Archief van
Categorie: Oceanie

Vrijdag 10 februari – Mt Cook en naar Christchurch

Vrijdag 10 februari – Mt Cook en naar Christchurch

Nadat Mt Cook al 5 dagen in de wolken en het slechte weer was gehuld (incl gisteren), staan we op met wolken, maar ook een beetje blauwe lucht. We hebben, net als bijna iedereen anders, een vlucht geboekt, maar we zien al aan het weer dat het niets wordt om 8 uur. Colin bevestigt dat bij het ontbijt, maar we eten toch maar door. Tijdens het ontbijt en de koffie erna trekt het langzaam op en we genieten van de eerste glimpjes Mt Cook door de wolken heen. Iedereen gaat er wel van uit dat we pech hebben en we vertellen elkaar dat we al blij mogen zijn met het uitzicht.


Om 9 uur rijden we weg bij de accomodatie, als Colin gebeld wordt: we kunnen alsnog vliegen! Zowel de helicoptervluchten (voor 5 man) als de ski-plane vluchten (voor 11 man, waaronder wijzelf) gaan door. Iedereen is uitgelaten: het voelt als een soort bonus en na 3 keer pech rondom Mt Cook zijn we erg blij met deze vierde keer scheepsrecht! Wij komen met Lieve, Dirk, Emiel, Lily en 2 Engelsen bij piloot Mike in het vliegtuig. Tegen de tijd dat we gaann vliegen is het volledig helder en Mike net zo uitgelaten als wijzelf: het was de eerste keer in 5 dagen dat ze weer gaan vliegen EN landen op de gletcher. Wij hebben gekozen voor een 45 minuten-trip, incl. landing boven op de Tasman gletcher, maar doordat het de eerste keer is, moet Mike eerst de sneeuw testen (touch en go landing) en blijven we langer vliegen EN op de gletcher, zodat we wel meer dan een uur wegzijn. Het is echt supergaaf. Heel erg mooie vlucht en bovenop een gletcher lopen is echt heel bijzonder (en winderig!).
Genieten; het was een duur tripje, maar we hebben er geen spijt van.


De rest van de dag rijden we naar Christchurch. We stoppen voor lunch bij the little church of the good sheperd, een klein kerkje uit 1935, dat vooral bekend is door de GEWELDIGE locatie aan de rand van een meer en het grote raam in de achterwand van de ker, waardoor je het hele meer kan zien als je in de bankjes zit. Ook het beeld van de herdershond (dat overigens door enorme hoeveelheid sandflies wordt belaagd, alsof het leeft) is bekend; een eerbetoon aan de schapehonden die – nog steeds – zo belangrijk zijn in een van de belangrijkste industrien van het land. Het kerkje is dicht, maar het uitzicht op het meer in het zonlicht is er niet minder om. Na de lucht rijden we vlot door, met alleen nog een stop voor een ijsje. We zijn om half vier in Christchurch en nemen afscheid van Colin. Dat laatste is niet leuk: we hebben genoten van zijn gezelschap en we beloven dat we terugkomen en foto’s sturen. Colin; ook langs deze weg dank je wel en zeker tot ziens! ‘s Avonds eten we bij de Mexicaan (en Karin drinkt marghartita’s! 😉 en gaan vroeg slapen.

Zaterdag 11 februari – Christchurch

Zaterdag 11 februari – Christchurch

Uitslapen om te beginnen, want dat hebben we wel verdiend. Daarna lopen we rustig via de Starbucks en een Internetcafe naar de botanische tuinen van Christchurch. Het is zonder meer het leukste stadje dat we hebben gezien: gezellig, compact (goed te belopen) en met veel restaurantjes en cafe’s. De tuinen zijn enorm. Christchurch wordt wel the city of gardens genoemd en als je de enorme botanische tuinen (eind 19e eeuw) inloopt, die zelf weer een onderdeel vormen van het nog veel grotere park (het is een rondje van ongeveer 17 kilometer om er omheen te lopen), begrijp je waarom.

We bekijken vooral de rozentuin en de kassen en genieten van alle kleuren. Daarna struinen we via de weekendmarkt van the art center naar het informatiecentrum, waar we met de dames hebben afgesproken. We bellen de black cat dolphin experience en die heben goed nieuws: de excursie naar de haven van Lyttleton die Colin voor ons heeft geboekt, om zeldzame Hector Dolphins te gaan bekijken, gaat door!


Na de lunch worden we door een shuttlebus opgehaald, die ons – voorzien van veel toeristisch commentaar – in 20 minuten naar de pier brengt waar onze boot vertrekt. Daar krijgen we een waarschuwing: het heeft hard gewaaid afgelopen nacht, dus er staat nogal wat deinig. Een paar mensen haken af en krijgen hun geld terug, maar wij willen dolfijnen zien!

