van Etosha (Namutoni) naar Rundu (Nkwazi Lodge)

van Etosha (Namutoni) naar Rundu (Nkwazi Lodge)

He, dat was een heel erg lekker lange nacht slaap. Helemaal uitgerust staan we op, rennen onder de douche door (ergens bionnenkort moeten we weer even uitgebreid dingen doen als haren wassen enzo, maar dat doen we wel als er meer water in de buurt is) en gaan ontbijten. Daarna gooien we de zooi in de tas, checken uit en maken een mini-gamedrive voor we ècht wegrijden uit dit geweldige park. Het blijft briljant: met je eigen Gevaarte beesten spotten. Vooral als de vangst een geweldige kudde olifanten is! Als we komen aanrijden bij een waterplaats staat er een aantal auto’s stil. Wij zien niks, maar we besluiten even te blijven en dat pakt goed uit. Bijna rennend komt er een enorme kudde olifanten aan. Rond de 15 en alweer met veel kleintjes erbij. Ze drinken, spelen, tot de waak-olifant ineens begint te rommelen. Alle fantjes schieten omhoog en ze gaan er bijna rennend vandoor. Behalve één olifant. Die kijkt ons eens een, lijkt haar schouders op te halen en begint een boom kaal te eten. Heel voorzichtig komen daarna de andere fantjes terug. We kunnen bijna 20 minuten genieten en daarna trekken ze achter ons weg de bosjes in. Als we wegrijden staat er één fant met kleintje op nog geen 10 meter van ons af. Oh man wat zijn ze groot…

Terug in Namutoni plassen we. De auto hebben we gisteren in Halali al volgegooid met diesel, dus we kunnen. Op naar Rundu en dat is rechtdoor twee uur naar Grootfontein (waar we bij een tankstation plassen, pinnen en een kleine lunch eten in de vorm van een ‘pie’ met kip en champignon vulling), linksaf en daarna nog een paar uur rechtdoor naar Rundu. Letterlijk. We stoppen halverwege langs de weg voor een plas en even de benen strekken en op 30 kilometer voor Rundu stoppen we voor een klein bezoekje aan een craft shop die door èn voor de lokale gemeenschap wordt gerund. Karin koopt twee mooie, houten schalen en daarna rijden we naar Rundu. 

De laatste twee uren hebben we ineens veel meer het gevoel door traditioneel Afrika te rijden. We zien ineens huisjes van hout, riet en / of modder, ezeltjes, ossen- of ezelkarretjes, kinderen die spelen met auto’tjes gemaakt van draad, kleine stenen schooltjes en ziekenhuisjes, vrouwen met kleurige rokken en manden op hun hoofd, mini-winkeltjes van golfplaten… Ook Rundu is meer een midden-Afrikaans plaatsje. Kleine marktjes met verse groenten en fruit, kraampjes met vlees (al uren hangend in de hitte: nee dank je), volgepropte auto’s en opleggers, geiten en koeien op de weg… Het tankstation is druk, het personeel aardig en efficiënt en binnen no time beginnen we aan de laatste 20 kilomneter over een gravel- en daarna een zandweg naar Nkwazi Guest Lodge. Die ligt er prachtig bij aan het water. We krijgen een keurige bungalow met gaas voor de ramen èn muskietennetten om de bedden, licht dat werkt op de zonnecollector èn licht dat werkt op de generator die aan gaat tussen 5 en 10 en aan de rivier naast de lodge stroomt (de Okavango, met aan de overkant Angola) genoeg water om straks lekker de haren te wassen. We gooien de tassen neer en gaan dan lekker een kopje thee drinken in de bar. We kunnen nog kiezen uit wat activiteiten, maar na deze lange dag houden we het voor gezien. 

We halen na een plons fris en thee allebei een bier (nee, met 440 ml is het geen bierTJE) en gaan onder een afdakje zitten kijken naar de rivier, de vogels, de familie die zich wast en vissende kindjes in Angola. Het is hypnotiserend en na een uurtje moeten we ons echt los trekken. Er is nu stroom en Karin gaat zich haastig douchen en haren wassen. Martijn besluipt vogeltjes. En om 7 uur melden we ons voor het diner. Het kleine restaurantje is prachtig en lijkt wel uit de grond gegroeid. De pannen met eten staan om een groot open vuur op een stalen rand en de saladebar staat vol met lekkere salades. We laten het ons goed smaken en zijn blij dat het ondertussen wat afkoelt. We zijn volledig bedekt en vol met Deet gesmeerd en zijn gisteren gestart met anti-malaria tabletten. Een windje om wat af te koelen en de muggen op afstand te houden is dus welkom. Terwijl we zitten te praten zien we ineens een wit met zwart gestreepte… kat ? op het lage muurtje achter het toetjesbuffet springen. Alle vier de bezette tafeltjes vallen stil en we kijken met open monden naar het lenige prachtige beest dat toch wel een erg smal koppie heeft voor een normale huiskat… “That is a Genet-cat”, zegt de kerel die binnenkomt: “He comes here often. Beautiful is it not?” We kunnen alleen maar knikken terwijl het beest er vandoor schiet.

Even later komt er een dame uit de keuken die een schaaltje vlees op het muurtje zit en de rest van de maaltijd komt de kat af en toe een stukje halen. Foto’s worden korrelig en bewogen door het weinige licht en de snelle kat, maar we genieten van de ervaring. En van het eten! Als we ook nog een toetje hebben gegeten (een bolletje ijs, lekker koel) kunnen we geen pap meer zeggen. We nemen nog twee kopjes thee en daarna gaan we nog even in de bar zitten. “Mogen we er even bij” vraagt een Nederlandse dame. Terwijl we zitten te praten komen we er achter dat we al een tijdje dezelfde route rijden. Als de dame over de cheetah begint zegt Karin half grappend: “Je bent toch niet Ria he, van de chatgroep die de reisorganisatie heeft aangemaakt?” De dame roept: “Krijg nou wat, Karin!” De mannen kijken verbaasd. Hikkend van de lach legt Karin uit dat ze als ze Internet heeft foto’s deelt op een what’s app chatgroep van African Profile Safari’s, waaraan Luzaan (uit Windhoek) ons heeft toegevoegd. Ze heeft al twee keer ongeveer de zelfde foto’s gepost als ene Ria en op de chatgroep (die overigens in het Engels is) al eens gezegd dat we elkaar eigenlijk zouden moeten ontmoeten. En verhip nu zitten we ineens naast elkaar! Ria maakt een foto van Karin “om met thuis te delen”. We blijven nog even praten en als ze weg gaan wensen we elkaar een goeie reis en “tot ziens in de volgende lodge of online”. Erg grappig.

Rond half 10 is het wel klaar. We gaan naar het huisje, richten het zo in zodat eventuele creepy-crawlies niet bij ons of onze spullen kunnen en gaan voorzichtig op het keiharde bed liggen. Terwijl een krekelkoor ons toezingt (de buitenwereld is toch ineens wel erg dichtbij in een open huisje) vallen we in slaap.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.