er druk overleg gepleegd: wie gaat er, wat moet er mee en wat gaat de rest doen. Daarna snel slapen, want als je mee wilt, moet je om 6 uur op!

Zaterdag 11 februari – Christchurch

Zaterdag 11 februari – Christchurch

Uitslapen om te beginnen, want dat hebben we wel verdiend. Daarna lopen we rustig via de Starbucks en een Internetcafe naar de botanische tuinen van Christchurch. Het is zonder meer het leukste stadje dat we hebben gezien: gezellig, compact (goed te belopen) en met veel restaurantjes en cafe’s. De tuinen zijn enorm. Christchurch wordt wel the city of gardens genoemd en als je de enorme botanische tuinen (eind 19e eeuw) inloopt, die zelf weer een onderdeel vormen van het nog veel grotere park (het is een rondje van ongeveer 17 kilometer om er omheen te lopen), begrijp je waarom.

We bekijken vooral de rozentuin en de kassen en genieten van alle kleuren. Daarna struinen we via de weekendmarkt van the art center naar het informatiecentrum, waar we met de dames hebben afgesproken. We bellen de black cat dolphin experience en die heben goed nieuws: de excursie naar de haven van Lyttleton die Colin voor ons heeft geboekt, om zeldzame Hector Dolphins te gaan bekijken, gaat door!


Na de lunch worden we door een shuttlebus opgehaald, die ons – voorzien van veel toeristisch commentaar – in 20 minuten naar de pier brengt waar onze boot vertrekt. Daar krijgen we een waarschuwing: het heeft hard gewaaid afgelopen nacht, dus er staat nogal wat deinig. Een paar mensen haken af en krijgen hun geld terug, maar wij willen dolfijnen zien!

Twee uur laer zijn we terug… zonder ook maar 1 dolfijn te hebben gezien. De schipper durfde met zijn bootje niet te ver de zee op en we behoren tot de 2% van de tochtjes waarop mensen geen dolfijnen zien. We zijn niet ziek geworden en het was een leuke tocht, maar we zijn natuurlijk wel teleurgesteld. Terug in de stad gaan de dames naar een rugby-wedstrijd en wij doen lekker rustig aan. We winkelen nog twee uurtjes en eten daarna opnieuw bij een Mexicaan. ‘s Avonds na de wedstrijd drinken we nog een gezellige borrel met Judith en Elise en daarna gaan we slapen. Morgen moeten we naar huis…

Vrijdag 27 januari – Tongariro Crossing en Vliegen

Vrijdag 27 januari – Tongariro Crossing en Vliegen

6 uur en de wekker gaat af. Martijn gaat lopen! Na een snelle douche en een laatste check van alle spullen, stapt hij met 8 anderen in de bus. Karin zwaait de bikkels uit. Van Judith van 23 tot Wil van 70: stoere lopers van alle leeftijden hebben zich soms al maanden op deze trektocht verheugd en het weer blijkt ontzettend mee te werken. Het is ‘s ochtends fris, maar bijna onbewolkt. De lopers hebben om 7 uur een vroege start, die er voor zorgt dat ze vooral de eerste paar uur met de eigen groep lopen. Vooral op de top (rond 10 uur) is dat voor iedereen genieten: een schitterend uitzicht rondom, geen wolk te bekennen en weten dat je het eerste stuk gehaald hebt. Hoewel de wandeling maar 17 kilometer lang is (en door sommige jammere figuren in minder dan 5 uur wordt gelopen), zorgen fikse stukken klim en daling en het feit dat er ontzettend veel te zien is onderweg, ervoor dat de meeste mensen er 8 a 9 uur over doen.


Om kwart over 2 vertrekt de laatste het bos in om aan de (toch nog zware) laatste loodjes te beginnen: trappen, trappen, trappen… Rond 3 uur is iedereen bij het eindpunt en kwart voor 4 is de bus ter plaatse met de rest van de mensen en een applaus en biertje of frisje voor alle lopers. Hoewel toch nog verbrand (ondanks factor 30 en 45 en – deels – een t-shirt met lange mouwen) en met enigszinds pijnlijke knieen is ook Martijn tevreden: “niet slecht voor een kantoorbaan!”


