Kotor – Budva – Ulcinj

Kotor – Budva – Ulcinj

Een reisdag vandaag! Na het ontbijt checken we of we alle zooi in de tassen hebben gepropt en sjouwt Eveline ze van de trappen af. Karin, die door haar blessure niet kan tillen, regelt via de immer behulpzame en vriendelijke Ivana een taxi en blijft nog even met haar kletsen. “Wat heerlijk dat jullie samen op vakantie kunnen en jullie mannen er geen bezwaar tegen hebben”, zegt ze. De Balkan-mannen en vooral haar vriendje zijn daar te jaloers voor legt ze uit. Haar vriend zit op de grote vaart, is zes maanden van huis maar stuurt haar elke dag één of meerdere berichtjes met vragen over wat ze doet en met wie ze is. Ze wordt er duidelijk gek van: “ik ben altijd samen met mijn tweelingzus of aan het werk, maar hij blijft maar bezig”. We vragen ons later gezamenlijk af hoe lang die relatie nog goed gaat…

Als we met tassen bij de toegangspoort van de oude stad staan rijdt er van alles af en aan maar geen lege taxi. Uiteindelijk lopen we iets verder de straat op en houden een taxi aan die net iemand er uit heeft gelaten. De man knikt bij ‘Autobuska Stanica’, zet zijn taximeter aan en brengt ons voor 1 euro 70 naar het busstation. Daar rekenen we snel af en gaan een kaartje regelen. Met een beetje mazzel… en jawel, binnen een paar minuten hebben we niet alleen een kaartje, maar zitten we ook in de bus naar Budva. Een klein busje waarbij de bagage in de ruimte naast de achterdeur mag ‘wonen’. Via Tivat (waar een kleine luchthaven ligt) rijden we naar Budva. We zijn er binnen drie kwartier. Dat kan sneller, maar niet met deze drukte! Het busstation heeft een aparte ‘garderobe’ waar we onze tassen voor 4 euro achter kunnen laten. We krijgen keurig bewijsjes mee en ze willen een kopie van een paspoort. Prima, zo durven we ze wel een paar uur achter te laten. Tevreden wandelen we er van door.

Budva is warm en druk. Als we langs de overvolle weg wandelen vermaken we ons door nummerborden te spotten. We zijn verbijsterd: binnen een paar honderd meter hebben we dik 15 verschillende landen gespot! Inclusief een Nederlander, maar verder met ongeveer alles uit de regio èn zelfs ver daarbuiten. we herkennen niet alles: als we het later opzoeken blijken er ook nummerborden uit Wit-Rusland en zelfs Kosovo tussen gezeten te hebben. We slaan af en wandelen naar de waterkant. Daar zien we teveel Russen die in te weinig kleding over de smalle boulevard paraderen. Niet ons soort vakantie, zullen we maar zeggen. We wandelen naar de oude stad: daar kwamen we immers voor! In de schaduw van de muren stoppen we eerst voor een drankje. Hoewel we het warm hebben, constateren we tevreden dat het lang niet meer zo snikheet is als de afgelopen dagen. Nog (net) geen 30 graden denken we: heel wat beter dan 35+! Als we klaar zijn (duurt effe: Karin krijgt een tweede cola’tje erbij, omdat ze de dame er op wijst dat haar glas stuk is, die daar enorm van schrikt) wandelen we de oude stad in.

 

Daar is het stikdruk, maar oh mensen wat een schattig stadje! We snappen echt heel goed waarom het hier zo druk is. Kronkelige ministraatjes, pleintjes met terrasjes, een citadel, twee kerkjes en pal aan zee, met uitzicht over de baai met prachtig blauwe water. De autovrije oude stad wordt door een middeleeuwse stadsmuur omringt, die in de 15e eeuw door de Venetianen werd gebouwd. We gaan lekker op onderzoek uit. Het kleinste kerkje van de twee zit helemaal vol prachtige schilderingen. We maken (net als ALLE andere toeristen, zo lijkt het) plaatjes over dat ene muurtje met uitzicht over de baai. We beklimmen de citadel en bekijken elk hoekje daarvan. De citadel is overigens uit de 19e eeuw en werd door de Oostenrijkers gebouwd. We beginnen ons af te vragen wie er NIET heeft geregeerd over Montenegro. Vanaf de muren kunnen we het eiland Sveti Nikola zien liggen, op de reclameborden ook wel ‘Hawaiï’ genoemd, waarschijnlijk omdat het zo groen is en een aantal steile kliffen heeft. Het uitzicht is prachtig en Budva is leuk! Als we zijn uitgedwaald ploffen we neer bij de Juice Bar. Die blijken niet alleen heerlijke sapjes te hebben, maar ook verrassend lekkere sandwiches. Een uitzondering in dit land waar een uitgebreide warme lunch de hoofdmaaltijd vormt. We genieten er van!

