Madikwe

Madikwe

Als we elkaar om half 6 in de gezamenlijke ruimte ontmoeten kunnen we niet helemaal kiezen tussen gapen, de wens om terug in bed te kruipen èn enthousiasme. We hebben namelijk vannacht leeuwen horen brullen! Niet heel verwonderlijk als je weet dat leeuwengebrul op 5 tot 10 kilometer ver te horen is en we de leeuwen gisteren op niet al te grote afstand hebben gezien. Maar bijzonder is het wel. En het herinnert ons er maar weer eens aan dat we op een bijzondere plek zijn. 

Om kwart voor 6 zitten we allemaal in de auto. Ondanks de voorspellingen van een hele dag regen is het droog en in de lichter wordende omgeving rijdt Kenny ons er vandoor. Hij zegt niet zoveel en heeft haast. Dat belooft goede dingen! En jawel, zoals we gisteren al constateerden jheeft Madikwe de kwaliteit… al moet je er wel een eind voor rijden. Het park is zoals gezegd enorm en de bergen in de verte lijken maar niet dichterbij te komen. We horen al vanaf het moment dat we wegrijden veel discussie op de radio en al kunnen we het niet helemaal volgen, één ding horen we wel. Leeuwen!

En niet zo weinig, zien we ongeveer drie kwartier later. Als we een bocht om komen, stokt de adem ons in de keel. Er liggen zeven (!) welpjes midden op de weg. In de berm liggen de beide mama’s en een puberdochter en de beide papa’s (dezelfde broers die we gisteren zagen) komen net aangeslenterd. Wauw! Kenny manouvreert ons in een goede positie en daarna genieten we van de luierende, stoeiende, gapende en water drinkende welpjes en daarna van de hele knuffelende familie op één grote hoop. Het is echt geweldig en we krijgen uitgebreid de tijd om te kijken.

Uiteindelijk maken we plaats voor anderen (ze komen van heinde en ver aangereden) en genieten de rest van de drive van al het andere dat Madikwe heeft te bieden. Veel vogels, maar ook buffels, een enorme kudde olifanten, een neushoorn met jong (die door een olifant worden verdreven van een waterplaats)… Het is een ruig landschap, met veel lage bomen en struiken, stekelbosjes en hier en daar open plekken. Met een kop koffie en een verse muffin houden we pauze en als we uiteindelijk terugkomen in het kamp schuiven we aan voor een uitgebreid ontbijt(buffet).

Daarna gaat Eveline nog even terug naar haar toch wel zeer aantrekkelijke bed en Harro, Martijn en Karin verzamelen zich om te schrijven aan het verslag, foto’s te bekijken, te kletsen, te kijken wat voor soort beesten door de droge rivierbedding wandelen en het Internet te repareren. Ehm pardon?! Tja, als je ICT-helden mee neemt op reis, is er een kans dat ze zich bemoeien met het in dit geval falende Intenet. Harro denkt aanvankelijk met een kleine ingreep zorg te kunnen dragen voor Internet voor alle gasten (in plaats van een paar seconden Internet voor een klein aantal mensen), maar dat blijkt een misvatting. Het kamp blijkt al drie jaar en via meerdere organisaties te proberen Internet te krijgen en tot op heden tevergeefs. Harro treft een ongelooflijke warboel aan, maar weet werkelijk iedereen voor zich te winnen door de eerste te zijn die ook echt snapt wat er aan de hand is, maar ook, belamgrijker, hoe het opgelost moet worden. Hij amuseert zich kostelijk met klussen, bellen met allerlei IT-bedrijven en het achterlaten van een concreet stappenplan om de ellende opgelost te krijgen. Dat gaat nog wel wat langer duren dan ons bezoek, dus we grappen dat we maar eens terug moeten komen om het ‘live’ te zien werken.

Na een heerlijke lunch, een rustige middag (met meer klussen en kletsen en genieten van het luxe kamp) zitten we eind van de middag opnieuw in de auto. Het weer is de hele dag goed geweest, zelfs zonnig, maar nu komen er dreigende wolken aan. Het wordt steeds donkerder, maar ondanks dat lijken alle rangers enthousiast en nauwelijks in staat te wachten. Blijkbaar is de site die nu op ons wacht (het lijkt elke keer één hele bijzondere te zijn) nog bijzonderder dan de afgelopen dagen. We hebben bijna medelijden met de twee Duitse dames die mee zijn op hun allereerste game-drive ever en enigszins verbaasd kijken naar de impala’s, vogels, giraffes en zelfs olifanten die we voorbij racen. Maar als we horen wat er op ons wacht snappen we het wel: wilde honden! 

Wilde honden zijn heel erg zeldzaam en er zijn maar weinig plekken ter wereld waar je ze kunt zien. En zo te horen hebben we mazzel. We moeten er een enorm eind voor rijden en flink wachten (wachttijd die we gebruiken om een regenponcho aan te trekken, want we gaan het niet droog houden), maar dan horen we na anderhalf uur dat we dichterbij mogen komen. En terwijl we tussen twee buien door mazzelen, met maar een klein beetje regen, zon en een schitterende regenboog op de achtergrond, vinden we een troep wilde honden, mèt jongen! In de pauze na de sighting doen we ons uiterste best om de Duitse dames te vertellen hoe bijzonder dit is. Hebben jullie er lang op moeten wachten, vraagt één van de dames. Jaren, zegt Karin naar waarheid en we genieten van de bijzondere bezienswaardigheid.

Na deze enorm bijzondere sight staat de rest van de drive in het teken van kleiner wild. Zoals vogels, grondeekhoorns en zelfs een kamelon. Gespot door Kenny, die aan de rechterkant van de auto achter het stuur zittend het beest in de berm, aan de linkerkant van de weg spot. Een kameleon van ongeveer 15 centimeter… We zijn gepast onder de indruk. En redelijk droog, want behalve de paar spetters zijn we er aardig tussendoor gemazzeld en we drinken een borrel in de ondergaande zon.

Als het donker wordt rijden we het kamp binnen waar we stijf van uren game drive maar heel tevreden aanschuiven aan het diner. Het is heerlijk. De manager van het kamp komt tijdens het eten even langs. Ze biedt ons een borrel aan, als dank voor Harro’s nerd-activiteiten. We proosten op zijn ge-nerd en alle prachtige sights van vandaag. Madikwe is prachtig!

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.