Archief van
Auteur: Karin

Dag 5 – regen

Dag 5 – regen

Door lekker vroeg slapen gisteren zijn we ruim voor de wekker
wakker. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat opstaan makkelijk is, maar
de walvissen roepen ons! We zitten keurig om 8 uur aan het ontbijt en
na een valse start (Karin vergeet haar jas: toch wat onhandig als je
het water opgaat) rijden we om half 9 weg. Tien minuten later (we
blijven ons vergissen in hoe dichtbij alles hier is) staan we voor het
kantoortje van Aventuro do Pico. We krijgen er om iets over 9 uur de
(uitgebreide en in keurig Engels) briefing. Slecht nieuws: het is
zuidenwind en nogal fors ook, dus er de lookouts raden af het water op
te gaan. Ze hebben bovendien geen walvis of dolfijn kunnen ontdekken
tussen alle golfkoppen. Verzetten is het advies.

Gelukkig hebben we de mogelijkheid: een deel van de aanwezige mensen
moet morgen weer naar huis en baalt nog harder dan wij! We verzetten
naar morgenochtend en trakteren onszelf als troost op een kopje
vreselijk dure koffie (1 euro voor 2 koppen…). Daarna bedenken
we een alternatief plan. We pikken in het hotel de kaart op en de
resigids en beginnen aan een rondtocht over het westelijke deel van het
eiland.

Het weer wordt onderweg steeds slechter en hoewel het een mooie
route is hebben we er steeds minder zin in. Het dieptepunt komt op het
hoogste punt: bovenop de vulkaanwand die een prachtig uitzicht moet
geven op twee gekleurde meren, zien we geen hand voor ogen. In de
potdichte mist dalen we af naar Ponta Delgada.

Daar landen we uiteindelijk voor een erg late lunch in restaurant
Jordao, een klein snackbar/restaurantje, met werkelijk ontzettend
lekker eten. De reisgids heeft niets teveel gezegd. Martijn eet bijna
zijn vingers op bij de Bife a Casa en Karin krijgt Almaco Jack, een
ontzettend lekkere vis. Het eten is simpel maar ontzettend goed
klaargemaakt en we zitten heerlijk buiten… tot het bij de koffie weer
begint te regenen natuurlijk!

De lunch heeft wel iets goed gemaakt, maar we besluiten het voor
gezien te houden voor vandaag. We doen boodschappen en nokken af naar
het hotel. Daar lezen we, zien de heerlijk slechte film Dante´s Peak
(in het Engels, met Portugese ondertitels) en Karin maakt Martijn nog
maar eens af met een paar potjes Yathzee. We slapen vroeg: hopelijk
zijn er morgen wel walvissen!

Zeebeesten

Zeebeesten

Deja vu treedt in: alweer zitten we keurig om 8 uur aan het ontbijt
en rijden we om half 9 weg. We worden er inmiddels een beetje
melig van en echt geloven in walvis doen we niet meer. Het was vannacht
erg mooi weer, maar 10 minuten na het opstaan begon het alweer te
betrekken. We doen ons best om positief te blijven, maar in ons hoofd
bedenken we al alternatieven.

We zijn dan ook bijna verrast als de trip gewoon door gaat! De wind
is gedraaid naar het noordwesten, waardoor we in het zuidoosten op zoek
kunnen naar zeebeestenn. Na de 2e keer de briefing (in veel slechter
Engels, maar door een net zo aardig meisje), worden we in een regenpak
en zwemvest gehesen en mogen we aan boord. Buitengaats botst het er
aardig op los en we zijn zo´n 3 kwartier bezig voor we iets zien. Ook
dan is het goed zoeken: de walvis (spermwhale) lijkt eerder op een
ronddrijvende boomstam tot hij adem haalt en zijn karakteristieke spuit
laat zien. Hij is met 50 meter wel verrassend dichtbij. We klotsen
aardig door elkaar en 1 van de deelnemers heeft duidelijk last van
zeeziekte. Het valt niet mee om iets te zien, laat staan forograferen,
dus het is even later puur geluk als Karin de staartvin van de duikende
walvis vol in beeld heeft. Eindelijk: gelukt!

Staartvin in beeld betekent wel dat de walvis zeker voor 3 kwartier
verdwenen is, omdat hij is begonnen aan een extra diepe duik, dus we
gaan op zoek naar andere beesten. Die zien we eerst in de vorm van
spotted dolphin en daarna in een enorme groep common dolphin. De
biologe die mee is verteld ons dat je het aantal dat je aan de
oppervlakte kunt zien minimaal moet verdrievoudigen. Als dat zo is zijn
er om ons heen minimaal 150 maar eerder 300 dolfijnen! We genieten ook
hier met volle teugen. Martijn maakt kleine filmpjes en Karin doet haar
best om te fotograferen. Dat laatste lukt nauwelijks (lage boot, veel
golven en mensen in de weg), dus uiteindelijk is het gewoon genieten.
En afkoelen: het regenpak van Karin is lek waardoor haar broek kletsnat
is en ze langzaam in een ijslollie verandert.

Ondanks dat moeten we al veel te snel terug. Op de weg terug hebben
we echter ook mazzel. We zien veel vliegende vissen, waarvan een aantal
op een paar meter van de boot. Ze schieten als zilver-blauwe strepen
voorbij. Ook zien we een schildpad en Karin ziet een Portugees
Oorslogsschip, een roze kwal, die er uitziet of hij een zeiltje op
heeft gezet. Erg giftig, erg mooi.

Na 3 uur zijn we – helemaal zout van het water – terug in de haven.
Afspoelen, droge kleren aan en opwarmen. We beginnen daarna maar met
lunch en koffie en even bijkomen. Na een uurtje rijden we naar Furnas,
het plaatsje waar we eergisteren ook al waren. Er schijnt een erg mooie
tuin te zijn en het weer wordt steeds beter. Bloemen fotograferen in de
zon?

Nou, weinig bloemen, maar wel schitterende planten en bomen. De
parkachtige tuin, die ongeveer 20 hectare groot is, bevat groen uit
alle werelddelen. We dwalen anderhalf uur in de inmiddels erg zonnige
omgeving rond. Midden in de tuin blijkt ook een natuurlijke warm-water
bron met water dat goed is voor je huid. Er wordt veel gezwommen, door
kurende mensen.

Als we uitgekeken zijn, maken we een laatste stop bij de Sete
Cidades, de twee vulkaanmeren die gisteren zo mistig waren. Nu liggen
ze er in de avondzon prachtig bij. Om deze geweldige dag af te sluiten,
eten we opnieuw in Ponta Delgada bij restaurant Jodao. Die kok nemen we
maar mee naar huis, lijkt ons zo. Terug in het hotel werken we de site
bij en nemen nog een wijntje!

Rustig aan

Rustig aan

Op de laatste echte vakantiedag (morgen moeten we vooral reizen)
beginnen we met heerlijk uitslapen. We ontbijten laat en op ons
gemakje. Daarna overleggen we met een extra kopje koffie wat we verder
gaan doen.

Om te beginnen een derde en laatste poging om een meertje midden op het
eiland te bezichtigen. We zijn al twee keer afgehaakt op de weg er naar
toe. Eén keer door het weer en één keer door de route die we toen
gekozen hadden, dus we hopen dat het vandaag lukt. Iets naar het oosten
van ons hotel steken we recht naar het zuiden. We slingeren de berg op,
genietend van de uitzichten. Boen op de berg hangen de wolken, maar we
besluiten het maar af te wachten.

Dan komen we onverwacht een verwijzing naar een warmwaterbron tegen. We
zetten de auto aan de kant en tussen enorme varens en andere joekels
van groene bomen en planten (het doet ons een beetje aan Nieuw Zeeland
denken) komen we bij een plekje waar stoom uit de grond komt. Opnieuw
rotte eieren. Een stukje verder is een warm water waterval! In het
kunstmatig aangelegde bassin ervoor baden mensen. Het is er heerlijk
rustig, dus we genieten een tijdje van het groen en lachen om de
poedelende mensen.

