Archief van
Categorie: Marokko

Reizen

Reizen


Dat was me het begin van de vakantie wel: met een uur vertraging vlogen we
met Royal Air Maroc in 3 en een half uur tijd naar Casablanca. Onderweg kregen
we een uitstekende maaltijd en de vlucht (toen die eenmaal was begonnen: iets
met kwijtgeraakte passagier en koffers die van boord moesten) verliep alles
zonder problemen.


Daarmee waren we er nog niet: toen we waren opgevangen door Theo en kennis
hadden gemaakt met Tjeerd, Nienke, Tiana, Nathalie, Michael, Jacqueline, Jan en
Ida, mochten we de bus in. Het is een prima klein busje, uitstekend geschikt
voor 10 mensen en een gids, en de chauffeur is aardig en rijdt goed (al weet hij
niet overal de weg). Nog 4 uur rijden nadat je al een paar uur gevlogen hebt
(met wat vertraging) zorgt er voor dat je er aardig doorheen zit! Zonder eten
naar bed dus!


Eenmaal in het hotel ploften we dan ook redelijk kapot op onze kamer. Naar
Marokkaanse begrippen uitstekend: schoon, BIJNA alles doet het en er is zelfs
toiletpapier! Het duurde ook niet lang voor we diep in dromenland waren. Onze
slaap werd alleen licht verstoord door een oproep voor het gebed vanaf de
dichtsbijzijnde moskee… om kwart over 4 ‘s nachts…

Fes

Fes

De eerste dag in Marokko begon, na een prima nachtje slapen en een eenvoudig
maar lekker ontbijtje, met een bezoek aan de stad Fes. De bus stond klaar
om ons naar het uitzichtspunt te brengen. We werden vergezeld van Mohammed, onze
gids voor de dag. Een erg aardige man, die verschrikkelijk veel wist en
honderduit praatte.



Na een aardig overzicht van de stad voorgeschoteld te hebben gekregen, doken
we eigenlijk gelijk de Medina in. Dit is Arabisch voor “stad”, maar staat
tegenwoordig voor de oude binnenstad. In Fes is dit gedeelte gesticht rond 900.
Daarnaast heeft Fes een “nieuwe stad” (althans, nieuw in 1400!) en een
“ville nouvelle” uit ongeveer 1920.


De Medina is overweldigend. Het ommuurde stuk stad bestaat uit 9000 (!)
straatjes en steegjes, waarvan sommigen nog geen meter breed. Al je zintuigen
doen mee; alles ruikt, klinkt en smaakt bijzonder en je kijkt je ogen uit.
Mohammed nam ons mee langs kruiden, fruit, stoffen, vis, brons,
scharenslijpers, bakkers, tapijtmakers en (1 van de hoogtepunten) naar een
lederzaak die uitkeek op de verfbaden. Dit zijn de kleurige verfbakken waarin
met de hand leer en stof wordt geverfd.



De straatjes zijn soms zo nauw dat je er nauwelijks in je eentje recht kunt
lopen. Met name de woonstraatjes zijn smal, hoewel de huizen zijn gebouwd rondom
een open binnenplaats. Het gebrek aan ramen wordt logisch als je bedenkt dat de
warmte in de verstikkende zomermaanden zo buiten de deur blijft. Elke wijk heeft
in ieder geval een moskee, hammam (badhuis), bakkerij en school. Daarnaast
zijn de souks dus specifiek ingedeeld naar producten. Vlees, sieraden en
kruiden: het hield niet op. Eef kocht na dramatisch afdingen een kameel
(…) en Karin kreeg na in snikken uitgebarsten te zijn een kruidig cadeautje.
Genieten!


Wat ook opviel was de gastvrijheid en vriendelijkheid van mensen; overal
krijg je mintthee aangeboden (bij tapijtverkopen bijvoorbeeld) en veel
mensen groeten spontaan. Iedereen is erg aardig en de stad maakt ondanks zijn
absolute “anders zijn” een erg prettige indruk. We waren prettig verrast
dat de mensen lang niet zo opdringerig waren als bijvoorbeeld in Egypte (wat we
wel hadden verwacht).



Na de lunch bezochten we een Medersa, een koran-hogeschool. Een prachtig
versierde gebedsruimte en openlucht “studie-zaal”. Vervolgens was het, na een
kort bezoekje aan het paleis van de koning en de Joodse Wijk, tijd voor even
bijkomen: wat een dag!


