Kotor en Ostrog Monastry

Kotor en Ostrog Monastry

We hebben te kort geslapen als we wakker worden van de wekker, maar toch willen we er wel uit. Wat gisteren tijdens de vertraging namelijk EINDELIJK lukte, maar dan voor vandaag in plaats van morgen, is het organiseren van een tripje naar Ostrog Monastry. Dit voor orthodox christenen enorm belangrijke heiligdom ligt in de bergen op ongeveer anderhalf uur rijden van Kotor. Het Old Town Hostel (en contactpersoon Marko) heeft ons laten weten dat er alsnog twee gegadigden zijn, dus als we willen kunnen we mee. Dan moeten we om half 9 bij het hostel zijn, op een paar honderd meter van ons appartementje.

We trekken ondanks de erg vochtige hitte (het is op dit tijdstip al bijna 30 graden) een lange broek aan (bedekte benen zijn wel zo netjes straks), halen een broodje en nog een extra flesje drinken bij de bakker en melden ons bij het hostel. Rond half 9 kunnen we ons geld afgeven en gaan we met een Pools stel en onder leiding van Marko op weg naar een plekje net buiten de muren, waar we worden opgewacht door een golfje, met chauffeur… Karin had zich ivm alle blessures voorgenomen voorin te gaan zitten, maar de Poolse man is erg lang en past simpelweg niet achterin. De drie dames op de achterbank dan maar en we scheuren er vandoor. De chauffeur krijgt de hele trip geen naam en is om te beginnen bijzonder stil. Hij stopt netjes bij Perast (oms ons foto’s te laten nemen van de eilandjes voor de kust) en als we de bergen in zijn gereden bij een plekje met een mooi uitzicht over een mooi deel van de baai. Daarna rijden we in één keer naar Ostrog. De rit voert door de bergen: kale, indrukwekkende rotsen met veel groen er tussen. Een dramatisch landschap en we kijken onze ogen uit. Dit is de helft van de reden waarom we deze excursie willen doen! 

Als we bijna bij het klooster zijn, blijken de laatste 10 kilometer het meest uitdagend. De weg is enorm smal (maar is pas gerenoveerd en was nóg smaller zegt de chauffeur) en de auto’s persen zich langs elkaar heen. We zijn blij dat we een chauff hebben die dit al vaker heeft gedaan! Hij stopt even bij het lager gelegen klooster: hij kan ons tot 200 meter onder de ingang van het bovenste klooster brengen en zal ons dan straks hier weer ontmoeten. Hoeveel tijd hebben we nodig? Ehm, twee uur? zegt de Poolse vrouw. Goed plan en hij brengt ons tot de slagboom. Dan mogen we zelf verder omhoog klauteren. Dat is nog best pittig en zwetend en puffend komen we boven, waar we onze handen en hoofd afspoelen onder een kraan waar gezegend water uit komt. Allerlei mensen nemen flesjes vol mee naar huis. Wij spoelen ons af en genieten van de afkoeling. Lekker!

Daarna wandelen we naar binnen. Voor bij een aantal kassa’s waar bijna iedereen een aantal kaarsen en heilig water koopt. Voorbij een winkeltje met iconen en bidsnoertjes in allerlei soorten, maten, materialen en kleuren en dan in de rij. In de zon. En het is warm… We vermaken ons met de eerste glimp opvangen van het klooster: een soort kerk uit 1665 die om twee grotten tegen de bergwand aan is gebouwd. Hoe ze het ooit gedaan hebben is ons (en iedereen anders ook, zo blijkt uit de info) een raadsel. Voor ons staan twee dames heel devoot een rij teksten te prevelen. Als er een priester langskomt proberen ze hem aan te raken. De rij mensen die naar buiten komt kust het icoon van maria en het kind.