Terug in de auto en verder de berg op blijkt er inderdaad op de top van
de berg niets te zien! Geen meer te bekennen, dus deze keer geen derde
keer scheepsrecht. We dalen af naar Villa Franco do Campo, een schattig
plaatsje met een aantal kerkjes vlak naast elkaar. We bekijken ze
allemaal (erg katholiek) en daarna komen we terecht in een kleine
“snackbar”, wat op de Azoren eigenlijk een klein, simpel restaurantje
is. Het zit er vol lokale mensen die er uitgebreid pratend, drinkend en
etend hun lunchpauze doorbrengen. De sfeer is geweldig en uiteindelijk
blijven we anderhalf uur zitten voor drankjes en een lunch.

Daarna bezoeken we nog één uitzichtspunt, een bijzonder fotogeniek
kloostertje dat uitkijkt over Villa Franco en de ananaskassen (mooi
woord). Bij de zovceelste bui die dag besluiten we dat het genoeg is.
We doen boodschappen, checken in het hotel vast uit en genieten de rest
van de dag van wat eten en drinken, Yathzee en een goed boek!

Terugreis

Terugreis

Het is wel de vakantie van het veel te vroeg opstaan! De wekker gaat op
het echt onmogelijke tijdstip van 5 uur. Als Karin slaapdronken naar de
badkamer strompelt en de deur open doet, schiet iets enorms, iets
donkers met teveel poten onder de deur vandaan. Gelukkig rent het bij
haar vandaan: zonder lenzen was het waarschijnlijk niet gelukt te
“ontsnappen” aan dit enorme beest. Tot haar verdediging: ze heeft niet
gegild… niet echt althans…
Gelukkig komt stoere held Martijn om de hoek kijken! Hij werpt er één
blik op, doet een snelle stap achteruit als het dichterbij komt en
besluit dat het eigenlijk geen kwaad kan. Wat een helden zijn we ook,
maar het is dan ook wel een JOEKEL van een kakkerlak.

Tijdens het wassen, aankleden en laatste spullen pakken blijven het
vrolijk rondrennende beest met een half oog goed in de gaten houden.
Muur, kast, weer muur, plafond… jieks en ineens op de grond! Als het
veelpotige ongedierte naar de deur rent, zwiept Martijn hem met de
deurmat soepel naar buiten. Zo, opgeruimd staat netjes!

Inmiddels moeten we toch weg, naar het vliegveld. Dat is veel minder
spectaculair. We gooien onderweg de tank vol en aangekomen checken we
in. Als we daarmee klaar zijn is Ilha Verde (verhuurbedrijf) open en
leveren we de sleutels in. Daarna gaan we door de douane. De luchthaven
van Sao Miguel blijkt groter dan we dachten en Martijn neemt dankbaar
een kopje koffie.
De vlucht verloopt zonder problemen. De luchtvaartmaatschappij van de
Azoren heeft onze bagage niet kunnen doorlabelen voor de vlucht naar
Nederland, dus we pikken onze tassen op, lopen naar buiten en door een
andere ingang weer naar binnen en checken in. Daarna zien we een
mini-café aan de overkant, waar we iets drinken.

Dan maar door de douane. Inmiddels wil Karin ook koffie, dus in de rij
voor het echt vreselijk trage koffie-apparaat dat bediend voor door een
aardig meisje dat zichtbaar is geintimideerd door die rij
over-kritische Nederlanders. Als de officiele boardingtijd nog lang
niet is aangebroken, wordt er ineens omgeroepen of alle overgebleven
passagiers zich OOK willen melden. Een beetje schuldig en met nog net
een flesje water, haasten we ons door de incheck heen. Hup aan boord en
uiteindelijk gaan we drie kartier voor de geplande tijd de lucht in! De
vlucht verloopt soepel. We zitten in een enorme kist (767-300) waar
nauwelijks mensen in zitten, dus we verkassen vrolijk naar het raam.

Ruim een uur voor officiele aankomsttijd landen we en binnen no-time
hebben we onze bagage. Dan blijkt ook nog dat we een welkomstcomitee
hebben dat ons ophaalt! Helemaal tevreden slapen we ‘s avonds weer in
ons eigen bedje!

Robbeneiland

Robbeneiland

De volgende ochtend hebben we geluk want de boot naar Robbeneiland vaart. Tot tien minuten voor vertrek was dat niet zeker want de zee was best wel ruig. Een paar dagen geleden waren alle tours naar Robbeneiland dan ook gecancelled.
Op Robbeneiland eerst een rondrit over het eiland langs het dorpje waar vroeger de bewakers met hun gezinnen woonden en de steengroeve waar de gevangenen te werk werden gesteld. Slecht weer dus het uitzicht viel tegen, maar gelukkig compenseerde de gids dat met een goed verhaal over onder andere de geschiedenis van het eiland. Zo werden er eerst mensen met lepra naar Robbeneiland verbannen, was het daarna een gevangenis voor criminelen en pas vanaf de jaren ’60 voor politieke gevangenen. Er zaten alleen zwarte mannen gevangen op Robbeneiland. Vrouwen en blanken zaten in andere gevangenissen.
Na de rondrit naar de maximum security gevangenis waar ook Mandela gevangen heeft gezeten. We kregen een rondleiding van een man die ruim 5 jaar op Robeneiland gevangen heeft gezeten. Hij kon ons veel vertellen over het dagelijkse leven in de gevangenis en heeft ons uiteraard ook de cel van Mandela laten zien. Indrukwekkend.

Rondje Oekraine

Rondje Oekraine

Hartje zomer, hoogseizoen en toch iets anders en betaalbaars, dat
zochten we. De Oekraine lijkt inderdaad te voldoen aan de omschrijving.
En – ook belangrijk – het klinkt als een avontuur, dit enorme land dat
we alleen kennen van de Oranjerevolutie!

Al in april boekten we
een retourvlucht naar Kiev. Met goede tips van een collega, twee
reisgidsen (Bradt, 2007 en Lonely Planet, 2005) en een paar uurtjes het
Internet afspeuren gaan we goed voorbereid op weg. Het plan is om
behalve Kiev ook Lviv en Odessa aan te doen, per trein. Lees je mee?

Naar Kyiv

Naar Kyiv

De wekker gaat op het vreselijke tijdstip van 4 uur. Het regent, is donker en de weersvoorspellingen zijn beroerd. Prima weer dus… voor een uitstapje naar de Oekraine. Harro is zo lief om ons om half 5 naar Schiphol te brengen, waar we ruim op tijd aankomen om de bagage te droppen, door te douane te gaan en iets te drinken in afwachting van het boarden. Tegen half 7 is het al behoorlijk druk en keurig op schema zitten we in de lucht: dag wolken, dag regen!

Na 2 uur en 10 minuten (ruim voor schema dus) landen we op de luchthaven van Kiev of Kyiv zoals je het hier schrijft. Geen minuut te vroeg want een groot aantal rijen voor ons is er een mevrouw onwel geworden. Ze kreeg in de lucht al zuurstof en wordt nu met de ambulance afgevoerd. Gelukkig kan ze wel lopend het vliegtuig uit.

We gaan door de douane (hoera een stempel! Tip: altijd een adres invullen, al is het je hotel van de eerste nacht) en pikken onze bagage op. Daarna beginnen we pas echt aan ons avontuur. Het blijkt heerlijk weer en het is warm (het lijkt wel echt zomer!) dus we heben het gevoel dat we de wereld aankunnen! Eerst maar pinnen. Dat gaat eenvoudig: we zien meteen een pinautomaat. Daarna lukt het ons met handgebaren, 1 woord Oekrains, 3 woorden Engels en gelukkig de hulp van onse Oekrainse buurvrouw uit het vliegtuig, een bus te vinden die ons in een uurtje naar het Centraal Treinstation brengt. En daar willen we wel zijn: we moeten immers nog treinkaartjes regelen.