Twee uur laer zijn we terug… zonder ook maar 1 dolfijn te hebben gezien. De schipper durfde met zijn bootje niet te ver de zee op en we behoren tot de 2% van de tochtjes waarop mensen geen dolfijnen zien. We zijn niet ziek geworden en het was een leuke tocht, maar we zijn natuurlijk wel teleurgesteld. Terug in de stad gaan de dames naar een rugby-wedstrijd en wij doen lekker rustig aan. We winkelen nog twee uurtjes en eten daarna opnieuw bij een Mexicaan. ‘s Avonds na de wedstrijd drinken we nog een gezellige borrel met Judith en Elise en daarna gaan we slapen. Morgen moeten we naar huis…

Aotearoa – land van de lange witte wolk

Aotearoa – land van de lange witte wolk



Onze reis naar Nieuw Zeeland ziet er als volgt uit:

1-2 Vlucht naar Auckland
3 Aankomst Auckland –> Waiheke Island
4 Waiheke Island
5 Waiheke –> Auckland
6 Auckland
7-8 Cormandel Schiereiland
9 Rotorua
10-11 Tongariro NP – incl Crossing
12 Koriniti
13 Wellington
14 Kaikoura
15 Hanmer Springs
16 Greymouth
17-18 Fox Glacier, via Franz Jozef Glacier
19 Wanaka
20-21 Queenstown
22 Lumsden, verblijf op boerderij
23 Te Anau, fac. Milford Sound
24 Mount Cook N.P.
25-26 Christchurch
27 Vlucht naar Nederland
28 Aankomst Nederland

Zondag 22 januari – Auckland

Zondag 22 januari – Auckland

Gisteravond aten we bij Tony’s, een fish & steak restaurant aan een zijstraat van Queenstreet (het restaurant dat we in eerste instantie zochten bleek niet meer te bestaan! Waar ken ik dat toch van…). Het eten bij Tony’s was ook prima en we kletsten honderuit over de reis tot nu toe. Na het eten begon het aardig donker te worden en omdat het nog steeds erg helder was, vertrokken we richting de Sky Tower. Dat bleek een goede keus: een eindeloos uitzicht over een langzaam donker wordend Auckland. Karin probeerde foto’s te maken en we bekeken van boven de plaatsen waar we vandaag heen zouden gaan. Om half 11 lagen we bekaf maar tevreden in bed.


Na een wat onrustige nacht (er waren nogal wat feestjes aan de gang in de directe omgeving) zaten we vanochtend om 8 uur aan het ontbijt en om 9 uur trokken we met Judith, Elise, Jannie en Wil en Dirk en Lieve de stad in. Via de botanische tuinen (orchideeen!) liepen we naar het museum. Een lekkere wandeling, maar het weer werkte weer prima mee (zon, lichte wolkjes, windje en ongeveer 22 graden), dus het was geen straf.
Het museum bestaat uit drie verdiepingen. Verdieping 1 gaat over de volken van Oceanie; verdieping 2 over de dieren en plantenwereld van NZ en verdieping 3 over alle mogelijke oorlogen. Na een kleine 2 uur hadden we het wel gezien: er is vreselijk veel en het geeft een leuk beeld, maar elke verdieping staat werkelijk bomvol en het was er ijskoud. Gauw de zon weer in! Inmiddels waren we Wil en Jannie en Dirk en Lieve in het museum kwijt geraakt, dus trokken we gevieren verder naar Parnell, een Victoriaanse wijk in het oosten van Auckland. Leuke huizen en een erg mooie Rosegarden.

We kochten er een heerlijk broodje bij een bekroonde Italiaanse bakker dat we op een bankje opaten, voor we begonnen aan een forse wandeling naar Kelly Tarlton’s Underwater World. Dat was leuk: met een karretje langs pinguins, reuzeroggen die gevoerd werden en een enorm buizenstelsel onder het aquarium door. Het was wel klein en voor de stevige prijs viel dat een beetje tegen. De gratis knuffel-pinguin die we met een onderweg opgepikte kortingskaart kregen maakte veel goed. 🙂
Na dat bezoek waren de knie-credit-points aardig op en pakten we de bus terug. Vanavond eten we met Judith en Elise opnieuw bij Tony’s voor we naar de film (The Chronicles of Narnia: the lion, the witch and the wardrobe) gaan. Morgen reizen!