Karin loopt deze toch natuurlijk niet, maar haar dag is ook een absolute topper. Samen met Jannie (en daarna ook Wil en Jannie 2) maakt ze een rondvlucht boven de vulkaan waar Martijn bovenop staat! Hoewel Ruapehu niet overvlogen wordt door de opkomende wolken en ook Tongariro vanaf 11 uur wolken krijgt, zijn de 35 minuten bovenin de lucht geweldig! Van Tongariro en Mount Doom is genoeg te zien en zelfs wandelaars (hoewel niet “onze” wandelaars) zijn te zien. Het tweede, spectaculaire rondje rond de top van Nauheru, zodat de krater beeldvullend in beeld is, is geweldig. De rest van de dag is er genoeg voer voor napraten en nagenieten en het binnenhalen van de wandelaars is al even leuk. ‘s Avonds in de pub wordt en nageborreld. Iedereen is het er over eens: dit was een van de hoogtepunten van de reis tot nu toe!

Zondag 12 februari – vliegen

Zondag 12 februari – vliegen

En dan is het zover. Om half 9 zitten we na een laatste inpak-sessie in de bus die ons naar de luchthaven brengt. Vier weken zijn omgevlogen en we gaan naar huis. Om te onderstrepen dat dat niet per-se een leuk idee is, is het werkelijk stralend weer. We zijn blij voor Henk en Eugenne die nog een week op het Noordeiland bij familie blijven en hopen dat zij er nog wat van meekrijgen. Ze gaan ons uitwuiven op de luchthaven, voor ze zelf op een (andere) vlucht naar Christchurch gaan.
Inchecken valt ons niet mee: als iedereen al klaar is, staan wij er nog. Eerst zijn we kwijtgeraakt in het systeem, dan blijken we van de vlucht naar Kuala Lumpur afgeboekt!

Als dat is rechtgezet blijken we ook nog van de vervolgvlucht afgehaald. Het duurt meer dan een half uur voor alles is rechtgezet en we zijn nog een beetje angstig voor onze bagage als de dame die ons incheckt vrolijk meldt dat ze er 6 weken uit is geweest en niet meer exact weet hoe het moet. Afijn, dat zien we in Nedreland wel: wij mogen in ieder geval mee.

De vlucht is vooral heel lang… Eerst anderhalf uur naar Auckland. Dan 2 uur wachten en door naar Kuala Lumpur. We kijken veel films om wakker te blijven en in KL drinken we koffie, kletsen anderhalf uur over de msn met mensen in Nederland, trekken iets schoons aan en beginnen dan aan de langste vlucht: 13 uur naar Nederland. We slapen allebei een paar uur en uiteindelijk komt Nederland in zicht. Nouja, in zicht: het is bewolkt en de temperatuurmeter op het schermpje laat zien dat het 3 graden is… Welkom thuis…

Zaterdag 28 januari – Naar Koriniti

Zaterdag 28 januari – Naar Koriniti

Nog niet alle sokken zijn droog (het ondergoed gelukkig wel) de volgende ochtend, dus die gaan in een tasje mee en de spieren van Martijn zijn een tikkie pijnlijk, maar verder stappen we vrolijk de bus is. Het weer is opnieuw goed: deze keer helemaal wolkenloos en het beloofd niet alleen warm, maar zelfs heet te worden! De tocht gaat na een aantal kilometer en een koffiestop rechtsaf de oude en gedeeltelijk onverharde hoofdweg op, die grotendeels langs de Waganui Rover loopt.

Langs deze rivier leven nog steeds veel Maori en tot op de dag van vandaag zijn er claims over het land, die tegenwoordig juridisch uitgevochten worden, tussen Maori en Paheka (“wit vlees”, de Maori-naam voor witte mensen). De plaatsnamen langs de rivier staan veelal in twee talen aangegeven: soms de een als vertaling van de ander, soms de originele en de nieuwe naam. We komen Jerusalem tegen (waar tot op de dag van vandaag nonnen leven, die vanuit het plaatselijke klooster scholing en ziekenhulp bieden aan de mensen langs de rivier) en ook Londen! Wij zijn op weg naar Korinthe, of Koriniti, waar we mogen logeren in de ontmoetingsshuizen of “whare” (spreek uit “faree”) van Sanny en zijn familie.


