Mostar – Dubrovnik

Mostar – Dubrovnik

Het ontbijt blijkt geserveerd te worden in de ruimte onder onze kamer. Gelukkig hebben we met oordopjes in geslapen (de airco maakte iets teveel lawaai), waardoor we de groep Australische bikers (die vóór de officiële ontbijt-tijd van 8 uur zijn ontbijt al op heeft en er vandoor ronkt als we beneden komen) hebben gemist. We hebben de eetzaal voor ons alleen en er staat een prima ontbijtje te wachten. 

Met dat achter de kiezen maken we een keuze voor ons dagprogramma. Er was dramatisch weer voorspeld, maar het blijkt nogal mee te vallen. Niet genoeg om een zwempak onder onze kleren aan te doen, maar wel om de Kravica watervallen in onze normale kleren te willen bezoeken. Hoepla, keuze gemaakt en nadat Martijn de auto van de parkeerplaats heeft gepulkt (met dank aan een andere Nederlandse die haar auto daarvoor moet verplaatsen) vertrekken we in zuidwestelijke richting. De watervallen liggen ongeveer 40 kilometer verderop en in Bosnië kan je daar zomaar een uur over doen. Maar: de weg is opnieuw prachtig dus we vinden het prima. Het weer is bovendien veel beter dan beloofd (zelfs met een klein zonnetje). Het laatste stukje is alleen een beetje suf, dus we vragen ons af hoe het zit met die watervallen.

Het is tot onze opluchting nog rustig op de parkeerplaats en nadat we een kaartje hebben gekocht voor onszelf en de auto, wandelen we richting de watervallen. Voorbij het kassahokje blijkt het landschap vrij abrupt te dalen. We houden een rustig tempo aan (Karin’s knieën krijgen het weer goed t verduren) en wandelen via het stenen pad naar beneden. En ineens zijn daar de watervallen. Of eigenlijk, is daar een muur van watervallen. Van 25 meter hoogte stort het water naar beneden, tussen overhangende mos- en plantstroken door. Er voor ligt een meer van ongeveer 100 meter breed, waar al een aantal mensen in zwemt. En aan de oever staan meerdere barretjes; uit één ervan stampt helaas nogal harde muziek.

De watervallen zijn gelukkig wèl erg mooi en we wandelen er langs, maken plaatjes, poseren een beetje (lees: Martijn wordt door Karin een overhangende boomtak opgejaagd om te poseren; iets dat hij zich met een grijns laat aanleunen) en proberen de muziek en toenemende mensenmassa’s te negeren. Als dat niet langer lukt lopen we naar boven. Daar vinden we een stampvolle parkeerplaats, regendruppels (het is nu grijs) en nog veel meer mensenmassa’s. Pfoe, een goed moment om weg te gaan. Nouja, wacht, zien we daar nu een tentje met rustige muziek waar echte, goeie koffie wordt geschonken…?! Tevreden zitten we een paar minuten laten aan een uitstekende cappuccino. Beetje nieuws browsen en een plan maken voor de rest van de dag.

Dat plan is als volgt: we gaan richting de grens rijden, steken over naar Kroatië en gaan dan lunchen in Slano, een tentje dat we bij toeval zien op Tripadvisor en waar ‘men’ over juicht. Dan rijden we door naar Dubrovnik. Tijd om te gaan want het is al bijna 12 uur en voor we in Slano zijn is het rond 14 uur. Maar, die late lunch vinden we voor een keertje niet zo erg (we hebben wat zoutjes bij ons, als noodvoorraaad), dus vamanos, gaan met die banaan! 

Ook dit tweede deel van de route blijkt de weg fantastisch. Snelwegen kent Bosnië niet echt (behalve een stukje voor en een nog kleiner stukje na Sarajevo, al wordt er hard aan de weg gebouwd) maar het lage tempo wordt goed gecompeseerd door het schitterende landschap. Veel plaatjes kunnen we er niet van maken (er zijn weinig veilige stopplaatsen met mooi uitzicht) maar we genieten er wel van. Vlakbij de grens, bij Ravno, zien we een bord dat naar Slano en de grens verwijst. Maar, volgens Phoney is er nog een grensovergang dichterbij Slano, helemaal door de bergen. Wel zo leuk dus we volgen de routeaanwijzingen. Net voorbij Zavala wordt de weg echt spannend; een heel klein weggetje slingert de bergen in. Na de eerste 30 heel slechte meters wordt het echter wel weer een goeie weg, dus vrolijk slingeren we de bergen in. Daarachter ligt Slano! Als onze telefoon al aangeeft dat we in Kroatië zijn, beginnen we ons af te vragen waar de grens is. En om de volgende bocht staat een politieauto.

