16 en 17 maart – Reizen!

16 en 17 maart – Reizen!

Uitgebreid de tijd hebben we: we vliegen pas om half 3 ‘s middags! Opruimen, laatste spullen in de tas (waarbij we merken dat het moeilijk is om de knop op ‘bestemming warm land’ te zetten en van de weeromstuit nemen we VEEL mee) en uiteindelijk zijn we er klaar mee en klaar voor. Om half 12 pakken we een bus naar Schiphol en aansluitend een trein. Wat is het toch heerlijk om zo dichtbij de luchthaven te wonen: we horen om ons heen horror-verhalen over lange treinreizen en dure parkeerkaarten.

Met ingecheckte tassen (gelukkig, die kunnen in een keer door naar Hanoi, al kunnen we zelf nog niet voor de vervolg-vlucht inchecken: die is pas ‘morgen’) zijn we zo door de douane. Een halve liter vocht de man later wandelen we naar de gate. Het gezelschap voor de vlucht is enorm internationaal. Binnen 10 minuten hebben we letterlijk al 6 talen gehoord! In het vliegtuig zitten we ook internationaal: een vriendelijke Belg naast ons vertelt dat hij na een stopover van 7 uur in Hanoi nog doorvliegt naar de Fillepijnen!

De vlucht duurt laaaaaaang. We vliegen de nacht in dus om 4 uur hebben we avondeten en een uurtje later gaat het licht uit. Er zijn alleen grote tv schermen en de film die draait is niet heel denderend (hoewel in het Engels en met koptelefoon goed te volgen). We proberen wat te slapen maar verder dan een uurtje komen we niet. Als het voor ons echt laat begint te worden gaat het licht weer aan en zien we een spectaculair spel van de opkomende zon op de wolkenformaties. We proberen de groeiende slaap te negeren als we in Bangkok uitstappen.

We ontdekken een vreemd fenomeen van deze luchthaven. Hij is echt ENORM en er lijkt boven van alles te zijn. Maar we mogen pas naar boven als we onze instapkaart hebben. En die krijgen we pas 2 uur voor vertrek, zo wordt ons verteld. En dat is nog 3 uur wachten… We zijn behoorlijk uitgedroogd en klaar met wachten als we uiteindelijk na 2 1/2 uur inchecken. Nu mogen we wel naar boven en daar blijkt inderdaad geen eind te komen aan het shop-walhalla. Ontzettend groot, met uitzicht op spectaculair aangelegde park-tuinen: als ze nu nog zorgen dat je wat kunt drinken op de begane grond, vinden wij het een ECHT leuke luchthaven.

Na nog anderhalf uur vliegen (waarbij het ons nauwelijks nog lukt om wakker te blijven) landen we in Hanoi. Het is bewolkt en een graadje of 22. En met deze luchtvochtigheid vinden we dat prima: even wennen. We zijn in een zucht door de douane (wat nou onbeleefde, trage ambtenaren waar we voor gewaarschuwd waren?!) en als we naar de band lopen zien we onze koffers al voorbij komen! In de aankomsthal staat een chauffeur met bordje op ons te wachten. We mogen nog even plassen, maar pinnen komt wel in het hotel verzekert hij ons.

Vijf minuten nadat we zijn vertrokken, hebben we al het gevoel in een sprookje terecht gekomen te zijn. Ok een sprookje met rommel langs de weg, toeterende auto’s en brommers en veel smog, maar wat een uitzicht. Een lachende vrouw met karakteristieke puntige hoed die met twee ossen aan een touwtje langs de snelweg loopt, om ze te laten grazen. Mensen die op de rijstvelden werken, of in een kring zitten te eten. Brommers, fietseers en voetgangers op de snelweg en overstekend over de snelweg. Velden met lichtroze bloemen en smalle stroompjes water. En later de smalle huizen van Hanoi: een kamer breed (belasting betaalde je afhankelijk van de breedte van de gevel) met veel reclameborden en overal de toeterende brommers en motoren. We kijken onze ogen uit en de slaap is even vergeten.

Uiteindelijk zijn we na ongeveer 45 minuten in ons hotel. Het Kim Tuc hotel is een van de twee vestigingen van het Hanoi Boutique Hotel en het is een juweeltje. Midden in de oude stad, klein, maar schoon en met een heel attente staf en – het belangrijkste – een prima kamer, met een heerlijk bed EN… zonder ramen. Dat klinkt misschien afschuwelijk, maar het is heerlijk. Want: geen straatlawaai! Gratis koffie, thee, kleine flesjes water en internet: wat wil een mens nog meer.

Nou, douchen bijvoorbeeld! En tanden poetsen. En schone kleren aan. En eigenlijk ook even op bed liggen, maar na even rustig zitten besluiten we dat we het wel vol houden en dat we beter nog even door kunnen gaan. Het is 4 uur, dus als we het weten te rekken tot 8 uur mogen we in een keer doorslapen! Naar buiten dus maar en daar kijken we onze ogen uit. Vrouwen met draagstokken met twee manden er aan, die fruit, groente of zoetigheid verkopen. Kleine winkeltjes met van alles en nog wat, van plastic folie (ja, een hele winkel vol), via schoenen tot motoronderdelen en schuim (voor het opvullen van de brommer-zadeltjes). Kluwen met stroom- en teleoonkabels die Karin aan India doen denken. Vogeltjes in mini-kooitjes en kippen op straat. Vervallen gevels achter reclameborden en grote bomen. En overal de toeterende brommertjes wat oversteken tot een hachelijke onderneming maakt. Rustig doorlopen, goed kijken en niet stoppen of rennen is het advies van onze trouwe Lonely Planet en dat doen we dus maar. Het vergt stalen zenuwen, maar we komen tot nu toe elke keer heel aan de overkant terwijl het verkeer rakelings langs ons heen zoeft.

We dwalen door de straatjes tot we bij het Hoan Kiem Lake komen, het teruggebrachte zwaard-meer. Ooit kwam hier een reusachtige gouden schildpad hier het zwaard terughalen waarmee de keizer de Chinezen het land uit had gedreven. Het zwaard had hij van de goden gekregen en de schildpad bracht het naar hen terug: vandaar de naam. Het rode bruggetjes erop en de tempel in het meer zijn de meest gefotografeerde objecten in Hanoi… met uitzondering misschien van het mausoleum Ho Chi Minh. We klikken vrolijk mee en zien en passant allerlei Vietnamezen Tai Chi doen aan de randen van het meer.

Na het geslenter drinken we een drankje. Met uitzicht op het meer natuurlijk, vanaf een balkon vanwaar we ook meteen uitkijken op een enorm drukke rotonde. We genieten van het idioot drukke verkeer, al krijgt een mens na een tijdje wat tuterende oren van de herrie! Als we het zat zijn wandelen we naar Highway 4, een klein Vietnamees restaurantje waar we echt HEERLIJK eten. Mini-loempia’s vooraf en daarna een schotel mini-spare-ribjes en een schotel kip met cashew-noten. Drankje erbij, koffie toe en dat voor de kosten van een euro of 5 de man. Voor Vietnamese begrippen een fortuin, maar we vinden het elke cent waard, zeker ook door de relaxte sfeer en de prima bediening.

En dan is het op. We wandelen naar het hotel en rollen bekaf ons bed in. Binnen een paar minuten zijn we vertrokken. Het is half 8.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.