Daar gaat een heel kennismakingsritueel aan vooraf. De bezoekers lopen, zodra het welkomslied klinkt, met de vrouwen voorop en de mannen achteraan (om te laten zien dat je geen kwaad in de zin hebt) de Marae (spreek uit “maree”) op, zeg maar de heilige ontmoetingsplek. Daarbij pauzeer je drie keer: voor de voorvaderen, voor het land en voor de gastheren/-vrouwen. Daarna mag je gaan zitten: mannen eerst en vrouwen achteraan, want het kan nog verkeerd gaan. Vervolgens spreekt eerst de gastheer en daarna een woordvoeder voor de groep. Je vertelt in je eigen taal over wie je bent, waar je wortels liggen en wat je komt doen. Martijn vertelt namens de groep over wie hij is en waar hij vandaan komt. Na elke speech moet de groep die bij de spreker hoort zingen, om eventuele kwade geesten te verjagen. Onze kanon van Vader Jacob klinkt ineens wat ongepast en iedereen doet extra z’n best, zodat het nog heel wat lijkt. Daarna mogen we dichterbij komen en begroet iedereen elkaar door met open ogen de neus en vooral het voorhoofd van de ander met je eigen neus en voorhoofd te raken. Het voorhoofd is waar de ziel woont en gek genoeg is het bijna intiemer dan zoenen.


En we voelen ons ECHT welkom. De ceremonie is bijzonder en het welkomstlied bij de lunch, het heerlijke eten en de absolute gastvrijheid zijn overweldigend. Het weer is geweldig: het is voor het eerst niet alleen warm, maar gewoon snikheet en iedereen zoekt de koelte van de schaduw of de rivier op. Wie dat wil kan een korte cursus weven volgen (met Flax, een soort rietbladeren) en verder volgen we de vorderingen van de Hangi, de traditionele in de grond klaargemaakte maaltijd.
Ook ‘s avonds is het erg leuk: het eten is opnieuw heerlijk en uitbundig en daarna worden we getrakteerd op een zang- en dansvoorstelling door familieleden van Sanny. De dames dansen met de Poi, een soort zachte bal aan een touwtje, die oorspronkelijk bedoeld was om de polsen van de strijders te oefenen. De heren laten een echte Haka zien, een soort strijddans, die echt enorm indrukwekkend is. En jawel, daarna is het onze beurt. Eerst de dames, die al snel ontdekken dat die Poi nog niet zo eenvoudig is, en dan de heren die zich vol overgave in een Haka gooien. We voelen ons eerst wat opgelaten, maar de sfeer is zo ontspannen dat we al snel de grootste lol hebben en het ondanks de enorme hitte in het zaaltje erg gezellig wordt.

Daarna is het tijd voor een officieel afscheidswoord en deze keer mag het ook door een vrouw gedaan worden en in een taal die je zelf passend vindt. Karin bedankt in het Engels alle aanwezigen voor hun gastvrijheid en de leuke dag en avond. Daarna moet er weer gezongen worden en het “We gaan nog niet naar huis”, waarbij we flink klappen en stampen, valt enorm in de smaak: onze gastheren en -vrouwen klappen al snel mee. Daarna is er koffie en thee en nog meer eten: kaasjes, brood, koek en taart. Het is maar goed dat we niet nog langer blijven, dan groeien we dicht! De avond eindigt buiten, met een borrel, onder een schitterende sterrenhemel waarin we niet alleen het Zuiderkruis en Orion (op z’n kop!) zien, maar echt de hele melkweg. Moe, maar voldaan liggen we ‘s nachts op ons matras in 1 van de twee whare’s, te kijken naar de sterren die we door het raam zien. Echt een dag om nooite te vergeten.