Om half acht togen we met Theo en groep naar een restaurant. Heel anders dan
‘s middags was dit vrij westers in uiterlijk. Voor de lunch waren we namelijk
terecht gekomen in een tentje dat we zelf NOOIT hadden durven uitkiezen voor een
hapje eten. Het was prima en we waanden ons nog meer in Marokko dan ervoor.


Ook het diner viel niet tegen. We probeerden Pastilla; een vreemd gerecht met
kip, amandelen, honing, poedersuiker en bladerdeeg. Lekker, maar hoofdgerecht en
toetje in 1. Erg zoet, maar spannend! Na een kopje onvermijdelijke mintthee,
troonde Theo ons mee naar “een ranzig barretje”, een kreet die we waarschijnlijk
nog vaker zullen horen deze week! De ranzigheid zat ‘m in de aanwezigheid van
drank en hoeren. Hoeren? Wij vonden het in eerste instantie nette dames. Foei!
Fout gedacht; ze dronken bier, rookten, praatten met mannen en ze lachten.
Duidelijke dames van lichte zeden…


Na al die indrukken was het tijd voor ons mandje. Met opnieuw een erg
aanwezige gebedsoproep. Ja, op dezelfde tijd…

Meknes

Meknes



Prachtig warm weer bij het opstaan dus de 65 kilometer busrit naar Meknes was
een genoegen. Door de bergen waren we toch nog vlot in Meknes, ondanks dat de
buschauffeur niet echt op de hoogte was van de route. Ze zeggen hier
(regelmatig) “Inshallah” (als God het wil), als ze het hebben over zaken die
zich in de toekomst afspelen. Wij hebben daar inmiddels “Als God het wil en
de buschauffeur het kan vinden” van gemaakt…



Het centrale plein van Meknes is vol en druk; het is een aantal jaar geleden
veranderd in een enorme parkeerplaats. Jammer, want daarom wordt de “Bab
Mansour”, de toegangspoort naar de het koninklijk gedeelte van de Medina en
volgens velen de mooiste poort van Marokko, enigszins overschaduwd. Hij blijft
echter mooi en opvallend; net als veel Arabische poorten heeft hij een “knik” in
het midden, om het binnenvallende legers ingewikkeld te maken.

Achter de Bab Mansour ligt o.a. het mausoleum van Moulay Ismail. Deze geniale
tiran (1672-1727) stichtte de stad in een poging om voorgaande heersers te
overtreffen. Het mausoleum was erg rustig en een indrukwekkend gebouw. Dat we in
deze moskee (en dit heiligdom, al mag je niet bij de tombes komen) naar binnen
mogen is voor ons niet-moslims uitzonderlijk. Het gebouw is precies dat wat je
je voorstelt bij een sprookjesmoskee; prachtig stucwerk, charmante poorten, een
zonnenwijzer en een fonteintje. De moskee zelf is maar erg beperkt
toegankelijk, maar mooi om te zien. Na een kopje koffie en plaspauze, maakten we
een klein rondje door de souks. Minder bijzonder dan in Fes, maar wel erg leuk
om te zien en de sfeer te proeven. Na de lunch sloten we het bezoek aan Meknes
af.

Moulay-Idriss en Volubilis

Moulay-Idriss en Volubilis



Na opnieuw een mooie route (alles staat in bloei!), was de volgende stop Moulay-Idriss. Dit kleine heilige plaatsje ligt tegen de bergen aangeplakt en bestaat daarom voornamelijk uit trappen. Althans, zo lijkt het. Onder begeleiding van een jonge, Duits sprekende (?) gids, werden we naar het heiligdom van Moulay-Idriss zelf gesleept. Wij mochten er uiteraard niet in, maar het inkijkje was mooi. Ook bijzonder is dat je overal, maar dan ook overal, mag fotograferen. Alleen mensen en met name vrouwen zijn wat schuw, onder andere omdat ze geloven dat een stukje van hun ziel verdwijnt door de foto.



Het heiligdom is uiteraard een moskee, met een, in dit geval erg bijzondere, minaret. De minaret is de enige ronde in heel Marokko (de rest is vierkant) en in 1939 gebouwd als eerbetoon aan door de bouwer bezochte ronde minaretten. De toren is prachtig, groen met wit, ingelegd. Groen is de kleur van de Islam en is dan ook overheersend in Moskeeen. Tot slot bezochten we een mooi uitzichtspunt, waar we de moskee en de rest van het dorp opnieuw konden bekijken.