Dat blijkt een wat grotere uitdaging. Volgens de gids moeten we balierij 40, 41 of 42 hebben (daar spreken ze wat Engels). Na 20 minuten wachten blijkt dat tegen te vallen, maar de behulpzame dame achter het loket brengt ons naar balierij 38. Die dame spreekt geen Engels en is ondanks hulp van een Frans-Russisch sprekende dame niet bereid om ons te helpen. Ze stuurt ons naar balierij 8. Dat blijkt in het hoofdgebouw van het station. Na daar weer gewacht te hebben blijkt ook deze dame geen Engels machtig te zijn. Maar terwijl Karin haar nog even aan het lijntje houdt, schiet Eveline de jonge vrouw die achter ons staat aan. Ondanks haar niet al te vriendelijke blik is ze van harte bereid te helpen en 2 minuten later hebben we de kaartjes! Het kost anderhalf uur, maar nu hebben we een 1e klas coupé, in de nachttrein van zondag op maandag naar Lviv (of Lvov, zoals het ook heet): precies zoals we wilden!

We trakteren onszelf op een flesje water, bekijken de reusachtige hal van het station en besluiten daarna dat het tijd is voor stoer plan nummer 3: een metro naar ons hotel. Met wat hulp vinden we de ingang en dan puzzelen we onszelf naar een metro de goeie kant op. De kaartjes zijn kleine, groene plastic schijfjes die je in het poortje stopt waarna er een lampje groen wordt. Ze kosten helemaal niets: 50 kopekhe of omgerekend een paar eurocent en je mag onderweg nog overstappen ook. Dat is mooi, want dat moeten we ook om bij ons hotel te komen. We vergelijken letters alsof het plaatjes zijn en vinden onszelf vreselijk stoer als we uiteindelijk zonder problemen keurig voor de deur van ons hotel blijken te staan. We checken in, waarbij we ook ontbijt voor morgen regelen en ploffen inmiddels toch wat vermoeid op onze keurige (hoewel een tikkie saaie) hotelkamer neer.

Toch willen we nog wel wat zien, dus na een opfrissessie pakken we een metro naar het Onafhankelijkheidsplein dat in 2004 het centrale punt voor de Oranjerevolutie was. Het is enorm, in het weekend niet toegankelijk voor verkeer en voorzien van de nodige imposante beelden. Op een zuil van het postkantoor blijken nog resten van de oranje grafitti bewaard gebleven, achter glas. We fotograferen en kijken bovendien onze ogen uit naar alle schaars geklede, met goud en merkspullen behangen dames. Zoals 1 van de reisgidsen zegt: it’s not a sin to be poor, but it’s a sin to look poor! Hoogblond haar (nep), hoge hakken, heeeeel erg korte en strakke rokjes en truitjes: jammer heren, jullie missen echt wat!

Als we het plein van alle kanten hebben bekeken, wandelen we door naar het Vriendschapsmonument, een grote titanium boog, met daaronder een groot beeld van 2 mannen die in een overwinningsgebaar een vuist omhoog steken. Het symboliseert de goede betrekkingen tussen Rusland en de Sovjet Unie, dus het is wat omstreden, maar nog steeds een populaire trekpleister. Het uitzicht achter de boog, op de Dnjepr, is ook leuk, dus we zijn blij dat we even door zijn gelopen.

Inmiddels is het eind van de middag en beginnen we te merken dat we zo vroeg zijn opgestaan. We pakken daarom een metro naar een plein een stukje verderop, waar we na even zoeken (niet op nummer 40 maar op 44) het restaurant vinden dat in de gids staat en plaatselijke specialiteiten serveert. Het eten is erg lekker: gevulde pannenkoekjes vooraf en als hoofdgerecht een gevuld stuk kip (Eveline) en in honing gemarineerde kipkluifjes (Karin).

Daarna is het echt op. We gaan naar het hotel, waar Eveline ontdekt dat het tijd is voor  stoere actie 312 van vandaag (men spreekt toch erg weinig talen over de grens, anders dan Russisch). In en dichtbij gelegen supermarkt koopt ze een nieuwe tandenborstel en dan vallen we na heeeel even lezen, bekaf in slaap. Wat een geweldige eerste dag! 

Meer vervoermiddelen & devote toeristen

Meer vervoermiddelen & devote toeristen

Na een heerlijke nacht genieten we van het keurige ontbijtbuffet, inclusief typisch Oekrainse pannenkoek- en varkensvetspecialiteiten. We besluiten vandaag naar het belangrijkste bedevaartsoort / de grootste toeristische trekpleister van Kiev te gaan: de zogenaamde Caves Monastery. Dit klooster bestaat al sinds ongeveer 1050 en werd aanvankelijk ondergronds aangelegd. Inmiddels zijn de belangrijkste gebouwen bovengronds en liggen in de grotten de lichamen van de heiligen uit de bijna 1000-jarige geschiedenis van dit Orthodoxe bolwerk. Gezien het ietwat druilerige weer en de ingewikkelde metro/busroute daarheen besluiten we dat ook we ook een keer een Oekrainse taxi willen uitproberen. Zo gezegd, zo gedaan, en voor we het weten staat we voor een aantal imposante kerken met goudkleurige koepels.

Het is hier wel de bedoeling dat je er netjes bij loopt, dus we knopen beiden een doek om ons hoofd. Dit helpt ook bij het niet te veel opvallen tussen de mensen. Er zijn hier weliswaar naast de pelgrims veel toeristen, maar alles wat je hoort is Russisch en Oekrains. De kerken en gebouwen liggen aan een aantal paden en pleinen en vormen een mooi geheel. Ondanks dat we het vele goud in katholieke kerken meestal niet zo mooi vinden, hebben deze kerken met hun gouden koepels wel wat, ze vormen een stijlvol geheel. Na wat rondgekeken te hebben, bezoeken we eerst een van de musea op het terrein, het Museum of Microminiature. In dit museum staan een aantal zeer kleine voorwerpen tentoongesteld, die je met een microscoop kunt bekijken. We zien bijvoorbeeld het kleinste boek ter wereld en een compleet schaakbord ter grootte van een speldenknop.

In de belangrijkste kerk is ondertussen een dienst bezig. Toch lopen er ook veel toeristen in en uit, wat wij dus ook doen. Ook hier weer mooie decoraties. Als we vervolgens om de kerk heen lopen komen we bij een pleintje bij de achteruitgang. Hier ontspint zich een mooi tafereel: minstens 25 priesters, voorgangers en andere belangrijke kerkmannen komen, in vol ornaat en zichtbaar ontspannen na de dienst, naar buiten en ontmoeten daar kerkgangers en pelgrims die vol spanning op hen wachtten. Inmiddels is de zon ook nog doorgebroken dus we staan het heerlijk te bekijken. We moeten er ook een beetje om lachen: sommige van deze celibataire mannen lijken dit moment van de week, met volop belangstelling van voornamelijk vrouwelijke volgelingen, bijzonder aangenaam te vinden. Karin maakt veel mooie plaatjes van het geheel. Vanaf dit plein hebben we ook een mooi uitzicht over een park aan de Dnipro-rivier en we zien het 62 meter hoge beeld genaamd Rodina Mat. Dit heet officieel het Defense of the Motherland Monument, maar wordt ook wel de Iron Maiden of Tin Tits genoemd.

