Wells Gray

Wells Gray

Op wat luidruchtige Duitse buren na, die ons eerste uurtje slaap wat verstoren, is het ontzettend stil, zo midden in het park. Het bed is zo groot dat we elkaar vannacht zo ongeveer kwijt zijn geraakt en we hebben prima geslapen. Martijn is voor de wekker wakker; Karin schiet overeind van de piepjes. Zo, opstaan! En als we daarbij herrie maken met de kraan en het doortrekken van het toilet? Oeps, sorry buren…

Het ontbijt is heerlijk! Er staat echt van alles: vers brood en brood om te toasten, twee soorten yoghurt, drie soorten muesli, gekookte eitjes, drie soorten jammetjes, basterdsuiker, drie soorten kaas, drie soorten vleeswaren en een enorme berg vers fruit. We mogen zelf uitkiezen en we krijgen elk twee versgebakken pannenkoeken! Mjummie! Lekkere bak sterke koffie erbij, vers kopje thee voor Karin, sapje erbij… we kunnen de lunch wel overslaan straks! We genieten en kletsen ondertussen gezellig met de eigenaresse, die op onze vragen van alles verteld over het winterseizoen in Wells Gray (“a fair bit of snow, about knee or hip high”…), de beesten die er in de tuin komen (eland, coyote, beer, herten) en het jachtseizoen. Dat laatste is duidelijk een gevoelig punt: haar man jaagt. ZIj vindt dat op zich goed, mits je opeet wat je jaag èn je niet in je eigen tuin jaagt. Dat leverde vorig jaar wat spanning op, toen haar man na een lange dag jagen met lege handen thuiskwam en drie herten in zijn eigen tuin zag staan… De hertjes hebben het overleefd en aan haar grijns te zien haar huwelijk ook.

Om half 9 schuiven de Duitsers aan en zoals we al dachten schakelt de eigenaresse naar hen direct over in het Duits. Geen ‘Hochdeutsch’, dus we gokken op Oostenrijks of Zuid-Duits misschien. Ze blijft tegen ons Engels praten en de Duitsers kijken wat gechoqueerd als we ze als we weggaan ‘Schönen Tag’ wensen. Ja, we kunnen jullie verstaan (al zijn ze overigens heel netjes en hebben ze niet geroddeld). Met een grijns gaan we weg, pakken onze zooi en overleggen even. De voorspellingen voor vandaag zijn beroerd en het is net begonnen met spetteren. Misschien toch even blijven zitten? We stemmen tegen. Er is vast genoeg te zien en terugkomen en lezen kan altijd nog.

We zijn nog geen vijf minuten onderweg als Martijn links vasn de weg een vosje spot. Wauw, wat is ie mooi. Niet rood, maar gevlekt grijsbruin, met een mooie witte pluim aan zijn staart. We remmen, keren heel voorzichtig om, raam open, camera in de aanslag… en de vos blijft gewoon zitten! Uiteindelijk komt er een auto achter ons staan en we rollen heel langzaam tot naast het beest! Karin maakt een paar plaatjes van heel erg dichtbij voor het vosje ineens schrikt, ons recht aankijkt en binnen 0.3 seconden is verdwenen. Wauw, goedemorgen Wells Gray!

De eerste geplande stop is Dawson Falls, een heel brede en niet zo hoge waterval waarvan het uitzichtspunt met een wandelingetje van 10 minuten te bereiken is. Er dondert heel wat water naar beneden. Gelukkig dat het gisteren geregend heeft, anders zat er weinig water in misschien. Daarover gesproken: het is droog en zien we daar nu blauwe lucht aankomen? Snel, naar Helmcken Falls! Dit is de beroemdste watervall van het park: het water valt ruim 140 meter naar beneden. De vorige keer hebben we de waterval nauwelijks kunnen bekijken door de rook die in het park hing (afkomstig van de branden door heel BC), dus we zijn benieuwd. We rijden er heen en inderdaad, als we parkeren prikt het zonnetje net door de wolken heen. We lopen naar het uitzichtspunt en onze monden vallen open. Wauw… Het water valt vanaf Murtle River door een smalle opening 140 meter naar beneden, in een enorm door de waterval zelf gecreerd ‘gat’. De zon en schaduw trekken strepen door de opstijgende waterdamp. We vliegt een roofvogel over (een slechtvalk?), we horen vogels en zien vlinders rondfladderen. Zó hoopten we de watervallen te zien. We maken heel wat plaatjes en genieten van het zonnetje in een steeds blauwer wordende lucht.