Maandag 30 januari – van Wellington naar Kaikoura

Maandag 30 januari – van Wellington naar Kaikoura

Na een etentje bij “Coyote”, een goed en goed te betalen Mexicaans restaurant, gaan we snel terug naar het hotel. Hoewel het bed niet echt fantastisch ligt (als de een beweegt wordt de ander zeeziek), gaat de nacht vlot voorbij. De volgende ochtend vertrekken we om acht uur naar de “Challenger”, een veerboot van oorspronkelijk Briste makelei die de overtocht een half uur sneller doet dan de oude boten. Ja, de naam vonden wij ook niet geweldig, maar als we op het zonnedek de zon tegemoet varen die buiten de baai van Wellington wel zichtbaar is, wordt het snel minder erg. We waaien wel weg en zijn dus blij met het plaatsje dat Martijn op dek 7 uit de wind en in de zon ontdekt. Vooral als we van daaruit een aantal dolfijnen zien dat bij het binnenvaren van de Marlborough Sounds (een fjordengebied aan de rand van het Abel Tasman park) met de boeggolven komt spelen!


In Picton rijden we vlot van de boot af richting Kaikoura. Als we bij de kust komen zien we een vreemd fenomeen: wij rijden in de zon en vanaf 10 meter van de kust zit alles in een dichte mist. Het is zo’n vreemd gezicht dat we eerst nog even denken dat het rook is, maar het zijn echt dichte wolken! Daardoor missen we bijna de zeehonden-kolonie die daar “woont”. Gelukkig is Colin wel alert en als hij de bus stopt en iedereen gezien heeft waar het om gaat staan we al snel met ons snufferd op een aantal meter van een groep zeehonden! We maken veel plaatjes en het is heel bijzonder om zo dichtbij te zijn.
In Kaikoura hebben we pech: de mist zorgt ervoor dat de walvissentocht wordt afgelast. In plaats daarvan stropen we toeristisch maar erg leuk Kaikoura af en doen een handwasje. ‘s Avonds eten we bij onze lodge, de Lobster Inn, en drinken nog een borrel. Daarna gaan we vroeg slapen want morgen moeten we walgelijk vroeg op voor een stel dolfijnen….

Zondag 12 februari – vliegen

Zondag 12 februari – vliegen

En dan is het zover. Om half 9 zitten we na een laatste inpak-sessie in de bus die ons naar de luchthaven brengt. Vier weken zijn omgevlogen en we gaan naar huis. Om te onderstrepen dat dat niet per-se een leuk idee is, is het werkelijk stralend weer. We zijn blij voor Henk en Eugenne die nog een week op het Noordeiland bij familie blijven en hopen dat zij er nog wat van meekrijgen. Ze gaan ons uitwuiven op de luchthaven, voor ze zelf op een (andere) vlucht naar Christchurch gaan.
Inchecken valt ons niet mee: als iedereen al klaar is, staan wij er nog. Eerst zijn we kwijtgeraakt in het systeem, dan blijken we van de vlucht naar Kuala Lumpur afgeboekt!

Als dat is rechtgezet blijken we ook nog van de vervolgvlucht afgehaald. Het duurt meer dan een half uur voor alles is rechtgezet en we zijn nog een beetje angstig voor onze bagage als de dame die ons incheckt vrolijk meldt dat ze er 6 weken uit is geweest en niet meer exact weet hoe het moet. Afijn, dat zien we in Nedreland wel: wij mogen in ieder geval mee.

De vlucht is vooral heel lang… Eerst anderhalf uur naar Auckland. Dan 2 uur wachten en door naar Kuala Lumpur. We kijken veel films om wakker te blijven en in KL drinken we koffie, kletsen anderhalf uur over de msn met mensen in Nederland, trekken iets schoons aan en beginnen dan aan de langste vlucht: 13 uur naar Nederland. We slapen allebei een paar uur en uiteindelijk komt Nederland in zicht. Nouja, in zicht: het is bewolkt en de temperatuurmeter op het schermpje laat zien dat het 3 graden is… Welkom thuis…

Zondag 12 februari – vliegen

Zondag 12 februari – vliegen

En dan is het zover. Om half 9 zitten we na een laatste inpak-sessie in de bus die ons naar de luchthaven brengt. Vier weken zijn omgevlogen en we gaan naar huis. Om te onderstrepen dat dat niet per-se een leuk idee is, is het werkelijk stralend weer. We zijn blij voor Henk en Eugenne die nog een week op het Noordeiland bij familie blijven en hopen dat zij er nog wat van meekrijgen. Ze gaan ons uitwuiven op de luchthaven, voor ze zelf op een (andere) vlucht naar Christchurch gaan.
Inchecken valt ons niet mee: als iedereen al klaar is, staan wij er nog. Eerst zijn we kwijtgeraakt in het systeem, dan blijken we van de vlucht naar Kuala Lumpur afgeboekt!

Als dat is rechtgezet blijken we ook nog van de vervolgvlucht afgehaald. Het duurt meer dan een half uur voor alles is rechtgezet en we zijn nog een beetje angstig voor onze bagage als de dame die ons incheckt vrolijk meldt dat ze er 6 weken uit is geweest en niet meer exact weet hoe het moet. Afijn, dat zien we in Nedreland wel: wij mogen in ieder geval mee.