Na een sapje in het zonnetje wandelen naar een andere kerk, waar goed verborgen de toegang tot heilige grotten ligt. Ondanks dat we al heel netjes zijn met onze lange broeken en hoofddoeken, doen we er nog een schepje bovenop met een geleende omknooprok. Ook kopen we elk een kaarsje, wat we bij de ingang aansteken. Zo schuifelen we in de lange rij met pelgrims en toeristen door de grotten. Toeristen kunnen slechts een klein deel zien, maar er liggen hier 123 gemummificeerde monniken. Hun lichamen liggen daar al honderden jaren en worden als heilig beschouwd doordat zij nog steeds intact zijn. Een meer rationele verklaring is de koele en droge lucht in de grotten. Gelukkig zijn de lichamen tegenwoordig achter glas verborgen zodat het vocht dat de 200.000 toeristen per jaar uitademen, ze niet beschadigt.

Als we het terrein aflopen zien we verschillende marshrutky staan. Dit zijn minibusjes die volgens vaste routes rijden en vertrekken als ze vol zijn. Aan de ramen hangen lijsten met bestemmingen, helaas weer in het voor ons nauwelijks leesbare cyrillische schrift. Op een van de lijsten herkennen we echter het woord voor het Onafhankelijkheidsplein dus we springen in dit busje en stappen weer uit als we het plein zien. Hieraan ligt onder andere het postkantoor met internetcafe waar we na wat terrasbezoek onze eerste reisverslagsessie doen.

Straks gaan we nog ergens van een Oekrainse specialiteit genieten, onze tassen bij ons hotel ophalen en vervolgens naar het station voor de trein naar Lviv. Als we hier volgende week terugkomen zullen we weinig moeite hebben om ons hotel voor dat weekend te vinden, dit ligt namelijk zo centraal dat we er al over struikelden!

Nachtelijke avonturen

Nachtelijke avonturen

Nadat we ons reisverslag hebben bijgewerkt in het plaatselijke postkantoor, wandelen we langs een kleine demonstratie op het plein (revolutie deel 2? Er worden leuzen over visa gescandeerd) naar een hippe koffie- annex lounge club voor een bakkie en mensen kijken. Dat mensen kijken lukt uitstekend, maar na een eerste bakkie is het wijntje van Eveline er zo terwijl Karin bijna een uur (!) wacht op een Mojito. Gelukkig hebben we geen haast en de sushi met vis smaakt prima.


Rond kwart over 7 rukken we ons los van het terras en gaan op zoek naar het restaurant van de Varenyky, de ravioli-achtige deeggerechten die met allerlei vullingen worden geserveerd. Na enig zoeken vinden we het bedoelde restaurant en de variant met champignon en aardappel van deze plaatselijk beroemde deegballetjes blijkt prima (hoewel een tikkie flauw) te smaken. We teuten wat over een toetje en koffie en rond half 10 vertrekken we naar het hotel. Daar pikken we de tassen op om vervolgens met ons laatste metromuntje via een overstap bij het Centraal Station uit te komen. Een prachtige volle maan schijnt ons tegemoet en we blijven nog even in de afkoelende buitenlucht zitten.


De trein komt op perron 1 en ruim voor tijd zoeken we onze wagon op. Tickets laten zien en vragend “Lviv?” zeggen levert ons coupe 2, met bed 3 en 4 op. Ons eigen slaapkamertje voor vannacht! Wel een beetje krap en we zijn blij als de airco aan gaat, maar keurig opgemaakte bedden en zelfs een toiletartikelen-pakketje onder het kussen: handdoekjes, zeep, een vochtig doekje, zakdoekjes… Het is even stapelen (waar laten we de tassen en hoe zitten we elkaar niet in de weg), maar dat gaat goedkomen met die nachtrust.


Keurig op tijd vertrekt de trein van het station. We staan een minuut of 10 te kijken hoe Kyiv uit zicht verdwijnt, voordat we ons tanden poetsen in de toiletruimte en het bed opmaken. Het schommelen valt aanvankelijk met al dat op ons kop staan een beetje tegen, maar als we eenmaal liggen zorgt het ervoor dat we langzaam in slaap schommelen. Lviv: here we come!

Lviv

Lviv

De wekker gaat om half 9 en na enig rekken en strekken (het ligt best lekker, ondanks de harde banken) staan we op en kleden ons aan. Om kwart voor 10 schommelt de trein zoals beloofd Lviv binnen. Voor het station puzzelen we even over de vervoermiddelen die er zijn: taxi, bussen (veel bussen!) en een tram. Die laatste belooft vlak bij ons hotel te stoppen, dus na een paar minuten vertrekken we met tram 1 de stad in. Kaartjes kopen doe je overigens bij de dame die onderweg langskomt. Voor 50 kopekhe komen we vlak bij Hotel George uit.

Bij de receptie doen ze niet moeilijk: we zijn eigenlijk anderhalf uur te vroeg, maar blijkbaar is ons verzoek om vroeger in te kunnen checken goed ontvangen, want zonder vragen krijgen we een prima kamer. Enorm groot, met een joekel van een badkamer (met bad!) en een klein balkon zodat we op “het volk” kunnen neerzien. De rest van Hotel George is ook net zo leuk als beloofd, met een geweldig trappenhuis en enorm hoge gangen.

Nadat we ons even hebben opgefrist dwalen we de stad in. Na een kleine postduif-actie van Karin en wat verwarring over de exacte lokatie van de Tourist Information (ter info: allebei de boekjes gaven onjuiste informatie, hoewel de LP het dichtst in de buurt zat) halen we een stadskaart om vervolgens neer te ploffen in een tea-room, annex taartjeshemel. Met een joekel van een stuk chocotaart en iets te drinken voor ons neus bespreken we de opties: wat gaan we doen op welke dag. Nog een drankje later zijn we er uit: vandaag dwalen, morgen een excursie buiten de stad, de dag daarna de must-see dingen.

Als we weer buiten komen regent het en wat mistroostig gaan we op zoek naar reisorganisatie Meest tours. Daar onderhandelen we onszelf naar een kastelentrip voor twee met eigen auto en Engels sprekende gids. Aansluiten bij de Russisch/Oekrainse groepen lijkt ons niet zo’n goed idee… Morgen worden we om half 10 bij het hotel opgehaald!

Daarna duiken we een Internetcafé in en hier maken we plannen voor de rest van de dag. Wordt vervolgd…

NIEUWSFLITS!

NIEUWSFLITS!

Maandagavond, 30 juli, 10 uur plaatselijke tijd. We hebben net gelezen dat onze treinreis van Lviv naar Odessa niet gaat lukken. Een alternatief plan lijkt nu een dag langer in Lviv (met nog een uitstapje of misschien een andere tussenstop) en dan terug naar Kyiv, waar we ook een extra dag hebben. We houden jullie op de hoogte!

Kastelen!

Kastelen!

Het was snertweer gisteren en na een bezoek aan het Internetcafé (waar we overigens onze mail niet konden lezen) besloten we dat het tijd was voor wat lezen op bed. Bijna 3 uur later, 1 hoofdstuk lezen en 2 uur slapen verder voelen we ons een stuk beter en is het dringend tijd voor een hapje. De eerste aanrader uit de gids lijkt ons niet wat, maar restaurant Amadeus, naast de kathedraal, ziet er goed uit. Het eten blijkt er heerlijk. Karin waagt zich aan de traditionele borscht (bietensoep) en Eveline aan de tomatensoep. Het hoofdgerecht van zalm, krab en avocado is heftig maar wel erg lekker.

Na het eten zoeken we nog even een ander Internetcafé op en daar komen we er tot onze teleurstelling achter dat het niet gaat lukken om Odessa in het reisprogramma op te nemen (zie nieuwsflits vorige pagina)! De reisorganisatie die we inschakelden om dat te regelen geeft aan dat alles vol zit. Terug in het hotel bedenken we 2 alternatieve plannen: een andere stop, in Kamyanets-Podilsky (een klein plaatsje dat geheel op de Wereld Erfgoed lijst staat) of een extra dag in Lviv en een extra dag in Kiev. We besluiten morgen wat extra info in te winnen en na nog wat hoofdstukjes lezen vallen we in slaap.