Helaas, zegt de agent. Sorry, maar dit is een grensovergang die alleen voor lokale mensen is bedoeld. Jullie mogen er dus niet overheen… We kijken hem aan: maakt hij een grapje?! Nee, jullie moeten terug naar… juist, Ravno. We vallen er stil van. Komt door de routeprogramma’s zegt hij. Die zeggen dat het kan. Maar dat is dus niet zo. Sorry. We kijken elkaar aan: so close, yet so far! Met een diepe zucht een een stevige vloek (buiten gehoorafstand van de agent) keren we de auto en rijden terug naar Zavala… Dat wordt geen lunch in Slano en aangezien het al kwart over 2 is moeten we wel snel iets anders bedenken. Bij de kruising zien we het antwoord; een enorme rij auto’s staat om een restaurant heen. Dat wordt ‘m dus.

Als we dichterbij komen blijkt er een feest aan de gang, maar binnen is plek. De ober knikt op onze vraag of we misschien met een andere muntsoort dan de BAM mogen betalen: we hadden ‘m op 6 BAM na opgemaakt, met het oog op de oversteek naar Kroatië! Geen probleem: euro’s, kuna, wat we willen. We bestellen wat eten en drinken. Daarna krijgen we ineens een klein glaasje likeur. Als welkom, zegt de ober. Dit is al 100 jaar een herberg, voor reizigers. Hij wijst op oude foto’s aan de muur en legt een boek op de tafel er naast. Voor straks. We hebben een plankje kaas met brood en elk een soepje besteld. Het soepje is niet veel bijzonders, maar de kaas en het brood zijn onverwacht heerlijk! Het brood is vers, maar gefrituurd (denk een licht gefrituurde oliebol, maar niet zo zoet en zonder krenten oid) en de vijf soorten kaas zijn heerlijk: van sterke schapenkaas tot heel zachte koeienkaas. We smullen ervan. Allemaal lokaal, zegt de ober trots. Hij gaat nog wat brood halen: omdat jullie het zo lekker vinden. Op de rekening heeft hij het bedrag in kuna en het bedrag in euro erbij geschreven. Wat jullie willen. We betalen in Kroatische kuna (dat komt fooi-technisch het lekkerst uit) en weer helemaal vrolijk wandelen we naar buiten. Wat een onverwacht cadeautje!

De route naar Ravno is niet spannend en de grens is lachwekkend. Er zit namelijk niemand. Niet aan Bosnische èn niet aan Kroatische kant. De auto achter ons toetert als we langzaam de grenspost voorbij rijden. Opschieten, gewoon doorrijden! We kijken elkaar aan: dus de ene grens mag je niet over omdat je geen local bent, maar de grenspost waar je wel overheen mag is niet bewaakt… Wie het snapt mag het zeggen!

De route naar Dubrovnik verloopt soepel en onderweg wordt het steeds mooier weer. Als we stoppen bovenaan de heuvel, op de parkeerplaats van Appartment Superb View, is het zonnig en blauw. De eigenaar doet open als we aanbellen en neemt ons (honderduit pratend, over zijn rug, het weer, de stad) mee naar boven. Jullie hebben het mooiste uitzicht zegt hij. En voor één keer doet een appartement zijn naam méér dan eer aan! Het appartement zelf is prima, maar het uitzicht is adembenemend. De oude stad van Dubrovnik, omringd door de metershoge muren, strekt zich onder ons uit, als een parel in de Adriatische zee zoals een dichter al eens zei. De eigenaar moet lachen om ons enthousiasme, moedigt ons aan wat van zijn druiven te pikken (de druivenranken groeien over het terras heen) en neemt na nog 10 minuten geratel, afscheid.

Tevreden rommelen we een half uurtje en beginnen dan aan één van de twee minst leuke dingen die dit appartement met zich meebrengt: de afdaling naar de oude stad (de klim omhoog is het andere). Het klopt, je bent er inderdaad in ongeveer 8 minuten… maar dan heb je wel ongeveer 400 traptreden gehad. We doen het rustig aan en als we beneden komen heeft Karin trilbenen en pijn in haar knieën. Maar één blik op Ploce Gate en het leed is snel geleden. Dubrovnik is magisch. Of je er nu voor de eerste keer (Martijn), de tweede keer (Karin) of de 100ste keer komt: de muren, de gebouwen en de poorten blijven geweldig.

We dwalen een uurtje door de prachtige stad en de steegjes. En dan wil Karin nog maar één ding: naar D’vino wijnbar. Daar is ze twee jaar geleden met eveline geweest en dat was fantastisch. Martijn gaat gewillig mee en Karin heeft niets teveel gezegd. Met een beetje mazzel veroveren we het laatste tafeltje buiten, in het steegje en even later zitten we allebei aan een ‘wijne flight’, een soort kleine wijnproeverij. We kiezen allebei voor een (andere) rode, bestaande uit drie wijnen en allebei nemen we daarna nog een glas van onze middelste wijn. We eten en humus bij en vijgen en truffelkaas en ricotta met honing en geschaafde amandelen. Als pratend brengen we twee uur door op deze heerlijke plek voor we rond half 10 naar boven vertrekken.

Over die treden en hoe dat voelt willen we het liever niet hebben, maar wat zijn we blij dat we hier zijn. We vallen tevreden in slaap in onze heerlijke bedden, in een koele, stille slaapkamer.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.