naar huis

naar huis

Tja en zomaar ineens is het de laatste vakantiedag van Martijn en Karin. Die begint… lawaaiig! De leeuwen beginnen midden in de nacht met brullen en waar we ze gisteren hoorden als we al wakker waren, brullen ze nu zonder problemen door onze oordoppen heen! Dat betekent dat ze toch echt veel dichterbij moeten zijn, maar aanvankelijk gaan we ervan uit dat de afstand waarop het gebrul te horen is, ons misleidt. Voor de zekerheid controleren we wel even of er niet toevallig een leeuw voor onze tent ligt, maar als dat niet zo is, gaan we er van uit dat het even rijden is.

Het is overal vochtig: het heeft vannacht opnieuw geregend, maar inmiddels is het droog. En als we op weg gaan merken we dat het inderdaad even rijden is, maar dan vooral omdat de brug over de rivier nog steeds in reparatie is. Als we omgereden zijn, zien we namelijk de leeuwen… en onze tenten aan de overkant van de rivier! Wauw, dat was dus inderdaad heel dichtbij. De hele familie is aanvankelijk ook nu weer bij elkaar, maar al snel trekken de vrouwtjes en één van de mannetjes er op uit. Eén mannetje blijft achter met de jongen, die zich bij de rivier, bijna uit zicht, in en om een boom heen vouwen. De jagende leeuwen trekken ondertussen langs de weg en dan er overheen. Stop, roepen Martijn en Karin, die daarmee nog net voorkomen dat Kenny een leeuwin over het hoofd ziet en haar aanrijdt. Het is een indrukwekkend gezicht en helaas zijn ze al snel uit zicht.

De rest van de gamedrive worden we opnieuw getrakteerd op allerlei moois van Madikwe en als we uit de auto stappen is dat met pijn in ons hart. Voorlopige de laatste gamedrive voor Martijn en Karin. We troosten onszelf met een heerlijk ontbijt en daarna is het tijd om te gaan. We rekenen af en beginnen aan de terugweg.

Die gaat een heel stuk soepeler dan de heenweg. Het eerste stuk blijft heel vervelend, maar nadat we daarna een stuk rechtdoor rijden op een grotendeels prima onverwharde weg rijden we ineens, voor het eerst in dagen, op asfalt. We slaken een zucht van verlichting en daarna hebben we een heel stuk te gaan, maar gaat het wel een stuk vlotter. We schieten enorm op als we richting Johannesburg rijden. 

Onderweg stoppen we bij een tankstation voor lunch en daarna rijden we in één keer door naar het hotel waar Harro en Eveline vannacht zullen slapen. Ze checken in en we regelen dat de bagage van Martijn en Karin even mag ‘logeren’ in de bagageruimte. We frissen ons op terwijl er een enorme bui overtrekt. Pfoe, dat was net op tijd: daar hadden we niet graag in gezeteb. Als het voorbij is pakken we de auto. Er is namelijk een stukje verderop een enorme shopping mall en dat klinkt als het uitstekende uitstapje voor dit kledderige weer. 

We shoppen een rondje, drinken uitgebreid koffie en vermaken ons prima. Als we zijn uitgekeken gaan we terug naar het hotel waar we aanschuiven in de bar voor een borrel. Aan de tafel achter ons wint een Zuidafrikaans stel zich op bij een wedstrijd tussen de Spingbokkies en de All Blacks (rugby en het Zuidafrikaanse team doet het niet heel goed). Dat leidt tot een aantal erg leuke gesprekken (met het stel, maar ook een serveerster) en de drankjes smaken prima. We dwingen onszelf tijdig aan tafel te gaan en genieten van een uitstekende maaltijd met ENORME porties. En dan is het echt zover…

We nemen afscheid bij de voordeur en Martijn en Karin worden daarna door de airport shuttle van het hotel naar de luchthaven gebracht, waar om kart over 11 ‘s avonds de lange, lange vlucht naar huis begint. De vlucht verloopt prima, Karin slaapt zowaar een aantal uur en het is lekker om weer thuis te komen. Maar een klein, klein stukje van ons hart rijdt, terwijl wij in de lucht de kilometers afleggen, nog steeds over de Afrikaanse savanne. Want Afrika, daar ga je van houden.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.