Na een prima nacht slaap zitten we om half 9 aan het ontbijt, dat overigens ondanks de waarschuwingen best in orde is. We informeren na het eten direct bij de receptie of het eventueel mogelijk is een dag langer te blijven en als dat blijkt te kunnen spreken we af daarover vanavond een knoop door te hakken. Daarna wachten we op Diana, onze gids voor vandaag en de chauffeur. Keurig op tijd worden we opgehaald. Onze chauffeur (die overigens naamloos blijft en geen woord Engels spreekt – behalve “bye” blijkt op het eind) scheurt er direct op een zeer Oekrainse manier vandoor: hard, gebruik makend van voordringen en ongeduldig. Diana barst meteen los in een waterval van informatie. Ze vertelt honderduit over de stad en daarna over de dorpjes waar we doorheen rijden. Ze spreekt uitstekend Engels en lijkt het wel leuk te vinden dat we alles willen weten. Nadat we haar hebben overtuigd van het feit dat we geen studenten zijn, denkt ze dat we journalisten zijn! Ze vindt het in ieder geval erg stoer dat we zomaar samen deze voor ons lastig te volgen wereld verkennen.

Het landschap is kaal en heuvelachtig. Diana vertelt dat na het vertrek van de Russen de economie van het land is ingestort en het land dat eerst van iedereen en niemand was, nu te koop is. Het kost elk jaar 20% meer en veel gezinnen vertrekken naar het buitenland omdat het lastig is een gezin te onderhouden. Langs de weg zien we veel vervallen “community farms”, boerderijen die vroeger door een hele gemeenschap tegelijk werden bewoond en bewerkt, maar na het vertrek van de Sovjets leeg raakten en nu spookachtig in het landschap staan. De wegen zijn veelal slecht, maar er wordt hard aan gewerkt. De verwachting is dat de snelweg van Kiev naar Warshaw (in Polen), waar nu nog hard aan gewerkt wordt (24 uur per dag, 7 dagen per week) volgend jaar af is.

Na ongeveer een uurtje zijn we bij onze eerste stop. We komen er niet achter wat de exacte naam is van dit kasteel dat deels fort, deels paleis is. Ook hier wordt hard gewerkt aan de restauratie van het monument uit de 16e en 17e eeuw dat volgens een gedeeltelijk Nederlands ontwerp is opgetrokken. De wallen werden vroeger omgeven door een slotgracht. Het hoofdgebouw is gedeeltelijk gerestaureerd en heeft een echte wc binnen, die vroeger boven de slotgracht uitkwam! In het bijgebouw, dat in Chinese stijl is opgetrokken worden we langs een behoorlijke verzameling schatten uit alle delen van de wereld geleid. We zijn veel geschenken van ambassadeurs en Diana is trots op dit begin van de wederopbouw van haar land. In de tuin zien we twee enorme stenen: 1 met Latijnse letters en veel puntjes (een puzzel wat daar ooit heeft gestaan) en 1 met een gat waarmee je – als je de juiste vinger de juiste kant op draait – je spirituele of materiele wens kunt laten uitkomen.

De tweede stop is een kasteel dat in de jaren ’50 volledig is uitgebrand. Ook hier wordt (door mannen en vrouwen) hard gewerkt aan het herstel en de planning is dat er over 2 weken een klein museum in 1 van de kazematten open gaat. Voorlopig mogen we er niet in (en worden we dus ook binen 15 seconden weer vriendelijk doch beslist naar buiten gestuurd als we het toch proberen), maar er om heen lopen  mag wel. Diana laat foto’s zien van hoe het kasteel er vroeger van binnen uitzag en we zien de enorme terrastuinen, die er kaal bij liggen. Toch heeft het wel wat, dat vriendelijke spookkasteel aan het einde van een lange oprijlaan met bomen, waarover een aantal werklui met paard en wagen zand vervoert.

De laatste stop is kasteel Olesko en het absolute hoogtepunt van de reis. Nadat we onderweg een korte stop hebben gemaakt voor een foto van een zowaar best aardig Sovjet monument, blijkt het kasteel dat aan de buitenkant vrij eenvoudig is, van binnen prachtige kunstschatten te bevatten. We zien zalen met ikonen uit de 14e en 15e eeuw, beelden, houtsnijwerk en nog veel meer moois, waaronder een met hout ingelegd tafelblad met een kaart van het Heilige Land. Indrukwekkend mooi en jammer dat we geen foto’s mogen maken.

Na wat drinken en een lunch is het tijd voor de terugrit. Een uur later komen we in Lviv aan. Inmiddels hebben we op basis van verhalen van Diana besloten dat we niet naar Kamyanets gaan (te ingewikkeld), maar donderdagnacht met de trein naar Kiev terug gaan. Dus het is tijd om deze tickets te kopen, we strikken Diana om voor ons te tolken. Ze maakt zich drukker dan wij en wil ons maar nauwelijks achterlaten als het geregeld is, maar binnen 20 minuten hebben we 2 eersteklas tickets terug naar Kiev!

We pakken na afscheid van Diana de tram terug naar de stad en regelen dat we inderdaad een extra nacht in ons hotel mogen blijven. Daarna is het tijd voor terras (ja, het weer was vandaag weer heerlijk!) en een hapje in een hip restaurant met lekker eten. Na nog even mailen met wat hotels, is het zometeen tijd voor wat extra hoofdstukken lezen!

 

Meer Lviv

Meer Lviv

Vandaag begint de dag met uitslapen. De wekker gaat op het luxe tijdstip van kwart over 9 en na een loom ontbijt trekken we pas rond half 11 de stad in. Om te beginnen naar de plaatselijke VVV waar we een boekje kopen met wat extra info over alle bezienswaardigheden in de stad. Aan de hand daarvan dwalen we langs de resten van de oude stadsmuur en bekijken we door glazen deuren een behoorlijk druk versierde kerk. Daarna is het hoog tijd voor koffie en iets zoets in cafe Veronika. De Oekraine en vooral Lviv lijkt wat betreft “zoet” op Praag en Krakow: elk koffiehuis heeft veel taarten en cakes staan. Dit koffiehuis heeft ook nog eens een geweldige Weense uitstraling. We doen lekker rustig aan en kijken mensen.

Als we uiteindelijk weer vertrekken halen we voor 3 hryvna wat broodjes en puzzelen we uit welke tram we moeten hebben om bij de enorme begraafplaats ten zuid-oosten van het centrum te komen. We proppen ons in de tram en drie haltes en een paar minuten lopen later staan we aan de poorten van de Lychakivsky Begraafplaats. Deze enorme begraafplaats die stamt uit halverwege de 19e eeuw heeft veel weg van de Parijse variant (Père-Lachaise) en is indrukwekkend. We dwalen bijna twee uur langs en tussen de verschillende graven. Een hoek is vooral gewijd aan militaire graven: in een andere liggen allerlei beroemde Oekrainers. Tegenwoordig worden er nauwelijks meer mensen begraven, hoewel je nog steeds bijgezet kan worden in een familiegraf of met veel geld een plaatsje kan kopen. We zien een aantal oude mensen graven bijwerken. Het is erg mooi en een heerlijk rustige plaats, dus wat ons betreft zijn er slechtere plekken om te eindigen! 