Zondag 12 februari – vliegen

Zondag 12 februari – vliegen

En dan is het zover. Om half 9 zitten we na een laatste inpak-sessie in de bus die ons naar de luchthaven brengt. Vier weken zijn omgevlogen en we gaan naar huis. Om te onderstrepen dat dat niet per-se een leuk idee is, is het werkelijk stralend weer. We zijn blij voor Henk en Eugenne die nog een week op het Noordeiland bij familie blijven en hopen dat zij er nog wat van meekrijgen. Ze gaan ons uitwuiven op de luchthaven, voor ze zelf op een (andere) vlucht naar Christchurch gaan.
Inchecken valt ons niet mee: als iedereen al klaar is, staan wij er nog. Eerst zijn we kwijtgeraakt in het systeem, dan blijken we van de vlucht naar Kuala Lumpur afgeboekt!

Als dat is rechtgezet blijken we ook nog van de vervolgvlucht afgehaald. Het duurt meer dan een half uur voor alles is rechtgezet en we zijn nog een beetje angstig voor onze bagage als de dame die ons incheckt vrolijk meldt dat ze er 6 weken uit is geweest en niet meer exact weet hoe het moet. Afijn, dat zien we in Nedreland wel: wij mogen in ieder geval mee.

De vlucht is vooral heel lang… Eerst anderhalf uur naar Auckland. Dan 2 uur wachten en door naar Kuala Lumpur. We kijken veel films om wakker te blijven en in KL drinken we koffie, kletsen anderhalf uur over de msn met mensen in Nederland, trekken iets schoons aan en beginnen dan aan de langste vlucht: 13 uur naar Nederland. We slapen allebei een paar uur en uiteindelijk komt Nederland in zicht. Nouja, in zicht: het is bewolkt en de temperatuurmeter op het schermpje laat zien dat het 3 graden is… Welkom thuis…

Zondag 29 januari – Afscheid en naar Wellington

Zondag 29 januari – Afscheid en naar Wellington

Om 7 uur zitten we aan het ontbijt. Ook dat is uitgebreid en we houden niet op met de vrouw van Sanny te bedanken. Hij laat ondertussen het adres zien van de website waarop al zijn foto’s vanaf komende week op te zien zullen zijn! Thuisblijvers: kijk komende week eens op deze link en daar verschijnt rechts bovenin ergens komende week een link naar de foto’s die van ons bezoek zijn gemaakt! Daar kan je ook nog wat meer lezen en zien over de iwi (stam) die we bezocht hebben.


Om 8 uur zitten de tassen in de bus en is het tijd om afscheid te nemen. Alleen Sanny, zijn vrouw en zijn kleinzoon zijn er. Sanny bedankt ons; er komen maar een paar keer per jaar (ongeveer 6) zulke gasten en hij zegt het iedere keer weer leuk te vinden. We merken dat hij het meent. De zegen die hij uitspreekt over de rest van onze reis en de zang van zijn vrouw klinken hartverwarmend, ondanks dat we de taal niet verstaan en Martijn zegt als woordvoerder in zijn (engelse) afscheidstoespraak vooral dat hij hoopt nog eens terug te kunnen en mogen komen. En ook dat is gemeend. Deze derde keer spreken en zingen is wat onverwacht, maar Vader Jacob kan nog wel een keer mee. Even later vertrekken we, uitgezwaaid en iedereen is de eerste uren erg rustig.
De rit naar Wellington is door een snel veranderend landschap: van de rivier buigen we ongeveer 30 kilometer later weer af, na een laatste schitterende fotostop. Daarna wordt het land snel vlakker, om vervolgens bij Wellington weer bergachtig te worden. Ondanks het mooie weer aan de rivier ligt Wellington in de wolken en doet zijn (bij)naam van City of the Winds alle eer aan. De lodge is eenvoudig, maar in het centrum van de stad en vlakbij Te Papa, het National Museum, waar we een kartier na het afgooien van de spullen, zo ongeveer om kwart voor 2 heenlopen.

Het museum is geweldig groot, geweldig ruim en vooral geweldig voor wat betreft de opzet en “inhoud”! We beginnen te lopen, met een koffiestop een uurtje later en voor we het weten is het “zomaar ineens” al vijf uur. Tijd voor Internet (de afgelopen dagen was er geen Internet en nauwelijks telefoon-ontvangst) en even bijkomen. Vanavond eerst eten en dan misschien nog een concert in de Botanical Gardens. Morgenochtend vroeg varen we naar het Zuideiland!