Na Helmcken Falls is het nog de beurt aan Bailey’s Chute. Dit is niet zozeer een waterval, maar een heftige stroomversnelling, ook via een wandeling te breiken. En niet alleen is het water een machtig gezicht: rond deze tijd van het jaar springen er zalmen! De grootste zalmsoort, de Chinook, die tot wel 22 kilo kan wegen, komt hier in het paaiseizoen (half augustus / half september). Nadat hij met een geweldige krachtsinspanning vanaf de oceaan de zoetwater rivieren is opgezwomnen, tegen de stroom in, komt de zalm hier zijn grenzen tegen. Veel zien veel zalmen springen: we zien er niet één die niet terug gespoeld wordt. De (naar we vermoeden teleurgestelde) zalemen laten zich uiteindelijk terugzakken, paaien verderop in de rivier en sterven. Een natuurlijke dood, óf doordat ze opgegeten worden door beren, roofvogels of mensen. Wij genieten van de enorme vissen die zichzelf dapper tegen de stroom ingooien en soms meters ver komen. Er komt er zoals gezegd niet één verder dan het midden en Karin krijgt een aantal zalmen op de foto. We wensen ze een prettig paaiseizoen… en de beren een smakelijke hap! Nadat we een tijd in het zonnetje hebben staan kijken is het tijd voor pauze. We rijden naar Azure Lake, waar we een leuk koffietentje vinden en (opnieuw in de zon) koffie drinken. Dan besluiten we terug te rijden naar Clearwater. Een kans om beesten te spotten, om goeie koffie te vinden en om te besluiten wat we vanavond gaan doen met eten.

Het is een dik uur rijden naar Clearwater. Helaas zien we geen beesten, maar aan de rand van het dorp, vlak bij de visitors center vinden we de Flour Meadow Bakery en Café. Ze hebben uitstekende koffie èn een hele bakkerij vol heerlijkheden… Het is bijna half 3 en uiteindelijk gaan we toch voor de bijl voor een scone (Karin) en cornish pastie (Martijn). Daarna doen we de supermarkt aan… en kopen er uiteindelijk alleen teleurgesteld een sapje. Het gaat niet echt lukken om hier een hapjes-avond-naar-wens van te maken! Gelukkig hebben we een plan B. We rijden naar Dutch Lake (ja, zo heet het echt) waar we aan de rand restaurant Painted Turtle vinden. We hebben er goeie dingen over gelezen. De kaart en het overdekte terras (met hittelampen) zien er aanlokkelijk uit, dus we reserveren voor vanavond en rijden tevreden terug naar onze B&B.

We werken het verslag bij, lezen wat, en kijken ondertussen met een licht verontrust oog naar het weer. Het wordt weer bewolkt! Hmmm, als we om half 6 wegrijden nemen we allerlei laagjes inclusief een waterdichte mee. en we laten onze zonnebril thuis. Stom plan! We zijn nog 10 minuten onderweg als we weer in de zon rijden. En het blijft prachtig. We eten weliswaar in de schaduw en met een flink aantal truien en een jas aan, maar het uitzicht is prachtig en het eten heel erg lekker. De terug weg is, ondanks wat kleine omwegen in de vallende schemering, in de hoop dat we beesten zien, zonder bijzonderheden. Op de kamer werken we het laatste beetje verslag bij en drinken nog een drankje. Dat hopen we morgen nog beter te doen trouwens, dan gaan we naar Kelowna, de wijnhoofdstad van BC!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.