Rond half 4 pakken we een tram terug en drinken we iets in een cafe op Rynok Square. Zowel de koffie als de wijn is er uitstekend en uiteindelijk rukken we ons pas rond kwart voor 7 los om te gaan eten. We komen terecht in het schattige Kilikia, net achter het plein. We zitten aan tafeltjes in een steegje naast het restaurantje. Het eten is niet duur en echt heel erg lekker. De enige dissonant is het gegiegel van een aantal gasten en de ober. Na enige tijd krijgen we door dat het over ons gaat en we zinnen op wraak. Als de gasten uiteindelijk weggaan en de ober onze kant op kijkt, zegt Eveline ijzig “Kwitantia bootlaska” (de rekening alstublieft). Het gezicht van de ober verkreukelt: zouden we nu toch Oekrains spreken en / of verstaan?! We staren hem streng aan en hij verdwijnt haastig. Als hij uit zicht is verdwenen, barsten we in lachen uit: wraak is misschien een beetje kinderachtig, maar wel leuk!  

Nadat we de rekening hebben betaald, leeft Karin zich een half uur in het prachtige avondlicht uit op de kerken die nog in de zon staan (met fototoestel dus!). Ook de flaneerboulevard voor ons hotel baadt in zonlicht en een muzikant met talent maakt dat ons humeur in no-time weer op peil is. Als de zon bijna is verdwenen eten we ons toetje (vooruit EN drinken we nog een wijntje) in ons inmiddels favoriete cafeetje. De serveerster spreekt geen Engels maar is wel een stuk vriendelijker dan de sukkel van het restaurant. Tevreden vertrekken we uiteindelijk rond half 11 naar ons hotel: even lezen en dan snel het licht uit!

Laatste dag Lviv

Laatste dag Lviv

Opnieuw slapen we uit. Na het eten stampen we onze zooi weer in de tassen, die we achterlaten in de bagageruimte van het hotel. Vanavond pakken we immers de trein terug naar Kyiv!

Na het uitchecken lopen we naar Rynok Square, waar aan bijna elk huis een verhaal kleeft. In elk gebouw heeft wel een rijke wijnhandelaar, een ambassadeur of een andere handelaar gewoond. De mensen die hier woonden hadden geld en hoe breder een huis, hoe meer. Voor elk raam meer dan de drie die een huis er standaard mocht hebben, moest de eigenaar belasting betalen. Natuurlijk waren er een aantal opscheppers die huizen lieten bouwen met meer ramen, hoewel de huizen over het algemeen redelijk éénvormig zijn. Het weer is goed (nog meer zon dan gisteren en ook wat warmer) dus we nemen onze tjid met het bekijken van elk nummer en het lezen van de bijbehorende verhalen.

Op nummer 6 gaan we naar binnen. Daar zit behalve een schattige Italiaanse binnenplaats, met cafe, een deel van het historisch museum van Lviv. Na een drankje bekijken we uitgebreid de binnenplaats en de “Royal Halls”. De complete bovenverdieping van het gebouw bevat behalve allerlei schilderijen en porcelein van de adel uit de 17e en 18e eeuw, een werkelijk prachtig ingelegde houten vloer. Elke bezoeker mag alleen met een soort sloffen om zjin of haar schoenen naar binnen, dus we schaatsen over de gladde vloer door alle zalen. Het is niet enorm groot, maar wel erg mooi.

Als we het hele plein rond zijn bekijken we nog de Boim Kapel, in de zuid-west hoek van het plein. Deze drukversierde kapel heeft een beeld waar Jezus met zijn hoofd in zijn handen zit onder de Latijnse tekst: “laat ieder die hier voorbij komt zich afvragen of zjin zorgen groter zijn dan de mijne”.

Na een plaatje van deze kapel met voorbijsnellende non, gaan we op zoek naar “de blauwe fles”, een piepklein lunchcafé aan een verstopt binnenplaatsje. Het is enorm schattig, met maar 5 tafels die op 1 na allemaal bezet zijn. De serveerster begrijpt niets van ons maar na een tijdje langs elkaar heen praten haalt ze een Engels menu voor ons. Met wat wijzen en glimlachen krijgen we uiteindelijk een prima boterham met beleg uit de magnetron. Vers en het smaakt uitstekend. Karins drankje ariveert niet en omdat het erg klein en donker is zoeken we al snel het zonlicht weer op, maar we hebben absoluut het gevoel tussen de locals te hebben gegeten!

Na de lunch is het tijd voor Internet en de rest van de middag staan nog een museum en “lezen in de zon” op het programma. Wordt vervolgd!

Terug naar Kyiv

Terug naar Kyiv

Uiteindelijk redden we het museum niet. We zitten heerlijk op het centrale plein, met een boekje en ongemerkt wordt het later. We stoppen nog een keer bij ons favoriete café voor een glaasje wijn en lopen daarna ten zuiden van ons hotel naar het tegen de heuvel gelegen restaurant Kupol.

Het is nog steeds zalig weer dus we ploffen op het terras neer. Een stukje verderop zit een eenzame Engelstalige toerist zijn Lonely Planet te lezen en achter een soort kamerscherm strijkt een zestal heren in pak neer die al brallend vodka’s achterover slaan: een mooi hoewel lawaaierig gezicht. Aan de muren hangen eindeloos veel gedichtjes, (straatnaam)borden en andere prullaria en als we er een half uurtje zitten blijken we een kat aan tafel te hebben: onder tafel, op een stoel. We eten uitstekend: heerlijk in honing gemarineerde kip met een aardappelvariant.

Na het eten maken we een laatste stop bij Veronika, waar we koffie drinken en iets choco-achtigs als toetje eten. Daarna is onze Lviv-tijd op: we moeten naar het station! Nadat we onze tassen hebben opgehaald bij hotel George, gaan we op zoek naar een tram. Dat leek iets simpeler dan het uiteindelijk was. We missen op een haar na tram 9 die daarna niet meer verschijnt, tram 1 komt niet opdraven en de overdaad aan het aantal trams nummer 2 frustreert. We zoeken het woord voor station op in onze woordenlijst, om eventueel een (mini)busje te kunnen pakken. Op dat moment komt tram nummer 3 langs en blijkt ons nieuwe woordje goed van pas te komen. Met een blik op onze rugzakken hangt de kaartjesdame uit de tram en roept “Vokzal!” (station). We springen snel de tram in en na een bedankje kopen we een kaartje. Daarna piepen en kraken we door stikdonker Lviv naar het station.

Daar staat onze trein al klaar. Wagon 12 blijkt een dame te hebben die een stuk beter aan onze verwachtingen voldoet van de zorgzame treindames dan de jongeman op de heenweg. Ze spreekt 3 woorden Engels maar ze kan zowaar lachen! We zijn al handiger geworden in het inrichten van onze mini-coupé en als de trein om kwart voor 11 wegrijdt zijn we al bijna gesetteld. We lezen nog wat en vallen daarna al schommelend in slaap. 

Meer Kyiv

Meer Kyiv

Het is behoorlijk vroeg als we in Kyiv aankomen: de trein rijdt al rond kwart over 7 het station binnen. We staan natuurlijk klaar met onze spullen. Voor het station wurmen we ons een weg naar de metro: deze keer hoeven we alleen naar het Onafhankelijkheidsplein. We vragen ons wel af of de spits geen ramp gaat worden.

Als we aan komen lopen blijken de deuren van het gebouw dicht. Er hangt een aanplakbiljet, maar daar kunnen we natuurlijk geen bal van lezen. Uiteindelijk komen we er via de hulp van een vriendelijke dame die een piepklein beetje Engels spreekt achter dat de metro’s om half 10 weer zullen rijden. Tja, zo lang willen we niet wachten.

Na enig aarzelen en zoeken naar een bus worden we – precies op het moment dat we ons er bij neer hebben gelegd dat het een taxi wordt – aangesproken door een taxichauffeur. Na een beetje onderhandelen brengt hij ons verrassend vlot en voor een redelijke prijs naar het plein. En daar zien we Hotel Kozatsky (dat we bij onze eerste stop in Kyiv al haden gezien) weer terug. We kunnen gelukkig meteen inchecken en het is lekker om ons even op te frissen. De kamer is niet denderend, maar het hotel ligt echt heerlijk centraal! Als we de wereld weer aankunnen, ploffen we op het terras van een koffietentje neer, waar we een bakkie doen en heerlijke flensjes eten. Zo: kom maar op met al die bezienswaardigheden!