De vlucht is vooral heel lang… Eerst anderhalf uur naar Auckland. Dan 2 uur wachten en door naar Kuala Lumpur. We kijken veel films om wakker te blijven en in KL drinken we koffie, kletsen anderhalf uur over de msn met mensen in Nederland, trekken iets schoons aan en beginnen dan aan de langste vlucht: 13 uur naar Nederland. We slapen allebei een paar uur en uiteindelijk komt Nederland in zicht. Nouja, in zicht: het is bewolkt en de temperatuurmeter op het schermpje laat zien dat het 3 graden is… Welkom thuis…

Maandag 23 januari – naar Coromandel Peninsula

Maandag 23 januari – naar Coromandel Peninsula

Het eten (opnieuw bij Tony’s) en de film waren een succes. Om ongeveer half 11 waren we terug in het hotel en met alle spullen alvast ingepakt vielen we in slaap. Het was een stuk rustiger die nacht, dus met slapen kwam het helemaal goed.
De wekker staat vroeg, want we vertrekken al om half 9. Voor die tijd gaan we een broodje eten bij een soort breakfast-cafe aan de overkant. Die zien we overal en schijnen nogal in opkomst te zijn: goeie koffie of thee en allerlei broodjes zodat je relax kunt ontbijten. Het is goed te betalen en veel lekkerder dan ontbijt in het hotel, dus geen moeilijke keuze.

De groep is heerlijk snel: iedereen zit iedere keer om vijf minuten voor de afgesproken tijd in de bus en deze ochtend is geen uitzondering. Colin is tevreden en we rijden vlot de stad uit. Via een aanvankelijk nog wat saaie route (Colin vertelt veel over de geschiedenis en het landschap waar we doorheen rijden, dus het is goed uit te houden) rijden we richting The Coromandel Peninsula (een schiereiland dus). De route wordt al snel mooier: onderweg zien we ijsvogels, verschillende soorten aalscholvers en een enorme aantal roofvogels. De kuststrook is rotsachtig, maar als we de bergen over zijn zien we de stranden waar het schiereiland zo beroemd om is: licht zand over eindeloos veel kilometers; de palmen maken het plaatje compleet.


Met de nodige fotostops en stops in Thames (koffie) en Coromandel City (lunch) rijden we naar the Aotearoa Lodge in Whitianga, ons thuis voor de komende twee nachten. De kamers zijn prima en het is er heerlijk rustig. En dan de vraag wat we gaan doen. Het weer is niet heel denderend en ze voorspellen nog slechter weer. We komen er bovendien achter dat laag water ‘s avonds laat is (half 8) en morgen nog later. Na even overleg halen we een picknick bij de plaatselijke supermarkt en rijden direct door naar Hot Water Beach, dat beroemd is om het bijna kokend hete water dat op sommige plaatsen met laag water uit de grond omhoog komt borrelen. Als we aankomen begin het water net de zakken. Een half uurtje later is het zover gezakt dat een hilarisch en fanatiek gevecht met het water kan beginnen. Er wordt een kuil gegraven, een dam aangelegd en sommige mensen gooien zichzelf zelfs voor de aanstormende golven. Het water is inderdaad onzettend heet. Gemengd met het koude zeewater gaat het goed, maar alleen het hete water blijkt te heet om te blijven staan. Het is voor veel mensen te koud voor een badpak of zwembroek, maar pootje baden doet iedereen. Na anderhalf uur zit iedereen dan ook in meer of mindere mate onder de modder. Uitgelaten, onder het zand en bekaf vertrekken we naar de lodge. Na het douchen drinken we met Judith en Elise twee flessen wijn leeg en rozig landen we om 11 uur in ons bed. Heerlijke dag!

Dinsdag 31 januari – Dolfijnen en naar Hanmer Springs

Dinsdag 31 januari – Dolfijnen en naar Hanmer Springs

Kwart voor 5 is het, als de wekker gaat en we hopen nog heel even dat het een grapje is. Opnieuw was het een wiebelbed en opnieuw hebben we matig geslapen. Maar het vooruitzicht op dolfijnen in de zon laat ons opstaan. Buiten gekomen beginnen we te twijfelen: het mist nog erger dan de dag ervoor, dus zou alles wel doorgaan?! Niemand durft het hardop te zeggen en in stilte rijden we naar Dolphin Encounter. Daar horen we gelukkig dat alles doorgaat. Zes mensen gaan met dolfijnen zwemmen en wij gaan samen met de rest vanaf de boot kijken naar wat hopelijk een enorme troep dolfijnen wordt!

