Vandaag hebben we een ietswat gedeeld programma. We beginnen na onze eerste nacht in onze dierentuin om 8 uur met het ontbijt. Daarna worden we met 14 man achter in een pickup geladen om samen met Benjamin, een gids van het Cultural Tourism Program (CTP) van de omgeving een tocht te maken. Daarbij gaan we langs een school, een blindeninstituut en een weeshuis, waarbij we door de prachtige natuur wandelen.
Het programma is opgezet nadat men er achter kwam dat het overvallen van toeristen in de regio niet de beste optie was om geld in het laatje te brengen. Daarnaast werd veel van het regenwoud gekapt voor brandhout en om er voor te zorgen dat de laatste beetjes bewaard blijven, word middels dit programma geld vrij gemaakt voor herbeplanting.
Na drie stappen zien we onze gids de bosjes induiken om daarna met een (vrouwtjes-)kameleon in zijn handen er weer uit te komen. De kameleon lijkt na een korte tijd redelijk op zijn gemak en wandelt lustig over handen, mouwen en nek van de deelnemers. Het mannetje wat korte tijd later te grazen wordt genomen is het er duidelijk wat minder mee eens, totdat we een splinter die in zijn wang blijkt te zitten verwijderen. Het verhaal gaat dat in de regio iedere boom zo ongeveer een eigen kameleon heeft en gezien de hoeveelheid die we er nog tegen komen lijkt dat niet overdreven.
Na een korte wandeling bereiken we de lagere school waar 535 leerlingen over 18 leraren en leraressen verdeeld worden. Helemaal trots wijzen ze ons op het nieuwe toiletgebouw dat mede door middel van het CTP betaald is. Een korte test laat zien dat het inderdaad een prima toilet is 🙂 Na een welkomstwoord door het hoofd van de school krijgen we nog een korte rondleiding en zorgen we er voor dat er in de klassen werkelijk niemand meer oplet.
De wandeling gaat verder in de richting van een uitzichtpunt van waaruit het dal prachtig is te overzien. Enorme steile bergen en een kilometers ver uitzicht zorgen voor prachtige plaatjes. Daar voegt ook Karin zich samen met een paar andere niet-wandelaars bij de groep. Ze hebben inkopen gedaan in het dorpje: kilo’s rijst, maismeel, suiker, zeep en verder nog wat melkpoeder en limonade voor het blindeninstituut en het weeshuis waar we vanaf het uitzichtspunt heengaan.
Om een beetje op te schieten proberen we dit keer in totaal 22 man op en aan de pickup truck te hangen en tot grote verbazing en hilariteit gaat dat prima. Een paar man moet er een beetje buiten aan hangen maar met het sukkeldrafje waarmee het gevaarte zich beweegt is dat ook niet echt problematisch. Na een paar keer er af te zijn gesprongen voor wat te steile bergjes komen we aan op de lunch plek. Hier krijgen we bruin brood met kaas geserveerd van de plaatselijke kaasboerderij. Sterk staaltje Nederlandse export. Je mixt gewoon wat Friese bonte koeien met de lokale beesten en binnen no-time geven ze 15-20 liter melk per dag in plaats van een halve liter. Aangezien de bevolking werkelijk geen flauw idee heeft wat ze met de melk aanmoeten sturen ze maar iemand die verstand heeft van kaasmaken en hopla… kaasboerderij. Niet dat daar iemand op zit te wachten (kaas staat niet op het menu van de plaatselijke bevolking) maar het verkoopt wel lekker aan toeristen. Wat zullen we er van zeggen…
De volgende korte wandeling brengt ons bij het blindeninstituut, waar ze op dat moment bezig zijn met examens. We krijgen een kort verhaal te horen van een van de leraren en krijgen de mogelijkheid om hem wat vragen te stellen over het instituut. De beroepsdeformatie van Karin komt een beetje bovendrijven en naar haar zin veel te snel vertrekken we alweer, waarbij we de helft van de inkopen achterlaten.
Het weeshuis is drie minuten lopen verderop. 35 Kinderen tussen de 0 en 2 jaar, waarvan de moeder is gestorven (maar de vader in veel gevallen nog leeft, alleen moeilijk kan zorgen voor zo’n ukkie) verblijven hier. De kleintjes zijn natuurlijk vertederend en alle dames willen wel een uk meenemen. Aangezien de meeste kinderen uiteindelijk terug gaan naar de familie zien we er toch maar van af. Ook hier laten we inkopen achter, die erg welkom zijn. We laten het geheel met wat gemengde gevoelens achter ons.
De terugweg is weer per pickup, een half uurtje met wederom 22 man in en aan de laadbak. Binnen in de laadbak wordt wat geklaagd over gebrek aan ruimte, maar daar hebben een aantal heren die er buiten aan hangen weinig last van (ja, natuurlijk was Harro 1 van die heren… noot red.). Die avond genieten we van de laatste maaltijd die Alois deze reis voor ons heeft bereid. Op speciaal verzoek (en ja, daar had Karin wat mee te maken) maakt hij eigenlijk alle favorieten nog een keer: o.a. heerlijke salade, gefrituurde aardappelen en zelfs een cake! We bedanken hem en Bernard door met de pet rond te gaan en met een “speech”. Daarna borrelen we nog even na en is het tukkie-tijd.