De eerste stop is meteen een heel beroemde: we lopen naar de Sophia Kathedraal, genoemd naar de wereldberoemde Hagia Sophia in Istanbul. De kerk staat op een enorm ommuurd terrein en is rond 1024 gebouwd in opdracht van Prins Yaroslav’s de Wijze. Een enorme blauw met witte klokkentoren met een gouden koepel (gebouwd in 1752) geeft toegang tot het terrein. Om daar te komen betaal je 2 hryvna en om de kerk te bekijken nog eens 20 (omgerekend dus ongeveer 3 euro): voor de mensen hier een fortuin. Maar het is het erg waard. We dwalen wel een uur door de kerk, waar schitterende ikonen in mozaiek en schilderingen uit de 11e en 12e eeuw te zien zijn en resten van de prachtige mozaiekvloeren. Nogmaals: erg de moeite waard!

Na deze stop lopen we door naar het St. Michael’s Klooster dat na in de jaren ’30 verwoest te zijn door de Sovjets, nu schitterend is herbouwd en sinds 2001 een belangrijk orthodox bolwerk is. Er staan wel drie bruidjes voor het gebouw en Karin maakt een paar plaatjes waar 1 of meer van de dames in overdadige jurken “per ongeluk” opstaan. Voor het klooster staan 2 standbeelden: 1 met beelden van de apostel Andreus, prinses Olga en de grondleggers van de Slavische literatuur en het cyrillisch schrift: St. Methodius en St. Cyril. Het andere beeld herdenkt de geschatte 3 tot 6 miljoen (!) doden van de door een slechte oogst en inhalige en machtbeluste Sovjets veroorzaakte voedelsramp in de jaren 20 van de vorige eeuw.

Na een rondje om het klooster pakken we een tandradbaantje naar het lage deel van Kyiv, aan de oever van de Dnjepr. Het ziet er allemaal wat kil en grijs uit, maar uiteindelijk vinden we een soort grote woonboot waar een restarant in is gevestigd. Daar eten we een late lunch, om vervolgens een metro naar het plein terug te pakken. Daar aangekomen is de volgende stap een logische: het terras van onze eerste dag Kyiv!

Uiteindelijk zitten we daar de rest van de middag en eten we er zelfs een hapje. We lezen en lezen, drinken nog een drankje, lezen nog wat meer en kijken mensen. En er is genoeg te zien: de magere dames met te hoge hakken (waar ze niet op kunnen lopen), hun beperkte en vaak doorzichtige merkkleding en grote hoeveelheden goud werken regelmatig op onze lachspieren, maar misschien zijn we wel een beetje jaloers op de benen van een deel van deze dames. Nogmaals: heren, jullie missen echt wat!

Als het donker begint te worden kijken we nog een uurtje mensen op het centrale plein, dat een verzamelplaats van toeristen en locals lijkt te zijn. Veel mensen drinken op straat bier en we zien gezinnen met kinderen, stelletjes, groepen vrienden en vriendinnen langzaam dwalen over het plein of op de bankjes bij de fontein hangen. Uiteindelijk is het om half 11 op: het is een lange dag geweest. Allebei in onze eigen lakenzak (want we hebben precies 1 laken…) vallen we in slaap.

Musea, sprookjes & prullaria

Musea, sprookjes & prullaria

Na een beetje uitslapen “genieten” we van een typisch Oekrains ontbijt. Laten we het zo zeggen: de ligging van het hotel maakt veel goed!

Na het ontbijt lopen we naar de St. Andreuskerk die we gisteren al in de verte gezien hebben. Het is net een sprookjeskasteel, gelegen op een heuveltje met 5 torentjes in goud, blauw, groen en wit. De kerk is in de 18e eeuw ontworpen door de Italiaanse architect Rastrelli, die ook het Winterpaleis in St. Petersburg ontwierp. Bruidjes lopen ook hier af en aan en de trouw- en doopdiensten lijken hier aan de lopende band te gaan. Vanaf het pleintje eromheen hebben we mooi uitzicht op het lager gelegen deel van Kyiv, de havens en het straatje waar we vervolgens heen lopen.

Dit straatje kronkelt naar beneden en heeft aan beide kanten souvenirstalletjes. Dus we slenteren van stalletje naar stalletje en bewonderen de babuschka poppetjes, kleden, plastic kaviaar enzovoort. Aan het einde van deze straat lopen gelijk tegen ons volgende reisdoel aan: het Museum of One Street. Dit museum vertelt de geschiedenis van de bewoners van deze straat. Veel verschillende gebruiksvoorwerpen, kledingstukken, kranteartikelen in vitrines geven een indruk van hun leven in de 19e en 20e eeuw. Helaas is er nauwelijks Engelstalige toelichting, maar het is toch leuk om zo een beeld van de afgelopen 2 eeuwen te vormen.

Hierna lopen we in de stralende zon naar een plein voor een pauze met een broodje. In de buurt daarvan zoeken we het Tsjernobyl-museum. Tja, dat blijkt eenvoudiger gezegd dan gedaan. Het lijkt op de straling waar het museum over gaat: je ziet het niet, je hoort het niet, je voelt het niet, maar je weet dat het er is! Na minstens 2 keer verkeerd lopen en 2 keer de weg vragen (waarvan 1 keer aan een groepje grijnzende jonge agenten) vinden we het uiteindelijk: we hebben er een prachtig rondje omheen gelopen…

Binnen hangen de foto’s en identiteitsbewijzen van de vele mensen die als gevolg van dit ongeluk zijn omgekomen. Bij de explosie vielen slechts 2 doden, maar later stierven vele omwonenden, reddingswerkers en mensen die de rommel opruimden. Ook in dit museum is weinig voor ons leesbare informatie, maar de vele foto’s van de betrokkenen, de omgeving, de opruimwerkzaamheden en het leven na het ongeluk zijn indrukwekkend.

Buiten gekomen zien we op weg naar de metro tot onze geruststelling steeds meer toeristen met vragende gezichten naar hun boekje staren. We helpen er 2 op weg voor we de metro naar het plein terug pakken.

We zijn van plan de rest van vandaag nog even te genieten van het mooie weer en de Oekrainse keuken. Morgen hebben we in de ochtend tijd voor een museumbezoek of boottochtje, daarna wordt het tijd om naar het vliegveld te vertrekken waar ons vliegtuig naar Amsterdam op ons wacht.

Nog één kerk dan

Nog één kerk dan

Na wat getwijfel besluiten we vandaag niet het openluchtmuseum ten zuiden van de stad te bezoeken, om te voorkomen dat we daar net een bus missen en daardoor ons vliegtuig niet halen. We wandelen dus naar de St. Vladimirskerk, die net buiten het centrum van Kyiv ligt. Het is weer stralend weer en we de zon van de afgelopen week laat inmiddels een zichtbaar kleurtje op onze huid achter.

De kerk heeft van buiten weer de glitter en glamour die we gewend zijn: 7 koepels, dit keer met sterren er op. Maar daar komen we niet voor: juist het interieur schijnt bijzonder te zijn. En inderdaad: de kerk is uitbundig gedecoreerd en de schilderijen zijn mooi en in goede staat. Er is onder andere een schilderij bij van een massale doop in de Dnjepr. Karin koopt een “fotografeervergunning” en leeft zich uit. Ondertussen is er een doorlopende dienst gaande met prachtig koorzang. Ook hier lopen gelovigen en andere belangstellenden in en uit. Je ziet vaak mensen naar een beeld toelopen, hun gebed doen en weer vertrekken. Dames dienen in principe een hoofddoek te dragen, maar het maakt allemaal niet zoveel uit: zolang je je een beetje gedraagt ben je welkom om te doen wat je wilt.

