Archief van
Categorie: Afrika

naar Madikwe

naar Madikwe

Vandaag geen gamedrive helaas: we zitten om kwart voor 8 aan het ontbijt en daarna rekenen we af. Met enige moeite, want in eerste instantie blijkt de verbinding voor de creditcard nog niet zo eenvoudig. Gelukkig komt dat uiteindelijk goed en daarna vertrekken we met enige pijn in ons hart van deze heerlijke plek. We moeten vandaag best een stuk rijden om op onze volgende slaapplek aan te komen en er is (veel) regen voorspeld, dus het is fijn om vroeg onderweg te zijn. Voorlopig is het bewolkt en droog en we schieten lekker op. Onverharde weg af, daarna naar links (in plaats van naar rechts naar Vaalwater) en daarna rijden we feitelijk om Welgevonden en Marakele heen, naar Thabazimbi. Daar houden we pauze: we vinden een shoppingmall met wc’s en een koffietentje waar we een flinke bak lekkere koffie halen. He, even de benen strekken is lekker!

Daarna puzzelen we over de route en uiteindelijk vinden we met behulp van een papieren kaart, Fooney en Google de juiste route. Via Dwaalboom en dan onverhard over steeds obscuurdere weggetjes naar Molotedi Gate, waar Thakadu vlak achter ligt. De weg is aanvankelijk goed en verhard; daarna wordt het onverhard en als het begint te regenen wordt de route steeds interessanter. We doen lekker rustig aan en Harro betoont zich opnieuw een goede chauffeur. Het laatste stukje naar de gate is echt beroerd maar Harro vermaakt zich wel, iedereen voelt zich veilig en langzaam maar zeker komen we dichterbij. De kerel die ons binnenlaat noemt meteen Karin’s (achter)naam en geeft ons door aan de lodge, dus als we het laatste stukje hebben gereden (over een betere weg) staat er een man op ons te wachten met een dienblad met glazen drinken (siroop en sap) en natte doekjes om onze handen en gezichten schoon te poetsen. He, he, dat is wel even fijn, want we zijn best gaar van de route. Het is half 2 dus op zich hebben we het snel gedaan. Het inchecken is zo gebeurd en daarna mogen we aanschuiven: de lunch wacht. Oh wauw, dat is wel heel fijn en we komen bij bij een liter water, een vers soepje, verschillende salades, een maïsfrittata, vegetarische lasagne en een limoen-taartje. Pfff, zo moeten we niet elke dag lunchen, want dan groeien we dicht, maar het is echt heerlijk!

Daarna worden we naar onze schitterende safaritent gebracht (Martijn en Karin worden welkom geheten door een paartje neushoornvogels op hun balkon) en om kwart over 3 kunnen we aanschuiven voor een kopje thee / koffie, zodat we om kwart voor 4 kunnen vertrekken op een gamedrive?! Wauw, dat hadden we niet helemaal verwacht, wat geweldig! We maken kennis met Kenneth, onze ranger en die behalve ons vier nog twee mensen (een Argentijns stel) meeneemt in zijn landrover. Het is inmiddels droog (tot onze vreugde: er was echt een hele dag regen voorspelt) en dik ingepakt rijden we er vandoor.

Wat Wegevonden had in kwantiteit, heeft Madikwe in kwaliteit. We zin niet heel veel beesten. Het park is enorm groot 75.000 hectare (zeg maar 150.000 voetbalvelden) en vrij dicht begroeid. Het is dus niet eenvoudig om beesten te spotten en Kenneth zet er meteen enorm de sokken in. We racen wat antiloopjes voorbij. Als we ook een door Karin gespotte olifant voorbij racen vragen we ons af wat ze hebben gezien dat ze zo’n haast hebben.
Het blijken twee mannetjesleeuwen, vlak naast de weg! Kenneth doet zijn best om ons nog dichterbij te brengen, maar als hij struiken omver gaat rijden worden we iets minder enthousiast. Ho, ho, we zijn er zo ook dicht genoeg bij! Hij stopt onmiddellijk, zet de auto uit en we slaken een diepe zucht: wauw! De leeuwen trekken zich duidelijk niet zoveel aan van ons en de andere twee auto’s en we kunnen genieten van de twee prachtige beesten. Na een tijdje staat eerst de één en dan de ander op en nu liggen ze echt op een meter van de weg. Na een tijdje vraagt Kenneth of we het hebben gezien: dan kan hij andere gasten een kans geven. Oh, ja natuurlijk! Er mogen maar drie auto’s tegelijk bij een sighting, dus het is even file rijden als ze iets moois hebben gezien.