Na een briefing en een busritje zitten we met ongeveer 25 mensen op een snelle boot die in de potdichte mist het water opgaat. Het geeft een bijzonder sfeertje: orientatie is bijna onmogelijk en het is heel stil. Er is in het begin weinig te zien en iedereen begint na een half uur wat te twijfelen: gaat het wel lukken. De eerste Albetros is een welkome afleiding. Als 5 minmuten later de boot plosteling vaart mindert en naar links afwijkt denkt iedereen aan dolfijnen, maar als Karin naar rechts kijkt ziet ze op nog geen 10 meter van de boot een werkelijk enorme bultrug bovenkomen, groter dan de boot. Hij is maar heel even boven, maar iedereen is in rep en roer. Geweldig, wat een bonus!

Het duurt nog even, maar dan geeft de captain aan de de zwemmers zich kunnen gaan voorbereiden (duikpak aan) en dat de kijkers naar het voordek mogen. We zien eerst niets, maar dan is het raak. Inmiddels begint de mist op te trekken en we zien de eerste Dusky Dolphins bij de boot. Er volgt anderhalf uur genieten. De zwemmers worden getrakteerd op een kleine groep dolfijnen die vasthoudend geinteresseerd zijn (rondjes zwemmen, aan dacht trekken etc.) en de kijkers worden niet alleen op rugvinnen getrakteerd, maar ook op spronmgen, meezwemmen in de boeggolf etc etc. We genieten ernorm en Karin schiet eindeloos veel plaatjes met de telelens, waarvan een aantal erg goed gelukt lijken. Veel te vroeg komt er een eind aan en om 9 uur zijn we terug in de haven.

Helaas blijkt daar opnieuw de walvissentoch afgelast dus vertrekken we naar de Peninsula Walkway; zonder overdrijven een van de mooiste makkelijke wandeltochten (van ongeveer een uur) over het schiereiland van Kaikoura. We wandelen over de rotsen, met uitzicht op een aantal zeehonden en omdat de mist zich steeds verder terugtrekt zien we nog ontzettend veel. Iedereen is het er bij terugkomst in de bus over eens dat het een topdag is, al is het nog maar half 12 in de ochtend.
We rijden met een aantal fotostops door naar Hanmer springs, waar wij een enorm luze lodge blijken te hebben, terwijl de rest al het sanitair moet delen! We zeggen er niet te veel over, maar nodigen wel Elise en Judith uit voor een borrel. Maar eerst gaat Karin paardrijden!


Elise, Judith, Wil, Isabel en Karin worden door Colin afgezet voor een uur rijden, wat uiteindelijk uitpakt in een uur en 15 minuten trektocht(je) door de bergen. Karin geniet: ze heeft sinds haar 13e niet meer op een paard gezeten, maar is meteen weer verkocht. Ze is als meest ervaren ruiter achteraan de rij gezet op Matheson, een lief, slim, maar vreselijk lui paard. Het is hard werken dus, maar nietemin een heerlijke ervaring. Het blijft gelukkig droog en ook de andere dames zijn erg tevreden. Martijn, die lekker thuis is gebleven met een boek en een drankje, hoort alle verhalen aan. Dan is het tijd voor een douche en een borrel en ‘s avonds eten we met het inmiddels vertrouwde viertal bij The Laurels, een goed restaurantje aan de rand van Hanmer Springs. De baden, waar HS zo beroemd om is, hebben we niet gezien, maar daar hebben we geen spijt van!

Maandag 12 februari – thuis!

Maandag 12 februari – thuis!

Het is maandagochtend heel vroeg als we stipt volgens schema landen op Schiphol. Nederland is zoals iedereen ons gewaarschuwd had kil, grijs en donker. We haasten ons door de lange gangen naar de bagagebanden. Langzaam komende tassen binnendruppelen en begint het afscheid nemen. Het is vreemd om gedag te zeggen tegen iedereen waar we vier weken lang zo intensief mee opgetrokken zijn.

Als alle tassen binnen zijn en iedereen al weg is, staan wij er nog: geen knalgele en zwarte flightbags; geen rugzakken… Na nog een kwartiertje wachten gaan we hulp zoeken. In eerste instantie lijken onze tassen “verdwaald” op weg van het vliegtuig naar de band, maar na nog 20 minuten wachten krijgen we het bericht dat ze in Auckland zijn achtergebleven! Een verkeerde code, ingevoerd door de dame in Christchurch, zorgt ervoor dat onze tassen ons nu haastig nagereisd komen via Londen. Ze worden dinsdag of woensdag verwacht. We onderdrukken wat vloeken, maar zijn blij dat ze in ieder geval niet weg zijn. Door de douane staat Karst ons trouw op te wachten en we zijn blij met de warme auto naar Leiden: dikke jas en schoenen zitten in de tassen die nu naar Londen onderweg zijn!