Als laatste, maar zeker niet minste, bezochten we Volubilis; de ruines van een Romeinse stad uit de tweede en derde eeuw na Christus. Naast de ooievaars en de zuilen van de basilika, waren met name de mozaieken mooi en goed bewaard gebleven. Het was warm op de heuvel waarop de restanten te bezichtigen waren, dus na een flinke wandeling dronken we een “the a la menthe” op het schaduwrijke terras. Wat een dag…

Reisdag – van Fes naar Marrakech

Reisdag – van Fes naar Marrakech



Auw, na eindeloos kletsen ging die wekker natuurlijk ongeveer 4 uur te vroeg
af. Het was dan ook kwart voor 6. De dag begon grauw: het mistte en er was
weinig te zien. Wel prettig voor onze ogen (klein tukje), maar we waren even
bang dat het zo zou blijven! Het eerste deel van de route was van Fes de Midden
Atlas in. De weg was bochtig en het werd steeds steiler. Tegen de tijd dat we in
Ifrane waren, was het gelukkig zonnig en al lekker warm.



Ifrane is de Marokkanse wintersportplaats voor de mensen met centen. Een
soort Chamonix in Marokko, met ‘s winters sneeuw en zelfs Arabisch/Franse
bordjes die “barriere du neige” aangeven. De koffie was lekker en Eef genoot nog
de hele dag van de gekochte Marokkaanse (marsepein)koekjes. Marokko is bij
uitstek het land van “zoet”!

Een geplande aap-stop (in de ceders langs de weg huizen Makaken) viel helaas
in het water, maar de rest van de route door het toen nog erg bergachtige
landschap was erg mooi. Het was duidelijk merkbaar dat het voorjaar is: alles
stond in bloei en velden vol met klaprozen, akkers vol met graan en eindelozen
grazende kuddes geiten en schapen vulden het uitzicht. Uren rijden door steeds
wisselend landschap verveelde geen moment en het was “ineens” tijd voor de lunch
(in Beni-Mellal). .



De middagroute (inmiddels door de steppen) had als hoogtepunt een kudde
dromedarissen! Ze kwamen naast de bus en we konden ze zelfs aanraken (wat we
even oversloegen; ze kunnen gemeen bijten). Vooral de kleintjes waren erg lief
en we schoten aardig wat plaatjes. Iedereen kwekte er nog flink over na en de
rest van de route was zo voorbij.


Het hotel in Marrakech is erg centraal gelegen. Het ligt tegenover de minaret
van de Koutoubia-moskee, de “Eiffeltoren van Marrakech” en op kruipafstand van
het Plein Jemaa-el-Fna. Na het dumpen van de koffers proefden we alvast wat van
de bijzondere sfeer die er hangt. Slangenbezweerders, zwarte magie,
henna-tatoueerders en vooral veel eet-kraampjes. Dat belooft wat! Het eten (op
het dakterras van het hotel, met uitzicht op de minaret) was prima en het ijsje
toe smaakte minstens net zo lekker. Op naar de oproep voor het ochtendgebed!

Marrakech

Marrakech





Herrie of niet; we sliepen als rozen. Nou ja, de meeste tijd dan. Na een
ontbijtje op het dakterras volgden we Theo naar een van de betere
bezienswaardigheden; de graven van een aantal hoogwaardigheidsbekleders. Een
schitterend complex, dat (op de toeristen na) vredig aandoet na al het
stadslawaai. De graven zelf zijn simpel; nauwelijks meer dan een met eenvoudige
mozaieken bekleedde verhoging. De ruimtes er om heen zijn schitterend versierd,
zoals overal met letters en geometrische figuren. Nooit mensen en dieren om te
voorkomen dat men die afbeeldingen zou gaan aanbidden. De aandoenlijk spelende
jonge katjes op het terrein trokken zich daar weinig van aan en de aanbidding
liet dan ook niet op zich wachten. 🙂





Na een kopje mintthee op een terrasje met uitzicht op het grote plein, liepen
we door de souks naar de Medersa (koranschool) van Marrakech. Nog mooier dan die
in Fes; met een rijk versierd binnenplein, een mooie gebedsruimte en
studenten”cellen” rond kleine doorkijkjes. We fotografeerden ons suf. Leuk!
Experimenteren! Maar waarom al die andere mensen dat dan ook moeten doen… 🙂
Na nog een korte voorleessessie van Theo uit Karins reisgids werden we vrij
gelaten.