Na de leeuwen gaat Kenneth in ‘dreutel-modus’. We zien wat vogels, een jakhals hier en daar, twee konijnen. Dan vertelt Kenneth (of Kenny, zoals hij door zijn collega’s wordt genoemd) dat we in de wacht staan voor een mooie sight, dus of we het goed vinden om nu pauze te houden. Oh, ja natuurlijk. We nemen allemaal een lekker drankje (er is van alles) en genieten van wat zoute snackies, terwijl de zon langzaam steeds lager zakt. Dan rijden we nog een rondje en uiteindelijk zijn we aan de beurt. Het moet wel iets heel spectaculairs zijn als er zoveel auto’s in de wacht hebben gestaan en dat blijkt ook wel. Als we aan komen rijden stokt onze adem: twee cheetah’s, op een paar meter van de auto, in de ondergaande zon, terwijl ze aan een kleine gnoe knagen! Wat fantastisch! Voor deze reis zagen we nog nooit een (wilde) cheetah en als we de cheeta van Martijn en Karin uit Etosha meerekenen (maar niet de drie die in gevangenschap in Mt Etjo worden gehouden), zijn dit nummer 8 en 9 deze reis. En dit is toch wel de uitsmijter. Kenny doet er alles aan om ons prachtige plaatjes te geven zonder de natuur te slopen of andere auto’s in de weg te zitten en we klikken ons helemaal suf met camera en telefoons. Als we plaats maken voor de volgende auto wordt er flink ge-high-fived en we bedanken Kenny voor zijn geduld.

In de knalrode, ondergaande zon en onder de opkomende volle maan rijden we door een steeds donker wordend park naar de lodge terug. Daar zijn we uiteindelijk rond kwart over 7. We kunnen meteen aan tafel en na opnieuw een uitstekende maaltijd (soep of fildeeg met garnalen en daarna curry met varkensvlees of elandsteak en brownie toe, maar dat laatste past bij bijna niemand) rollen we naar onze tent. Morgen wake-up call om kwart over 5, voor de volgende game drive…

Madikwe

Madikwe

Als we elkaar om half 6 in de gezamenlijke ruimte ontmoeten kunnen we niet helemaal kiezen tussen gapen, de wens om terug in bed te kruipen èn enthousiasme. We hebben namelijk vannacht leeuwen horen brullen! Niet heel verwonderlijk als je weet dat leeuwengebrul op 5 tot 10 kilometer ver te horen is en we de leeuwen gisteren op niet al te grote afstand hebben gezien. Maar bijzonder is het wel. En het herinnert ons er maar weer eens aan dat we op een bijzondere plek zijn. 

Om kwart voor 6 zitten we allemaal in de auto. Ondanks de voorspellingen van een hele dag regen is het droog en in de lichter wordende omgeving rijdt Kenny ons er vandoor. Hij zegt niet zoveel en heeft haast. Dat belooft goede dingen! En jawel, zoals we gisteren al constateerden jheeft Madikwe de kwaliteit… al moet je er wel een eind voor rijden. Het park is zoals gezegd enorm en de bergen in de verte lijken maar niet dichterbij te komen. We horen al vanaf het moment dat we wegrijden veel discussie op de radio en al kunnen we het niet helemaal volgen, één ding horen we wel. Leeuwen!

En niet zo weinig, zien we ongeveer drie kwartier later. Als we een bocht om komen, stokt de adem ons in de keel. Er liggen zeven (!) welpjes midden op de weg. In de berm liggen de beide mama’s en een puberdochter en de beide papa’s (dezelfde broers die we gisteren zagen) komen net aangeslenterd. Wauw! Kenny manouvreert ons in een goede positie en daarna genieten we van de luierende, stoeiende, gapende en water drinkende welpjes en daarna van de hele knuffelende familie op één grote hoop. Het is echt geweldig en we krijgen uitgebreid de tijd om te kijken.