Thuis douchen we en dan begint het afkickproces. De foto’s zijn mooi geworden (wat het grote aantal enigszins rechtvaardigt 🙂 en we gebruiken het als een manier om in gedachten nog een keer door de reis “heen te wandelen”. Op de plaatjes komen we iedereen ook weer tegen en lieve reisgenoten: dank jullie wel voor een GEWELDIGE reiservaring! Nieuw Zeeland is een land waar het uitzicht en het weer elk half uur om kunnen slaan. Het is een aaneenschakeling van hoogtepunten geweest en zelfs de dagen met slechter weer of een beetje pech staan ons bij als een superervaring. Wij gaan terug, zoveel is zeker.

Naschrift: onze tassen arriveren dinsdagmiddag, keurig thuisgebracht.

Dinsdag 17 januari – vliegen

Dinsdag 17 januari – vliegen

Ondanks dat we allebei nog gewerkt hebben op maandag, is het redelijk relax vertrekken op dinsdagochtend. De wekker staat vrij vroeg, zodat we ook nog even een kop thee kunnen doen. Het blijkt tot ons genoegen koud, druilerig weer: dat gaan we allemaal achter ons laten! Dat plezier is snel over als we buiten in de kou in onze te dunne jas op de bus staan te wachten. Een bus die ALS hij eindelijk komt, zo vol is dat we er niet meer in kunnen. Gelukkig gaat een straat verderop een andere bus en omdat de sneltrein naar Schiphol vertraging heeft (zodat we nog mee kunnen) zijn we uiteindelijk zelfs vroeger dan gepland op Schiphol.

Daar checken we in, halen het groepsvoucher op voor het hotel in Kuala Lumpur en maken kennis met een deel van de groep. Met ruim een half uur vertraging vertrekken we uiteindelijk: 11 uur vliegen naar Kuala Lumpur. Onderweg zien we allebei twee films (Corpse Bride een Just Like Heaven) en proberen we wat te slapen. Op naar Maleisie!

Dinsdag 24 januari – Whitianga

Dinsdag 24 januari – Whitianga

Tja en ook in Nieuw Zeeland kan het slecht weer zijn. Ja thuisblijvers; lach er maar om, maar als we opstaan is het beestenweer: het plenst al uren, het waait en ze voorspellen deze ellende voor minstens de hele dag. Daar gaan alle wandel-plannen naar Cathedral Cove en het strandbezoek. Wat nu?!


Na overleg vertrekt Karin met Judith, Elisa, Wil (2x), Jannie (2x), Elna en Isabel naar een artshop voor een bone-carving sessie. Martijn haalt een bak koffie, dwaalt wat door het centrum en landt een uur later doorweekt in dezelfde artshop om te wachten op de dames. Bone carving is verrassend leuk om te doen: Karin maakt een good luck charm (een hanger) met een oud Maori-symbool voor leadership, autority en safe travel; een fish hook. Eerst overtekenen op het stuk “beef bone” met carbonpapier, dan met een dremel het grove figuur uitzagen en ronde hoeken geven, dan schuren met grof schuurpapier en vervolgens met (nat) fijn schuurpapier. Tenslotte wrijf je het geheel tot het glimt en voila. Het ziet er verrassend goed uit en de dame die het geheel begeleidt complimenteert Karin met het resultaat. En nee, dat deed ze niet bij iedereen! 🙂

Om half 12 is iedereen klaar en het regent nog steeds dat het giet. De enige films die in aanmerking komen zijn King Kong (draait te laat om nog met de bus mee terug te kunnen) en Chicken Little (uitverkocht) en dus landen we met het inmiddels bijna vaste viertal in een tearoom, waar we aan de koffie en taart gaan en eindeloos veel potjes yathzee spelen. Het is gezellig en we maken er maar het beste van.
Nu zitten we in het Internet-cafe en de bedoeling is dat we straks via de supermarkt naar de lodge gaan om (overdekt!) te BBQ-en. Morgen moeten we vroeg op, om naar Rotorua te gaan. We duimen voor beter weer!

Woensdag 1 februari – naar Greymouth

Woensdag 1 februari – naar Greymouth

Vroeg in de bus: om 8 uur stipt rijden we weg van de accomodatie, op weg naar uiteindelijk Greymouth. Na een fotostop is de eerste stop een kleine wandeling (ongeveer 20 minuten), langs een klein meertje waar allerlei bomen staan die bedekt zijn met baardmossen. Het is een sprookjesachtig gezicht, ondanks de eerste kennismaking met de beruchte sandflies.

Daarna rijden we met de nodige stops (waaronder een korte picnic-lunch-stop) door naar de Foulwind Walkway, opnieuw een schitterende wandeling van ongeveer anderhalf uur die eindigt bij een zeehonden-kolonie. Aangezien het opnieuw schitterend weer is, is het wel goed warm, maar dat mag niet deren: pet, water en zonnebrand doen wonderen en verder genieten we van de zomer.