Het was inmiddels tijd voor lunch, dus daar begonnen we mee. Daarna was het
tijd voor een uitgebreide “shopsessie marrocain”. Souk in, souk uit, linksaf,
rechtsaf… En ja; ook wij gingen voor de bijl. Los van de prachtige dingen die
ze hier hebben, is het afdingen een sport op zich. Zo zijn we drie kwartier te
gast geweest in een winkeltje van 2 bij 4. Thee (ja, mintthee natuurlijk),
praten over ons land en het zijne en eindeloos steggelen over de prijs. “WAT?!
Voor deze kwaliteit?” Of “Wil je dan dat ik GEEN winst maak!?!?” Dat pareerden
we met dingen als ” Wij moeten er hard voor werken hoor, als studente heb je het
niet breed” (ho ho, alsof die man de waarheid spreekt op dat moment!) of “Nee,
nee, dan HEB ik al geld van haar erbij moeten leggen, hoger kan ik echt niet
gaan!” Dikke lol en met 40 tot 60 procent van de prijs af EN mooie spullen die
van eigenaar wisselen, is iedereen blij. Ze mogen tenslotte best iets aan ons
verdienen.





Na een kort hapje is het nu dus Internet- en zometeen tukjestijd. Morgen
worden we namelijk om half zes (lach niet!) in de bus verwacht voor een excursie
naar de Hoge Atlas, de zuidelijke bergketen van Marokko. We zijn heel benieuwd!

De Hoge Atlas en de Kasbah van Ait Benhaddou

De Hoge Atlas en de Kasbah van Ait Benhaddou



Heel even vroegen we ons af waarom het ook weer zo’n goed idee was, die
excursie. Vijf uur is namelijk nogal aan de vroege kant om op te staan… Zelfs
na een ochtendgebed om in de stemming te komen! Een klein ontbijtje (brood
en jus d’orange) en de mogelijkheid om in de bus weer in slaap te vallen,
maakten het al wat aantrekkelijker.


De zon op zien komen boven het Marokkaanse land is de moeite op zich al
waard. De route de bergen in, met een steeds hoger klimmend zonnetje was niet
voor iedereen in de bus de moeite van het wakker blijven waard, maar mooi was
het wel. Een aantal fotostops en uiteindelijk ook de broodnodige koffiestop
later, reden we de woestijn in. Rond elf uur doemde Ait Benhaddou op aan de
horizon…





Een spectaculair gezicht: de woestijn, een klein riviertje dat zich als een
blauw met groen lint door het landschap snijdt en daarnaast de imposante lemen
kasbah. Een kasbah is een versterkte woonburcht. Op deze plaats staat al een
kasbah sinds ongeveer 300 jaar. Lemen kasbahs hebben een levensduur die meestal
loopt tot de volgende stortregens, maar op deze fotogenieke plek wordt de kasbah
steeds hersteld. Niet in de laatste plaats om als decor te dienen voor een groot
aantal films, waaronder Lawrence of Arabia.





We staken via de zandzakken het stroompje over en beklommen de Kasbah. Het
uitzicht was meer dan de moeite waard: groen, steenwoestijn, lemen huizen en in
de verte de besneeuwde toppen van de Hoge Atlas…


De rit terug was minstens net zo mooi. We hadden weinig puf meer over daarna
en na een diner op het dakterras van het hotel, ploften we in ons bed. Het
ochtendgebed hebben we volledig gemist.

Marrakech: mooie dingen en afscheid

Marrakech: mooie dingen en afscheid





Deze laatste volle dag in Marrakech genoten we eerst maar eens van een beetje uitslapen. We konden tot 11 uur ontbijten en hoewel we ook nog wel wat dingen wilden doen, was de hoogste prioriteit “slaap inhalen”! De wekker ging uiteindelijk om 9 uur (toch 4 uur later dan de dag ervoor…) en we rommelden in slakkentempo naar het ontbijt. In het zonnetje op het dakterras bladerden we de reisgids door. Er was nog zoveel te zien.





We besloten tot het El Baija paleis van rond 1880, dwalen over de souks en een bezoekje aan de Jardin Majorelle. Het Baija paleis is niet makkelijk te vinden, maar dwalen door Marrakech is geen straf. Leuke pleintjes, kleine straatjes… Bij het paleis aangekomen was het half twaalf en we besloten het er maar op te wagen, ondanks dat het bordje de lunchpauze al aankondigde. De dame aan de kassa zei dat het pas om 12 uur dicht zou gaan en uiteindelijk hadden we zelfs een uur. Marokkaanse flexibiliteit heeft zo z’n voordelen. Het complex was gigantisch en erg mooi! Enorm rijk versierde vertrekken, veel mozaieken, gigantische binnenpleinen, fonteinen. We keken ons ogen uit!