Uiteindelijk maken we plaats voor anderen (ze komen van heinde en ver aangereden) en genieten de rest van de drive van al het andere dat Madikwe heeft te bieden. Veel vogels, maar ook buffels, een enorme kudde olifanten, een neushoorn met jong (die door een olifant worden verdreven van een waterplaats)… Het is een ruig landschap, met veel lage bomen en struiken, stekelbosjes en hier en daar open plekken. Met een kop koffie en een verse muffin houden we pauze en als we uiteindelijk terugkomen in het kamp schuiven we aan voor een uitgebreid ontbijt(buffet).

Daarna gaat Eveline nog even terug naar haar toch wel zeer aantrekkelijke bed en Harro, Martijn en Karin verzamelen zich om te schrijven aan het verslag, foto’s te bekijken, te kletsen, te kijken wat voor soort beesten door de droge rivierbedding wandelen en het Internet te repareren. Ehm pardon?! Tja, als je ICT-helden mee neemt op reis, is er een kans dat ze zich bemoeien met het in dit geval falende Intenet. Harro denkt aanvankelijk met een kleine ingreep zorg te kunnen dragen voor Internet voor alle gasten (in plaats van een paar seconden Internet voor een klein aantal mensen), maar dat blijkt een misvatting. Het kamp blijkt al drie jaar en via meerdere organisaties te proberen Internet te krijgen en tot op heden tevergeefs. Harro treft een ongelooflijke warboel aan, maar weet werkelijk iedereen voor zich te winnen door de eerste te zijn die ook echt snapt wat er aan de hand is, maar ook, belamgrijker, hoe het opgelost moet worden. Hij amuseert zich kostelijk met klussen, bellen met allerlei IT-bedrijven en het achterlaten van een concreet stappenplan om de ellende opgelost te krijgen. Dat gaat nog wel wat langer duren dan ons bezoek, dus we grappen dat we maar eens terug moeten komen om het ‘live’ te zien werken.

Na een heerlijke lunch, een rustige middag (met meer klussen en kletsen en genieten van het luxe kamp) zitten we eind van de middag opnieuw in de auto. Het weer is de hele dag goed geweest, zelfs zonnig, maar nu komen er dreigende wolken aan. Het wordt steeds donkerder, maar ondanks dat lijken alle rangers enthousiast en nauwelijks in staat te wachten. Blijkbaar is de site die nu op ons wacht (het lijkt elke keer één hele bijzondere te zijn) nog bijzonderder dan de afgelopen dagen. We hebben bijna medelijden met de twee Duitse dames die mee zijn op hun allereerste game-drive ever en enigszins verbaasd kijken naar de impala’s, vogels, giraffes en zelfs olifanten die we voorbij racen. Maar als we horen wat er op ons wacht snappen we het wel: wilde honden! 

Wilde honden zijn heel erg zeldzaam en er zijn maar weinig plekken ter wereld waar je ze kunt zien. En zo te horen hebben we mazzel. We moeten er een enorm eind voor rijden en flink wachten (wachttijd die we gebruiken om een regenponcho aan te trekken, want we gaan het niet droog houden), maar dan horen we na anderhalf uur dat we dichterbij mogen komen. En terwijl we tussen twee buien door mazzelen, met maar een klein beetje regen, zon en een schitterende regenboog op de achtergrond, vinden we een troep wilde honden, mèt jongen! In de pauze na de sighting doen we ons uiterste best om de Duitse dames te vertellen hoe bijzonder dit is. Hebben jullie er lang op moeten wachten, vraagt één van de dames. Jaren, zegt Karin naar waarheid en we genieten van de bijzondere bezienswaardigheid.

Na deze enorm bijzondere sight staat de rest van de drive in het teken van kleiner wild. Zoals vogels, grondeekhoorns en zelfs een kamelon. Gespot door Kenny, die aan de rechterkant van de auto achter het stuur zittend het beest in de berm, aan de linkerkant van de weg spot. Een kameleon van ongeveer 15 centimeter… We zijn gepast onder de indruk. En redelijk droog, want behalve de paar spetters zijn we er aardig tussendoor gemazzeld en we drinken een borrel in de ondergaande zon.

