Van Fes naar Risanni

Van Fes naar Risanni

We hebben nog niet zoveel uur geslapen als we zouden willen, maar het begin is er. Gisteravond hebben we in het hotel gegeten en zijn we daarna op tijd ons mandje in gedoken. En nu is het half 8 Marokkaanse tijd en het valt nog niet mee om die aan te houden. Ons beider telefoons besluiten namelijk om de beurt dat het tóch Nederlandse tijd is. Of nee, tóch Marokkaanse. Of nee… Aangezien er geen touw aan vast te knopen is, ging de wekker vanochtend een uur te vroeg en besluiten we de rest van de week waar mogelijk maar af te gaan op Karin’s FitBit (haar Fitness horloge waar je ook een wekker op kunt zetten). Voor nu hebben we de wakkere tijd ‘benut’ door lekker een uurtje te liggen suffen, maar nu zitten we dan toch aan het ontbijt. Een wat slaperige Marokkaanse man begint van alles klaar te zetten, buffet-style. Waar we gisteren het hele hotel voor ons alleen hadden moeten we het sinds gisteravond delen.

Na het ontbijt rekenen we het eten en de drankjes af en gaan we daarna op zoek naar een Petit Taxi. Deze keer lopen we een paar minuten naar de Bab… ehm nouja de dichtstbijzijnde poort. En inderdaad, daar staan ladingen taxi’s. Een vriendelijke man wil ons wel meenemen. We vertellen hem de straat (in het Frans). Dat gaat goed: die kent hij. En dan het nummer. Ook in het Frans. Hij kent volkomen verbijsterd en vraagt voorzichtig in het Frans: ‘ehm, spreekt u Frans’. Karin schiet in de lach. Nou is haar Frans roestig, maar dit was toch echt het huisnummer in het Frans! Nouja, Martijn heeft de bestemming ook in Phoney staan (het route appje op zijn telefoon), dus hij gaat schaduwen en dan roepen we wel ho. Man blij, meter aan, wij blij. Jalla! (We gaan!)

De Europcar vestiging hebben we inderdaad zo gevonden en als we voor de deur staan komt er een mannetje aangerend. Mooi: het is stipt half 9. We hebben het strak gepland, want we hebben een lange rit voor de boeg. Alles gaat voorspoedig tot de pinautomaat (voor de borg) weigert… De man stelt na herhaaldelijk proberen een kleine koffiepauze voor en regelt in het café naast de vestiging een bakje lekkere, sterke koffie. Maar ook na de koffiebreak weigert het apparaat dienst. Of we dan even langs de luchthaven willen? Dan geeft hij ons wel de auto mee. We gaan akkoord (anders komen we hier nooit weg) en de luchthaven ligt op de route. Bij de luchthaven blijkt een borg laten blokkeren op je creditcard nog niet zo eenvoudig: eerst vinden we geen parkeerplaats. Dan komt Martijn de luchthaven niet eens op zonder paspoort. Inmiddels belt een verontwaardige Europecar-man. Waar we blijven. Karin handelt het gesprek af, regelt Martijn’s paspoort en terwijl Martijn zich heen en weer haast zien we de tijd voorbij tikken. Uiteindelijk, met in totaal anderhalf uur vertraging, vertrekken we dan toch naar het zuiden. He, he! Beetje jammer, want daarmee is al onze tijd om een stop te maken opgegaan aan administratief geneuzel en hebben we vooral een heel erg lange reisdag voor de boeg.

We pakken de N8 naar het zuiden en Martijdn went al snel aan de Marokkaanse rijstijl van de mede-weggebruikers (nee, niet alleen automobilisten, maar ook ezels, schaapskuddes, voetgangers, fietsers, brommers, vrachtwagens, bussen…) en aan het oude barrel dat deze week onze huurauto is. Het is niet idioot druk en als je je niet teveel op laat jagen, keurig stopt bij elke politiecontrole en ervan uitgaat dat je over de hele route ong. 60 km / uur kan afleggen, gaat het prima!

We rijden via Ifrane, een chique skiplaats in de Midden Atlas, waar we aapjes in de bomen zien. We slaan bij Azrou af naar de N13 en die blijven we de rest van de dag volgen. We maken bij de kruising een plasstop (en nemen flesjes fris mee) bij een enorm tankstation van Afriquia en verder gaan we. De route wordt steeds mooier: waar die eerst nog erg verstedelijkt is, rijden we steeds meer door de uitlopers van de Midden Atlas, langs een rivier, of over een mooie vlakte. We lunchen bij Le Pit in Midelt (ja, in het midden van onze route), een tent die goed staat aangeschreven op Tripadvisor en ons snel en vriendelijk van een goede lunch (hapjes vooraf, Tajine uiteraard en het fruittoetje weten we nog net te ontwijken: dat duurt te lang). Over het terras scharrelt een heel lange rij processierupsen. We weten meteen waarom ze zo heten: allemaal achter elkaar!

Verder gaan we naar het mooiste stuk van onze reis, de Gorge du Ziz. Deze prachtige kloof laat ons ook vanuit de auto genieten. Tussen rotspartijen, langs een rivier, via een helderblauw meer (gevuld met kalkhoudend water vermoeden we) en op en neer door de bergen. De kloof loopt door een uitloper van de Hoge Atlas en het ziet er bijzonder uit om de bergen eerst als een muur aan de horizon te zien. Een muur die steeds hoger wordt en waar we ons uiteindelijk op stuk dreigen te rijden, voor daar ineens de toegang tot de kloof is. Een groot deel van de kloof is gevuld met dadelpalmen. Er tussen staan staan ksour (enkelvoud: ksar): lemen woonkastelen die in lichte of zwaardere staat van verval zijn. In het steeds mooier wordende licht is het een prachtig en exotisch gezicht.

De kloof loopt door tot bij Erfoud (of: Arfoud) en daarna is het nog 20 minuten tot ons hotel bij Risanni. We slapen in hotel Ennasra, een lemen kasbah ongeveer twee kilometer noordelijk van Risanni. Het hotel is uitgestorven. We zijn letterlijk de enige gasten, al schijnt er nog een gezelschap te komen dat twee kamers bezet zal houden. Het hotel is prachtig: op de binnenplaats ligt een enorm zwembad en als het niet zo snel aan het afkoelen zou zijn zouden we meteen een duik nemen. Voor nu gaan we nadat we de tassen op kamer hebben gezet eerst een ommetje lopen. Aan de overkant van het hotel liggen de resten van een oude handelsplaats, een plek die rond 800 beroemd was als één van de belangrijke handelsplaatsen aan de rand van de Sahara. Er is niet veel van over: een paar stenen en lemen overblijfselen steken uit de grond. Verder is er niet veel te zien en aangezien de zon onder gaat en we langs de drukke N13 lopen, gaan we terug naar het hotel. Het is geen straf om aan het zwembad te zitten en we bestellen een drankje. Hebben ze toevallig bier…? En jawel, we hebben mazzel! We nemen allebei een biertje en toasten in de langzaam donker kleurende buitenlucht op deze lange, maar mooie rit. Volgende keer doen we hem graag in twee dagen: er is zoveel te zien. Volgende keer? Nou, als de rest van de vakantie net zo goed wordt….

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.