Terug op het plein hielden we om te beginnen een korte stop voor een drankje. Daarna dwaalden we voor de laatste foto’s door de souks. Kleurige sjaals (eindelijk de wolsouk gevonden!), prachtige aardenwerk, leuke doorkijkjes… zelfs na al die dagen raakten we niet uitgekeken. Uiteindelijk hielp een erg vriendelijke meneer ons de snelste weg naar het plein vinden. Hij werd wat minder vriendelijk toen we hem maar twee dirham gaven voor zijn diensten. Erg jammer: het had ook niets kunnen zijn!





Daarna hadden we een dilemma: haast (we zouden om half drie verzamelen voor het bezoek aan het park) en honger (we hadden nog niet geluncht en het was al kwart voor twee)! Een snelle hap dan maar, bij een tentje dat ongelooflijk belachelijke prijzen had… vonden wij. Vijf euro voor een frisje! Belachelijk! Bij het afrekenen bleken we voor twee grote koppen soep, brood en een drankje 18 … dirham te moeten betalen. Omgerekend ongeveer 1 euro 70…


Na wat steggelen met de “man op de bok” mochten we (Jan, Ida en wijzelf) voor 15 dirham de man met een koetsje naar de Jardin Majorelle. De tuin is van Yves St. Laurent geweest en vormt een groene, rustige oase in de chaotische stad. Bloemen en planten en rustgevende fonteintjes in kleine vijvers.





’s Avonds klommen we de drie trappen op van restaurant Le Marakchi. Uitkijkend over het plein en een van de weinige restaurants met een drankvergunning in de omgeving is Mariachi spectaculair. Alles is versierd, van de bewerkte houden plafonds, tot de mozaïeken op de muren en de geweven tapijten op de vloer. Het geheel is verlicht door kaarslicht en over de tafels en de vensterbanken liggen verse rozenblaadjes verspreid. Het eten is er heerlijk en de live muziek is niet al te zenuwslopend. De perfecte omgeving voor een gezellige afscheidsavond en hoewel we op tijd zijn gaan slapen, was het een prima slot. Om met Theo te spreken: “Lieve mensen, dank jullie wel!” Daar sluiten we ons van harte bij aan!

Terugreis

Terugreis



Dat was een geheel nieuwe ervaring: opstaan VOORDAT de oproep voor het gebed
van de minaret schalt… Een nieuwe, maar ook vervelende ervaring! Alsof het
afscheid van dit prachtige land al niet erg genoeg was, moesten we er om vier
uur uit.


Na douchen, aankleden, tas dichtritsen en het hele labyrinth…. pardon hotel
doorlopen was er nog net tijd voor een (heel snel) glaasje jus d’orange.
Hup hup, koffers in de bus, want Theo had haast. De arme chauffeur had ook nu
weer het lef om een andere route te kiezen dan Theo bedacht had en zijn
(mislukte) poging tot extra service (voor de deur stoppen) werd ook al niet
gewaardeerd. Vroeg opstaan valt niet mee.





Hoewel: het was al stampdruk op de luchthaven! Er bleken (bijna) tegelijk
twee vluchten naar Casablanca, twee naar Italie en een naar Spanje te
vertrekken. Chaos… De zogenaamd “handige” group check-in kwam niet lekker van
de grond en alles ging alles behalve snel, dus uiteindelijk vertrokken we met
drie kwartier vertraging naar Casablanca.


Daar bleek dat we anderhalf uur later met hetzelfde vliegtuig door te vliegen
naar Amsterdam. Daar kwamen we om 3 uur Nederlandse tijd aan. Behoorlijk kapot.
De bagage rolde voor iedereen snel van de band en het was een kort (maar zoals
altijd toch niet echt leuk) afscheid.



Martijn pikte ons op van Schiphol. De rest van de dag raakten we niet
uitgepraat, over dit land van contrasten. Ezelkar naast gloednieuwe Mercedes;
minaret naast synagoge; Franstalig en Arabisch; zoet en kruidig, bergen en
woestijnen. Maar bovenal fantastische mensen en schittende bezienswaardigheden.
Marokko is een feestje!