Als het donker wordt rijden we het kamp binnen waar we stijf van uren game drive maar heel tevreden aanschuiven aan het diner. Het is heerlijk. De manager van het kamp komt tijdens het eten even langs. Ze biedt ons een borrel aan, als dank voor Harro’s nerd-activiteiten. We proosten op zijn ge-nerd en alle prachtige sights van vandaag. Madikwe is prachtig!

naar huis

naar huis

Tja en zomaar ineens is het de laatste vakantiedag van Martijn en Karin. Die begint… lawaaiig! De leeuwen beginnen midden in de nacht met brullen en waar we ze gisteren hoorden als we al wakker waren, brullen ze nu zonder problemen door onze oordoppen heen! Dat betekent dat ze toch echt veel dichterbij moeten zijn, maar aanvankelijk gaan we ervan uit dat de afstand waarop het gebrul te horen is, ons misleidt. Voor de zekerheid controleren we wel even of er niet toevallig een leeuw voor onze tent ligt, maar als dat niet zo is, gaan we er van uit dat het even rijden is.

Het is overal vochtig: het heeft vannacht opnieuw geregend, maar inmiddels is het droog. En als we op weg gaan merken we dat het inderdaad even rijden is, maar dan vooral omdat de brug over de rivier nog steeds in reparatie is. Als we omgereden zijn, zien we namelijk de leeuwen… en onze tenten aan de overkant van de rivier! Wauw, dat was dus inderdaad heel dichtbij. De hele familie is aanvankelijk ook nu weer bij elkaar, maar al snel trekken de vrouwtjes en één van de mannetjes er op uit. Eén mannetje blijft achter met de jongen, die zich bij de rivier, bijna uit zicht, in en om een boom heen vouwen. De jagende leeuwen trekken ondertussen langs de weg en dan er overheen. Stop, roepen Martijn en Karin, die daarmee nog net voorkomen dat Kenny een leeuwin over het hoofd ziet en haar aanrijdt. Het is een indrukwekkend gezicht en helaas zijn ze al snel uit zicht.

De rest van de gamedrive worden we opnieuw getrakteerd op allerlei moois van Madikwe en als we uit de auto stappen is dat met pijn in ons hart. Voorlopige de laatste gamedrive voor Martijn en Karin. We troosten onszelf met een heerlijk ontbijt en daarna is het tijd om te gaan. We rekenen af en beginnen aan de terugweg.

Die gaat een heel stuk soepeler dan de heenweg. Het eerste stuk blijft heel vervelend, maar nadat we daarna een stuk rechtdoor rijden op een grotendeels prima onverwharde weg rijden we ineens, voor het eerst in dagen, op asfalt. We slaken een zucht van verlichting en daarna hebben we een heel stuk te gaan, maar gaat het wel een stuk vlotter. We schieten enorm op als we richting Johannesburg rijden. 

Onderweg stoppen we bij een tankstation voor lunch en daarna rijden we in één keer door naar het hotel waar Harro en Eveline vannacht zullen slapen. Ze checken in en we regelen dat de bagage van Martijn en Karin even mag ‘logeren’ in de bagageruimte. We frissen ons op terwijl er een enorme bui overtrekt. Pfoe, dat was net op tijd: daar hadden we niet graag in gezeteb. Als het voorbij is pakken we de auto. Er is namelijk een stukje verderop een enorme shopping mall en dat klinkt als het uitstekende uitstapje voor dit kledderige weer. 

We shoppen een rondje, drinken uitgebreid koffie en vermaken ons prima. Als we zijn uitgekeken gaan we terug naar het hotel waar we aanschuiven in de bar voor een borrel. Aan de tafel achter ons wint een Zuidafrikaans stel zich op bij een wedstrijd tussen de Spingbokkies en de All Blacks (rugby en het Zuidafrikaanse team doet het niet heel goed). Dat leidt tot een aantal erg leuke gesprekken (met het stel, maar ook een serveerster) en de drankjes smaken prima. We dwingen onszelf tijdig aan tafel te gaan en genieten van een uitstekende maaltijd met ENORME porties. En dan is het echt zover…

We nemen afscheid bij de voordeur en Martijn en Karin worden daarna door de airport shuttle van het hotel naar de luchthaven gebracht, waar om kart over 11 ‘s avonds de lange, lange vlucht naar huis begint. De vlucht verloopt prima, Karin slaapt zowaar een aantal uur en het is lekker om weer thuis te komen. Maar een klein, klein stukje van ons hart rijdt, terwijl wij in de lucht de kilometers afleggen, nog steeds over de Afrikaanse savanne. Want Afrika, daar ga je van houden.