Na een ijsje (ja, echt zomer!) rijden we door naar een korte en vervolgend een lange stop bij de Pancake Rocks en Blowholes, een grillige rostformatie, die inderdaad wel wat weg heeft van op elkaar geplakte grijze pannenkoeken. De blowholes blowen niet enorm (veel te mooi weer), maar het is toch een leuk en indrukwekkend gezicht.

Tenslotte eindigen we rond half 7 in een luxe-appartmentencomplex in Greymouth, waar we uiteindelijk met 9 man eten bij Bonzai Pizzeria (een aanrader). Helemaal duizelig van de indrukken vallen we na een stevige borrel in slaap met het geluid van de golven op de achtergrond! Morgen gletchers!

Woensdag 18 januari – Kuala Lumpur en nog meer vliegen

Woensdag 18 januari – Kuala Lumpur en nog meer vliegen

Om 7 uur plaatselijke tijd (zeven uur later dan in Nederland) landen we, behoorlijk brak, op de werkelijk schitterende luchthaven van Kuala Lumpur. Daar proberen we onze boarding passes te krijgen (onze bagage is al doorgelabeld), maar dat blijkt nog te vroeg. Na flink zoeken vinden we de douane (de truc: we zitten in een bijgebouw en moeten EERST met een treintje naar het hoofdgebouw) en daar doorheen (stempel!) worden we opgewacht om met een bus naar Hotel Equatorial te gaan. Probleempje: er staan maar 14 mensen op de voucher in plaats van 18…
Dat hadden we al gezien, maar in Nederland was ons verzekerd dat het goedkwam. Niet dus. Uiteindelijk gaat Karin met reisgenote Elise terug door de douane (tegen het verkeer in) en regelt bij de servicebalie een akkoord voor 4 personen en bijbehorende kamers extra. Dan mogen we mee en drie kwartier rijden later (langs tropische palmbossen en tussen de reclameborden door) komen we bij het luxueuze hotel Equatorial aan.


Na snel opfrissen (we durven niet te gaan zitten uit angst dat we meteen in slaap vallen) pakken we met 10 mensen in totaal drie taxi’s voor een drie uur durende stadsrondrit. We zitten met reisgenotes Elise en Judith in de taxi en al snel gezellig te kwekken. Het blijkt erg leuk: we zien het paleis van de koning (Maleisie heeft 14 regio’s, elk bestuurd door een gekozen sultan, die onder de koning vallen), de twee, eigenlijk drie beroemde torens (de KL Tower, die we ook op gaan, met een schitterend uitzicht, en de Petronas Towers), Independence Square, de nieuwe moskee en China Town, waar we ook nog een drukversierde Hindoe-tempel zien. Dat alles in de snikkende hitte: het is bijna 34 graden met een enorme luchtvochtigheid. Gelukkig heeft de taxi airco.


Na drie uur en een half uur, rond half 2, zijn we terug bij het hotel en helemaal op. We douchen, bestellen een sandwich op de kamer en vallen daarna als een blok in slaap. Om 5 uur worden we gewekt door de receptie. Buiten blijken de tropen zich te laten gelden: het regent alof iemand de douche heeft aangezet. Om 6 uur staat iedereen beneden om naar het vliegtuig te gaan. De vlucht blijkt een uurtje vertraagd, maar met wat eten een kop koffie is de tijd goed door te komen. Opnieuw tijd voor veel uur vliegen. We komen de tijd door met meer films (Wallice & Grommit and the Wererabbit en respectievelijk The Brothers Grimm – Martijn – en The Excorscism of Emily Rose – Karin) en slapen. Bijna in Nieuw-Zeeland!

Woensdag 25 januari – naar Rotorua

Woensdag 25 januari – naar Rotorua

Maar eerst nog even vertellen over dinsdag. Na het Internetten waren we keurig op tijd bij de plaatselijke VVV waar we opgehaald werden door Colin met bus… EN lekke band. Na wat verwarring over wat er nu in welke volgorde ging gebeuren, reed Colin naar de garage om de band te laten vervangen en gingen wij opnieuw ergens wat drinken. Een half uurtje later was het gepiept en reden we via de supermarkt om inkopen te doen voor de BBQ, naar de lodge. Het was nog steeds beestenweer: op de radio in het Internetcafe hadden we al weer-waarschuwingen gehoord en toen we op 50 meter van de lodge waren bleek dat dat niet overdreven was. Er bleek een boom dwars over de weg gewaaid, bovenop de stroomdraden. Bellen, nooddiensten erbij en wij konden nog niet naar de lodge: beetje link, zo met die boom, en er was naast de weg een diepe sloot. Bovendien was de weg waar de lodge aan staat doodlopend!

