Piran

Piran

Het bed kraakt. En niet zo’n klein beetje ook. Gewoon liggen en je arm verleggen zorgt al voor een oorverdovend gekraak, dus waar Karin door haar oordopjes nog aardig geslapen heeft, bestond Harro’s nacht vooral uit hazeslaapjes. Maar: als we naar buiten kijken is het straksblauw en de weerberichten hebben het over een graadje of 27, dus hopla, dat kraakbed uit en de zomerkleren in! We ontbijten letterlijk om de hoek, met uitzicht op het mini-haventje, waar de vissersbootjes (ter grootte van een stevige roeiboot) liggen. Het ontbijt blijkt onverwacht enorm: twee croissants (één met jam en één met chocolade) per persoon, koffie, jus en dan ook nog een enorme banaan elk. Da’s een beetje veel dus we bewaren de banaan voor later en gaan op pad.

Dwaaltijd is het. We wandelen (of eigenlijk klauteren) eerst naar de kerk. Pardon kathedraal. Hij heeft een prachtige venetiaanse oren en ligt majestueus bovenop de heuvel, zodat we vanaf de grond om de kerk een prachtig uitzicht hebben over het stadje en het kraakheldere blauw-groene water er om heen. De kerk zelf is een vreemde mix van frutselig en streng. We kunnen alleen door een hekje kijken, tenzij we eerst door het museum gaan, maar daar hebben we geen zin in. we dwalen om de kerk, maken foto’s en zien dan een prachtig wandelpad langs de kust naar beneden. dat is wel een idee! Alleen: dan willen we wel wat water meenemen en dat zijn we vergeten. Nou is alles hier dichtbij, dus we besluiten even langs ons appartementje te lopen en de lege flesjes die daar nog staan met water te vullen en mee te nemen.

Als we in ons appartementje zijn, horen we een sirene en zien we in het nauwe normaal zo stille straatje tussen het appartement en hotel Piran een rij poep-chique auto’s voorbij komen. He, de president?! We hebben een running joke dat we in elk land worden opgezocht door de elite (beste voorbeelden: Monaco, waar prins Albert ons welkom heette en Thailand, waar de koning ons begroette), dus echt verbaasd zijn we niet. we willen alleen wel graag weten wie het is / zijn. Buiten blijken er niet alleen fancy auto’s naast ons appartement te staan, maar staan er meerdere nieuwscrews en beveiligingsmensen op het centrale plein. Dit is interessant natuurlijk.

We parkeren onszelf op een terrasje, bestellen een kopje koffie en zoeken via Internet uit wat er aan de hand is (aangezien de lokale mensne ook geen flauw idee hebben). Het blijkt de Summit 100, een top van invloedrijke zakenlieden en politici uit Zuidoost Europa, bedoeld om de economie te stimuleren. Als de horde uiteindleijk aankomt staat Karin vooraan met telefoon en maakt na één plaatje van de pakken-parade vooral plaatjes van de pers. Erg grappig. Daarna negeren we ze, drinken lekker onze koffie op en gaan (mèt flesjes water) aan de wandel. Het pad is erg mooi en loopt van hoog op de rotsen glooiend naar beneden tot we vlak langs het water lopen. we genieten van de zon, het windje en het uitzicht: wat een zomergevoel ineens! Als we niet verder kunnen (door een soort tennisbaan die bij een hotel hoort en bijna ín het water staat) keren we om en lopen terug. Daarna wandelen we nog een keer helemaal om het eiland heen en is het wel bijna klaar. Tijd voor een broodje op een bankje (helaas weer een croissant, weer met zoete prut) en daarna voor even afkoelen en bijkomen in het appartmentje.

Rond half 3 durven we het aan: zwemspullen aan, laagje kleding er over en gaan met die banaan. We wandelen naar de voorkant van Hotel Piran, gooien de kleren af, rennen naar het water, steken daar een teen in… Brrrrr! Da’s nog best fris! We kijken elkaar aan: gaan we dit echt doen?! Natuurlijk wel. als Karin door is, kan Harro natuurlijk niet achterbllijven en hij gaat er uiteindelijk drie in plaats van twee keer in. Als we eenmaal door zijn is het zowaar best lekker, al is het iedere keer als je bent opgewarmd weer enorm wennen! Tussendoor drogen we op en smeren we ons in: de zon brandt! Uiteindelijk vinden we drie kwartier dan ook genoeg: zelfs met factor veel gaat het ons wat hard! In het hotel spoelen we het zout van ons af en trekken iets meer kleren aan dan vanochtend. Die huid heeft wel genoeg zon gehad vandaag!

Daarna wandelen we naar een terrasje waar we een drankje doen en daarna een cocktail. we lezen en werken het verslag bij en staren af en toe naar zee. Uiteindelijk gaan we een hapje eten bij La Bottega dei Sappori, een restaurantje op het grote plein. Dat zouden we zelf, uit angst voor slecht, toeristisch eten niet hebben gedurfd, maar Tripadvisor haalt ons over. En gelukkig maar: het is echt geweldig! We eten verse ham (Harro) en viscarpaccio (Karin) en daarna eten we allebei risotto met scampi en verse zwarte truffel. De kok komt het speciaal over ons eten schaven en geeft ons wat extra als hij onze verrukking ziet. Het is echt zalig!

Als de ober terugkomt vraagt Karin of ze de kok mag meenemen. “nee”, zegt de man met een grijns: “het is mijn schoonvader!” Ok, maar weet hij dan waar we verse truffel kunnen kopen? Hmm, de winkels maken het onnodig duur en spuiten er soms olie in om de prijs op te drijven. Misschien kan hij even aan de kok vragen of er genoeg is? Hij komt terug met een prachttruffel voor een zeer schappelijke prijs en zegt dat als we morgen terugkomen, we deze mogen meenemen. Hij heeft alleen nu niet genoeg. En verd… die goeie deal glipt daarmee zomaar tussen onze vingers door. We gaan morgen helaas al weer verder. Na nog een gezellig praatje nemen we met spijt af van de men en zijn truffel. We gaan nog even naar de zonsondergang kijken en besluiten dat voorseizoen in Piran een feestje is!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.