Daarna zijn we eigenlijk wel klaar. Het is inmiddels echt te druk en we besluten nog even te pinnen (ook hier komen gewoon euro’s uit de muur) en dan terug te wandelen. Als we buiten de muren omhoog kijken blijkt dat eigenlijk best een handig plan: er komen echt enorm zwarte wolken aan. We zetten ondanks de hitte de pas er in en halen het uiteindelijk nèt voor de bui losbarst. Als we een kaartje staan te kopen begint het te hozen en volgt er een aantal donderklappen. Goeie timing! Als we een kaartje hebben en het weer even droog is haalt Eveline de tassen. Daarna even plassen en dan rijdt er een bus binnen. Het is een enorm gammel ding (overigens in tegenstelling tot bijna elke andere bus) en daar stapt een chauffeur uit die ongeveer net zo oud is als de bus lijkt. Ons vervoermiddel naar Ulcinj staat voor! De man spreekt geen woord over de grens maar blijkt erg vriendelijk. Hij zorgt dat de tassen in de achterbak kunnen en aangezien we de enige passagiers zijn (tot vlak voor we weg gaan) hebben we de stoelen voor het uitzoeken. we zoeken exemplaren uit die wèl een stevige rugleuning hebben en niet natgeregeld zijn door het luik dat hij nu dicht doet. Als er uiteindelijk nog één jongen en twee Vlaamse meisjes zijn ingestapt kunnen we weg.

De route is prachtig! De kust van Montenegro is helaas hier en daar te vol gebouwd, maar we balen regelmatig dat we niet in een eigen auto zitten (hoewel we nu geen rekening hoeven te houden met de idiotie van sommige mede-weggebruikers). Het grootste deel van de route loopt vlak langs de kust en die is echt adembenemend. We zien vanaf de weg ook Sveti Stephan liggen, het schiereilandje waar we eventueel op de terugweg nog willen stoppen. Het eilandje zelf is niet toegankelijk (want één groot luxe resort), maar het ziet er geweldig uit en de stranden er vlakbij schijnen geweldig te zijn. Gezien de stortbui zijn we blij dat we vandaag voor Budva hebben gekozen. De route duurt uiteindelijk wel lang: iets meer dan twee uur in plaats van de beloofde anderhalf uur. Geen idee of het nu komt door de drukte, de oude (tikkie trage) bus, het feit dat de chauffeur aan de kant wordt gezet door de politie en om onbekende redenen een bon krijgt… Hoe dan ook, ondanks het lage(re) tempo komen we keurig aan in Ulcinj. Deze stad ligt vlakbij de Albanese grens en is een populair vakantieoord voor Albanezen en Kosovaren. Volgens de LP vooral omdat het een stuk leuker is dan de kust van Albanië! We gaan het ontdekken.

We nemen een taxi naar Hotel Dolcino, een tikkie zakelijk, maar keurig hotel halverwege de hoofdstraat. Een uitstekende locatie zo blijkt: lekker dichtbij ‘alles’, maar ver genoeg weg om niet midden in de herrie te zitten. De receptioniste doet haar best: willen we één of twee bedden? En aan welke kant? En met of zonder balkon? Uiteindelijk krijgen we een keurige, stille kamer met twee bedden aan de achterkant. Top! De airco werkt uitstekend dus het is binnen no time koel in de kamer. Al moeten we eerlijk zeggen dat het ook hier niet bloedheet is. We dumpen onze zooi, trekken wat anders aan en wandelen de stad in. Naar het water en alleen al de wandeling daarheen is een belevenis. Er zijn ongeveer drie keer zoveel mensen als je zou willen. Een groot deel heeft ook te weinig kleding aan (nee, we willen geen mannen in zwembroek of vrouwen in bikini zien in een winkelstraat in een dorp). Er zijn ook teveel hotels èn teveel (allemaal bezette) strandbedjes op het propvolle strand. En we snappen ook nog waarom, want de kust is prachtig en ook hier ligt een (ok deze keer piepkleine) oude stad sfeervol op de hoek van de baai. Er knalt muziek uit 101 speakers en tussen alle hotels en restaurantjes staat een aantal moskeeën. Ulcinj is overwegend Islamitisch, al zien we daar verder dus weinig van. Enigszins overdondert ploffen we op een verrassend leeg terrasje aan het strand. Doet u maar wat drinken dan, terwijl we deze gekte even op ons laten inwerken.

Dat kost dan weer helemaal niets en als we klaar zijn kunnen we de wereld weer wat beter aan. De oude stad, daar schijnen prima restaurantjes te zijn. We vinden de trap naar boven en wandelen door de poort door de enorm dikke muren naar binnen. Daar blijkt het relatief rustig en laten we de gekte achter ons. En vinden we Taphane, een volgens Tripadvisor uitstekend restaurant met een geweldig uitzicht op het water. We vinden een tafeltje en de recenties op Tripadvisor blijken volledig terecht: het eten (gegrilde inktvis!) is heerlijk, de bediening vriendelijk, het uitzicht geweldig, de drankjes lekker. Het is echt top en we hebben een heerlijke avond. Tevreden wandelen we uiteindelijk terug naar beneden… waar inmiddels NOG meer mensen zich hebben verzameld! Werkelijk iedereen uit heel Ulcinj en verre omgeving loopt op de boulevard en door de straat waar ons hotel aan ligt. We halen diep adem en lopen via de stampvolle supermarkt (waar we een paar flessen water halen) naar ons hotel. Airco aan en helemaal tevreden met onze doodstille kamer vallen we in slaap.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.