Uiteindelijk kwam de boer van het land verderop, om ons via een sluipweg binnendoor te leiden. Met de bus letterlijk over de erven van verschillende boeren en tussen de varkens door. Iedereen werd steeds meliger en bij de lodge aangekomen zat de stemming er goed in. De BBQ was behalve erg lekker dan ook erg gezellig. De fles wijn viel prima en slapen was dan ook geen probleem.


De wekker gaat vervolgens om 7 uur, want we moeten om 8 uur met spullen in de bus en ontbijt achter de kiezen klaarstaan voor vertrek. Het weer is beter dan gisteren; de wind is gaan liggen. Regenen doet het nog wel met vlagen. Iedereen is weer lekker op tijd en via koffiestops in Te Aorea en Matamata komen we om half 2 aan in Rotorua.
Rotorua is de activiteiten-stad van het Noordeiland en staat vooral bekend om de hete baden en geisers. De stad ruikt dan ook behoorlijk naar zwavel en stikt van de thermale baden. Genoeg te doen, ook op een regenachtige dag! In het hotel gooien we snel alle spullen op de (ruime!) kamer en een half uur later is iedereen weer klaar voor vertrek. Het grootste deel van de groep gaat eerst een wandeling maken door de Redwoods, maar wij kiezen gezien de heftige regenbuien die bij vlagen naar beneden komen voor een bezoek aan de Polynesian Spa; een spa-complex met hete, minerale baden. Daar brengen we anderhalf uur door in baden die 36, 38, 40 of 42 graden zijn. Lekker relax en het bad heeft een mooi uitzicht op het meer. Daarna zijn we geribbeld en de zwavellucht wel zat, dus dwalen we tot het eten door de stad, langs alle souvenir-winkeltjes. We eten met de hele groep bij de Italiaan.

Morgen een geiserpark (even de naam kwijt) en onderweg naar Tongariro National Park!

Donderdag 2 februari – naar Fox Glacier

Donderdag 2 februari – naar Fox Glacier

Opnieuw een vroege start, om 8 uur, maar als we horen wat er op het programma staat hebben we het er graag voor over. Vandaag gaan we gletchers zien. Zo ver is het alleen nog niet; eerst rijden we naar Hokitika. Een leuk plaatsje voor boodschappen (ontbijtjes inslaan), Kiwi’s kijken en souvenirs shoppen. Een van de reisgenoten haalt bovendien een tetanus-prik, omdat ze bij het vallen haar vingertopje bijna kwijt is geraakt!

De kiwi’s slaan we over (door een miscommunicatie denken we dat het veel duurder is dan het uiteindelijk bleek te zijn), maar we drinken koffie, proberen even te Internetten en dwalen wat langs de verschillende souvenir-winkeltjes. Vooral de hangers in been, parelmoer, jade of hout, met verschillende Maori-symbolen, zijn erg mooi overal en ook het houtsnijwerk is de moeite waard. Na ongeveer 2 uur rijden we verder. Colin wijst ons op verschillende gekke verkeerssituaties die we onderweg tegenkomen (treinspoor over een rotonde, trein en auto over een brug etc.) en slaat na een uurtje links af waardoor we ineens midden in een regenwoud terecht komen! De weg komt na 700 meter uit bij een gletcher-meer. Mt Cook kunnen we helaas niet zien, maar het is er lekker rustig en de oude stoom-schuit die langs het meer ligt, is leuk om te bekijken.


De volgende stop is een ontzettend leuk souvenirwinkeltje van een Nederlandse dame. Er liggen enorm veel zelfgebreide truien, maar ook allerlei prachtige hangers en andere leuke dingen. Bijna niemand komt er weg zonder iets te kopen en als afsluitingen moet een hele rits mensen in een meterslange trui op de foto. Afijn, er zijn vast ergere dingen…;-)
Daarna rijden we in een stevige ruk door naar de Franz Joseph Gletcher, waar we eerst koffie drinken, een wc-stop houden etc, en daarna doorrijden naar de gletcher zelf. Daar lopen we in ongeveer 3 kwartier naar de voet van de gletcher. Een ontzettend mooie wandeling (gelukkig niet zwaar) en het is indrukwekkend om de gletcher (een van de weinigen op aarde die weer groeit overigens!) steeds dichter bij te zien komen. Als het zonnetje er uiteindelijk ook weer bij komt en de wolken wegtrekken is de dag compleet. Moe maar voldaan rijden we daarna door naaar Fox Glacier, waar we in een schattig piepklein huisje zitten. De BBQ ‘s avonds is lekker en erg gezellig en met een stvig wijntje achter de kiezen duiken we uiteindelijk het bed in.