Kyoto (dag 3)

Kyoto (dag 3)

Vandaag even geen vroege treinen. Na een ontbijtje bij de Delifrance (ja echt, al zit het wel wat anders in elkaar dan de Nederlandse variant) wandelen we naar Sanjusangen-do, een tempel(hal) op ongeveer een kilomter van het station, in het oosten van Kyoto.l De naam van de tempel laat zich vertalen als ‘hal van de 33 ruimtes tussen de zuilen’ en beschrijft dus de architectuur van het gebouw. Hoewel het een enorme, indrukwekkende hal is, is de tempel vooral bekend vanwege de beelden die er in staan. De oorspronkelijke tempel stamt uit 1164 en werd, na een brand, herbouwd in 1266. De tempel bevat een enorm Buddha-beeld van de 1000-armige Buddha incarnatie ‘Kannon’, dat links en rechts wordt omgeven door 2 x 500 (ja, in totaal 1000) kleinere Buddha-beelden, ter grootte van een mens. 124 van de houten, met bladgoud bedekte beelden stammen uit de eerste tempel, dus uit de 12e eeuw; de rest is uit de 13e eeuw. Vóór de 1000 Buddha’s staan 28 houten standbeelden van goddelijke wachters. Van hout en allemaal uit de 12e eeuw.

Fotograferen in de tempel is strikts verboden (er staan allerlei borden, er wordt gedreigd met het verwijderen van foto’s van je camera en overal staan wachters, die mensen vragen hun camera’s ook echt op te bergen), maar er zelf een kijkje kunnen nemen is al een traktatie. De grote hoeveelheid gouden beelden is al indrukwekkend, maar de 28 wachters, allemaal anders, met uitleg in bordjes erbij, zijn echt fantastisch mooi. Er zit veel detail in elk beeld en porceleinen ogen maken dat de beelden nog levendiger lijken. We genieten er enorm van en nemen uitgebreid de tijd, ondanks de drommen schoolkinderen die ons bijna onder de voet lopen.

Als we klaar zijn trekken we onze schoenen weer aan en maken een rondje om de tempel heen. De enorme houten hal wordt nog elk jaar gebruikt voor wedstrijden in pijl en boog schieten, sinds hier in 16-iets een keer een beroemde slag plaats vond. We drinken een kop koffie en pakken daarna een metro. Het metronetwerk is niet heel best in Kyoto, maar in ieder geval helpt het om ‘downtown’ te komen (toch al gauw een half uur lopen vanaf het station en zo gepiept met de metro). Daar heeft Harro aan Karin beloofd dat ze helemaal los mag in de Tokyu Hands een winkel met ALLES dat een mens nodig en niet nodig heeft op het gebied van ehm… ALLES. We besteden dus lekker rustig een beetje tijd aan het verkennen van alle verdiepingen. Stickie notes in de vorm van sushi iemand? 

Als zelfs Karin alles heeft gezien wandelen we naar de kelder van één van de grote malls in de buurt. Tijd voor lunch. En als je trek hebt zijn kelders van grote warenhuizen in Japan een heel prettig soort marteling. Ze hebben namelijk van alles en alles ziet er geweldig uit. We twijfelen een tijdje. Een lekkere bento-box? Of toch liever een bak heerlijke verse salade? Tot… Harro een mini-vestging van de bakkersketen Paul vindt. Jaaaaa, echte belegde broodjes! Een heerlijk, vers, stokbrood-achtig broodje met sesamzaadjes en camembert! We gaan accuut voor de bijl en kunnen het ook nog ter plekke opeten. Terwijl we zitten te eten kunnen we ons bovendien weer eens verbazen. We zitten vlak naast een personeels in- en uitgang, die naar voorraadruimtes en / of personeelskantines (waarschijnlijk allebei) leidt. We zien in de tijd dat we er zitten tientallen mensen naar buiten en / of (weer) naar binnen lopen en allemaal, ja echt allemaal, buigen ze voor ze weggaan naar de winkel, of voor ze echt binnen komen. We proberen ons voor te stellen hoe dat in Nederland zou zijn…Het wordt niet alleen een lekkere, maar ook een vrolijke lunch!

En dan blijft er nog één stop over vandaag: het Nijo-jo, oftewel het Nijo Kasteel/Paleis. Het complex stamt uit 1625 en werd als uitvalsbasis gebruikt door de Shogun (zijn thuisbasis was Edo, het huidige Tokyo), tijdens bezoekjes aan Kyoto, waar de keizer met zijn familie woonde. Het kasteel bestaat uit twee ringen van verdedigingswerken (enorm dikke muren), allebei omgeven door een gracht. Als we het metrostation uitkomen blijkt het nu niet alleen bewolkt, maar ook aan het regenen, dus we zijn blij dat de mooiste dingen binnen zijn. We kopen een kaartje en lopen door de poort in de buitenste muren naar de eerste ring. Via de Chinese poort (een prachtig bewerkte houten poort, met gerestaureerde schilderingen) komen we vervolgens op de binnenplaats. Schoenen uit en dan mogen we achter de rest van de mensen aan naar binnen.

Het contrast met een 17e eeuws Europees paleis (denk: Versailles), kán bijna niet groter zijn. De luxe van deze gebrouwen zit ‘m niet in goud, tierlantijntjes, krullen, meubels of prullaria, maar in schitterende houten constructies, luxe tatami-matten, sobere muurschilderingen (geschilderd door beroemde schilders) en prachtige houten vloeren. Die vloeren zijn trouwens heel bjizonder: ze worden ook wel nachtegaal-vloeren genoemd omdat ze piepen en kraken bij de lichtste beweging. Daarmee wordt een effectief insluipersalarm gerealiseerd: zelfs schuifelend op je sokken kom je niet geruisloos verder (we hebben het geprobeerd!). Op sommige plaatsen geven poppen wat aankleding, maar ook zonder die toelichting is het erg de moeite waard. We mogen binnen opnieuw niet fotograferen, dus we genieten zonder camera van de ervaring. 

Als we binnen alles hebben gezien lopen we nog een volledig ronde door de paleistuinen, langs de enorm dikke muren, de slotgracht, bomen die nog vol kersenbloesem hangen (we klikken natuurlijk vrolijk nog wat plaatjes, want dit bloempje had nog niemand op de foto!) en de mooie tuinen. Ook deze bezienswaardigheid was erg de moeite waard en inmiddels is het eind van de middag. We twijfelen even wat we gaan doen, maar besluiten dat iets drinken en daarna op tijd eten best een goed plan is. Er moet dringend weer sushi gegeten worden dus dat gaan we dan maar doen. We timen het opnieuw bijzonder gelukkig: er is maar één stel voor ons in dit Kaiten-sushi restaurant. We kunnen hier bordjes van de band pakken, maar ook bestellen met een iPad. En hoewel iedereen efficiënt en vriendelijk is en we ‘best prima’ eten, valt het toch tegen. De koks zijn minder professioneel, het eten is goed, maar zeker niet geweldig en vergeleken met dat alles, is het te duur. Beetje jammer: zijn we toch in een tourist trap getrapt. Niet dat we vreselijk hebben gegeten gelukkig, dus we halen onze schouders er over op en gaan richting station. Daar gaan we nog een drankje drinken bij de kroeg (‘man in the moon’, een Japans-Ierse pub…) en daarna tevreden naar ons mandje. Dat was alweer een heerlijke dag!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.