27-08 naar Shawinigan

27-08 naar Shawinigan

Heeeeeeeeeerlijk: na het wakker worden douchen in een schone badkamer. We zijn het erover eens dat een badkamer delen geen probleem is, maar ‘t is wel fijn als ie een beetje schoon is! In de Queens Inn is dat geen probleem.
Om iets voor 8 zitten we aan het ontbijt in Coppers, de pub die bij de Inn hoort. Jus, kopje koffie, geroosterd bammetje en jam en na een herhaling van die riedel kunnen we de wereld weer aan. We vertrekken om ongeveer half 9 in de richting van Trois-Riviere, langs de St. Lawrence River naar het noordoosten. Opnieuw is de 401 niet zo boeiend, maar deze keer hebben we er iets op gevonden.

Vlak voorbij Gananoque (ongeveer 25 kilometer vanaf Kingston) duiken we – tot grote ontsteltenis van SopSop (de TomTom… en nee, het is nog steeds een te lang verhaal) – de snelweg af en de 1000 Islands Parkway op. Deze 80 km weg loopt vlak langs de rivier grofweg parallel aan de snelweg (maar dan een kilometer of wat zuidelijker). Vanaf de weg hebben we een geweldig uitzicht op de St. Lawrence River, met tenminste een deel van de 1000 eilanden. Veel eilandjes zijn minuscuul, soms net groot genoeg voor een boom of een klein bosje, maar op heel veel eilanden staat een huis of een schuur of tenminste een boathouse (met boat).
Het weer is net als de afgelopen twee dagen prachtig en met het zonnetje op het water en het uitzicht op alle eilandjes ziet de wereld er geweldig uit. Na ongeveer 20 kilometer komen we langs Rockport, waar aan het water een restaurant met patio staat. We bedenken dat het de ideale plek is voor koffie en vanaf de patio bekijken we de busladingen mensen die uit (1 lading) en op (2 ladingen) verschillende cruisebootjes worden geladen. Het is, ondanks dat het nog maar 10 uur is, al warm in de zon en na een half uurtje lopen we na een kort rondje langs de prachtige oude boathouses (uit 1830 staat er op het gebouw) weer terug naar de auto.

We rijden nog ongeveer 20 kilometer langs het water. Het gaat niet hard, maar het is een erg leuke weg. We komen langs 3 bruggen naar de VS en nog heel veel kleine en minder kleine eilandjes. Bij Brockville geven we SopSop z’n zin: de weg houdt op en we rijden zonder problemen de 401 weer op.
De uren daarna zijn niet zo spannend. We rijden ongeveer 2 uur en voor we het weten rijden we vanaf Ontario Quebec binnen. Vlak voorbij de grens is een Centre Information Touristique (vanaf nu is alles Frans, al komen we er al snel achter dat de meeste mensen gelukkig ook uitstekend Engels spreken), waar we stoppen om van het toilet gebruik te maken en onze benen te strekken. We besluiten meteen even binnen te kijken, waar we worden aangesproken door een aardige dame, die na een blik op onze verkreukelde gezichten in het Engels overschakelt. Of we wat informatie willen? Ze loodst ons naar een balie, waar dame nummer 2 ons binnen no-time aan kaarten en een boekje helpt. Als we aangeven ook nog niet te weten waar we kunnen slapen, schakelt ze het computersysteem in. Het Labour Day weekend staat voor de deur en het is druk, dus we zijn blij met haar hulp. Ze zoekt op Trois-Riviere, waar alles vol blijkt, maar in Shawinigan, een klein plaatsje ong. 25 kilometer noordelijker is nog een Inn met plaats voor 2 nachten voor een meer dan redelijke prijs. Karin is opgetogen: het plaatsje is minder boeiend, maar het ligt heel erg gunstig voor een bezoek aan Parc National La Mauricie. En dat is de reden van ons bezoek aan deze regio!

De behulpzame dame boekt de kamer, geeft ons de bevestiging en binnen 10 minuten zijn we weer buiten. Wat een wereld-service! Na dit bezoek rijden we in nog een paar uur – inclusief lunchstop – naar Shawinigan. SopSop bewijst opnieuw zijn diensten: zonder problemen komen we rond 4 uur aan bij de Comfort Inn & Suites. Het is een wat onpersoonlijk gebouw, maar de dame achter de balie is supervriendelijk, verontschuldigt zich voor haar ‘slechte’ Engels (waar wij nog bijna jaloers op zijn) en regelt binnen een minuut de sleutels naar een ENORME kamer, met twee queen size bedden, een badkamer met bad, supersnel Internet en informatie over het deluxe continental breakfast… Wat een narigheid…

We rommelen een uurtje (dat Internet werkt eerst niet zo, maar Martijn bewijst zijn nut als Nerd-Van-Dienst en daarna is het natuurlijk geregeld) en daarna verkennen we (met de auto, we zitten een eindje weg van het centrum) ‘downtown’ Shawinigan. Wat ons vooral opvalt – behalve de waterkrachtcentrale waar we praktisch naast zitten met de Inn – zijn alle gebouwen van 3 verdiepingen. Echte hoogbouw is er nergens: veel gebouwen zijn erg charmant, maar het valt echt op dat zelfs het oude centrum bestaat uit gebouwen van 3 verdiepingen. Er zijn ook 2 enorme kerken en in het laagstaande zonnetje ziet het stadje er schattig, hoewel een beetje onbetekenend, uit.
We vinden een steakhouse en aangezien we dringend toe zijn aan ‘vleesch’, strijken we neer op het terras. Na een malse entrecote voor ons allebei is er nog een klein gaatje en we delen het lekkerste pure-chocola toetje in tijden! Na nog een kopje koffie rollen we terug naar de auto en vertrekken naar het hotel. Daar werken we de site bij en maken we plannen voor morgen. Wild zie je vooral vroeg. Het park is open vanaf 7 uur en het is ongeveer een half uurtje rijden naar het begin van de weg door het park heen… Dat wordt een vroeg ontbijt!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.