Tegen de tijd dat we boven zijn, zijn we bijna gesmolten, maar we zijn toch erg onder de indruk van de grot waar St. Basil ligt (althans, zijn in doeken gewaden resten), de prachtige fresco’s en de oude versieringen. Ook in de tweede grot, waar mensen briefjes vol schrijven met gebeden en wensen, zijn de muren volgeschilderd met iconen. Deze zien er uit alsof ze er gisteren op zijn gezet. Later horen we van de chauf dat het schilderwerk inderdaad is gerestaureerd. Met een miljoen bezoekers per jaar en zoveel zoenen op al die iconen, snappen we dat er af en toe een nieuw verfje nodig is! Ook boven is het prachtig: we vinden vooral het oudere kerkje helemaal bovenaan, met schilderwerk van rond 1667, erg mooi. De iconen hebben heel levendige, individuele gezichten. Als we over een randje kijken zien we op een iets lager gelegen ballustrade allemaal muntjes, bidarmbandjes en -kettinkjes liggen! Er is mensen nogal wat aan gelegen om een gebed / wens achter te laten, da’s duidelijk.

Als we zijn uitgekeken is het hoog tijd om naar beneden te gaan. We moeten deze keer de bijna twee kilometer nog naar beneden. De Polen zijn we uit het gezicht verloren en we zijn iets te laat door de enorme rij waar we eerder in hebben gestaan. We vinden ze terug één bocht voor ons verzamelpunt. Nee hoor, geen haast: ze zitten er ook nog niet zo lang. We lopen nog één bocht verder naar beneden en daar zien we onze chauff die er net aan komt. Hij was vreselijk bang dat HIJ te laat was, dus stelt ons meteen gerust: rustig aan, het is jullie uitje. Hij haalt ons over om zeker ook nog even het kerkje van het lage deel van het klooster te bekijken. Ook dat zit vol met schitterend gekleurde iconen. Het is zo druk beschilderd dat je de neiging hebt om 100 kanten tegelijk op te kijken en uiteindelijk haken we af. Op! 

De chauffeur neemt ons mee naar een restaurant een paar kilometer verderop. We krijgen een ENORME berg eten: dat van Eveline (gevuld varkensfilet) erg lekker, dat van Karin matig (worstjes, maar slechts één van de worstjes is NIET uitgedroogd). We drinken een paar flesjes drinken leeg, gaan eindelijk weer eens naar het toilet (méér drinnken dus, met deze hitte) en dan gaan we terug naar Kotor. Onderweg stoppen we nog bij een enorm kunstmatig meer, om foto’s te maken. Het is weliswaar kunstmatig, maar wel erg fotogeniek. 

Rond half 5 zijn we terug in Kotor. We bedanken onze chauff met een fooi die daar zo van ondersteboven is dat hij ons omhelst en een zoen op de wang geeft. Daar zijn wij dan weer een beetje ondersteboven van. We nemen de Polen mee de oude stad in: ze willen weten waar de wijnbar is waar wij boven slapen. We laten ze tevreden achter en gaan ons eerst boven een beteje opfrissen. daarna willen we niet zo veel meer. Wat drinken. Dat doen we na een allereerste dwaalsessie door de stad. De oude stad is heel klein, met heel veel schattige verdwaalstraatjes. Hier willen we morgen meer van zien. Nu lopen we naar de punt van de oude muren die uitlijkt over het fjord. In het toeristische café wat er bovenop zit (Citadella) drinken we twee drankjes, terwiijl we langzaam uit de knoop komen en uitkijken over de oude muren van Kotor, die tot 150 meter boven zeeniveau de berg op kronkelen. Wat een geweldige eerste dag, maar wel een beetje heftig! 

We willen alleen nog een hapje en een drankje en daarvoor gaan we naar de wijnbar. We drinken er één wijntje en eten een klein snackie en dan is het op. We hebben allebei wat wisselend last van de hitte en zijn op. Slapen! Het is nog geen half 10 als het licht uitgaat, letterlijk en figuurlijk!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.