Na dit bezoek wordt het toch echt tijd afscheid te nemen van de stad. We halen onze tassen op bij het hotel en nemen de metro naar het centraal station. Daar staat al een bus klaar die ons in 3 kwartier naar de luchthaven brengt. Daar zijn de procedures probleemloos maar ook eindeloos: er hebben toch zo’n stuk of 5 mensen onze papieren bekeken, gestempeld en goedgekeurd voordat we mogen boarden.
Aan boord doen 3 babies een huilwedstrijd, het gaat van dramatisch naar hilarisch en weer terug. Gelukkig hebben we beiden nog een fijn boek om ons op te richten en zo is Amsterdam snel bereikt. Precies volgens schema landen we en jawel, daar staan Harro & Martijn al klaar om ons naar huis te brengen. Het einde van een avontuurlijke, boeiende en gezellige vakantie!

Zuid-Afrika, Swasiland en Lesotho

Zuid-Afrika, Swasiland en Lesotho

De Baobab-reis Zuid-Afrika, Swasiland en Lesotho wordt afwisselend van noord naar zuid en van zuid naar noord uitgevoerd. Wij volgen de route van zuid naar noord: Kaapstad naar Johannesburg. Het plaatje geeft de route goed weer, al reizen we dus “andersom”!

Donderdag 4 oktober – Vliegen

Donderdag 4 oktober – Vliegen

We zijn blij dat we pas eind van de middag vliegen. Nadat we allebei gewerkt hebben tot woensdagavond, gaat het grootste deel van de donderdag voorbij met restjes werk, ICT4FREE, tas pakken, huis opruimen, brunchen etc. etc. Uiteindelijk zitten we “lichtelijk buiten adem” om half 2 in de auto. Karst brengt ons naar Schiphol, zodat we met de auto kunnen.

 

We checken in (altijd een leuk spelletje: zien we al groepsleden?!) en drinken nog een bakkie met Karst. De vlucht naar Londen is kort, maar erg mooi. We zien Texel en boven Londen the Tower Bridge en the Milennium Wheel. De overstap is relaxed: we blijven in hetzelfde gebouw en kijken met een snackie vliegtuigen in de ondergaande zon.

 

Daarna inchecken bij gate 8 waar een enome rij mensen klaar staat om zich met ons in de Boeing 747-400 te proppen. De stoelen zijn wat krapjes, maar we hebben een eigen “flight entertainment centre” in het schermpje in de stoel voor ons. Het eten is laat, half 11, maar lekker en na een filmpje (Ocean’s 13) vallen we in slaap.

Zaterdag 20 oktober 2007 – Swasiland

Zaterdag 20 oktober 2007 – Swasiland

De dag begint opnieuw vroeg (no rest for the animal-spotting kind) en
om 6 uur zitten we in de bus terug naar Ndlovu Camp. Daar begint om
half 7 een game walk. Een wandeling door het gedeelte van het
parkt waar onder andere olifanten en neushoorns zitten! Onze gids
Johannes is “gewapend” met een stok en walkie talkie, waarmee hij (heel
zachtjes) in verbinding staat met de andere gidsen. We mogen alleen
zachtjes praten, moeten in een rijtje achter elkaar lopen en als we hem
op iets willen wijzen moeten we met onze vingers knippen. Na deze
uitleg zetten we de eerste stappen buiten het hek van ons kamp, op zoek
naar Groot Wild!

Het is spannend, om zo, zonder bescherming van de auto, door het park
te lopen. We zijn super-alert en als we dan ook nog van het pad
afwijken om echt op zoek te gaan naar neushoorns, stijgt het adrenaline
niveau naar recordhoogtes. Na 10 minuten en een impala op afstand is
het raak: een neushoorn, met jong! We bevriezen, tot onze gids de wind
gecontroleerd heeft en ons daarna meeneemt tot op wel 15 meter van deze
anderhalve ton wegende beesten! Het is magnefiek! Ze merkt ons wel op
en we moeten op ons hurken zitten tot ze weer rustig is, maar dan
begint de gids uitleg te geven en kunnen we uitgebreid foto’s maken. Ze
verdwijnt rustig grazend tussen de bosjes. Hoera, wat een ervaring!

De rest van de tocht zien we nog een broedende vrouwtjestruisvogel, 2
gnoe’s, blauwsijsjes, gieren, nog een neushoorn met jong, deze keer van nog geen 10 meter, en een skopsuiltje. Als we aan de
terugtocht beginnen, horen we ineens – op een paar honderd meter
afstand – het getrompetter van een olifant De gids zegt onmiddellijk
dat hij denkt dat de andere helft van de groep is aangevallen door een
olifant! Dat blijkt later ook zo te zijn: de olifant had een jong dat
de gids te laat zag, waardoor ze te dichtbij kwamen. Hij reageert
gelukkig goed: met een gegooide stok leidt hij de aandacht van het
beest naar zichzelf en kan de groep onder begeleiding van Kobus
wegrennen.

Als wij op de plek van de aanval komen zien we alle sporen, maar
(gelukkig) geen olifanten. We bekijken iets verderop nog wel uitgebreid
wat hardwerkende mestkevers. Als we daarvan weglopen knipt Eddy ineens
heftig met zijn vingers: een mannetjesolifant, op een meter of 25
afstand. Hij staat stil, oren breeduit, slurf op de grond onze kant op,
klaar om aan te vallen. We bevriezen en heel langzaam lopen we daarna
achteruit. Gelukkig gaat alles goed: de olifant wordt rustig en we
weten nog wat plaatjes te maken… van grote afstand.


Zonder verdere avonturen komen we terug in het kamp, waar we bij het
ontbijt de verhalen van de geschrokken groepsgenoten horen.Na het eten
wachten we tot onze kamers klaar zijn en daarna liggen we een uurtje op
bed te lezen. Om 13 uur is er lunch en de rest van de middag zitten we
met een boekje, een verrekijker en  een fototoestel bij de
waterplaats. Aan het einde van de middag, als de rest van de groep net
weg is om zich op te knappen, krijgen we onze toegift. We hebben dan al
weer allerlei beesten gezien, maar nu zien we 4 volwassen olifanten en
2 jongen in het zonlicht bij het water komen drinken. Ze zijn er maar
15 minuten, maar we genieten steeds weer van deze schitterende kolossen!

We sluiten de dag af met een gamedrive. De bedoeling is om eerst even
door het grote deel van het kamp te rijden waar olifanten en neushoorns
voorkomen, om vervolgens zo snel mogelijk op zoek te gaan naar leeuwen.
Het begint al verwarrend, als we in de auto komen bij 2 Fransen met hun
kinderen (die gelukkig muisstil zijn) en een half uur later dan gepland
vertrekken. We zien op de hele gamedrive geen leeuwen (hoewel wel
olifanten, heeeeel erg dichtbij) en na anderhalf uur horen we ineens
dat we terug moeten om te eten. De andere groep gaat nog wel even terug
want de chauffeur moet een hek openmaken voor iemand anders. Wij staan
eerst 10 minuten stil, dan worden wij terug gebracht en gaat de
chauffeur met de Fransen snel terug. Als onze groepsgenoten na 20 
minuten ook aankomen, blijken ze leeuwen te hebben gezien!

We
zijn wat geirriteerd over al het “gedoe” al zijn we erg blij dat zij
wel leeuwen hebben gezien. Als het eten vervolgens nog een uur op zich
laat wchten ivm een dansvoorstelling voor een andere groep en Kobus
aankondigt dat we de volgende dag een ander programma hebben omdat hij
de rugby-finale (Zuid-Afrika tegen Engeland) die avond niet kan zien en
morgen de herhaling hoopt te halen, zijn we even klaar met vandaag. We
eten in stilte en vertrekken vroeg naar bed, na een rommelig einde van
een verder zo gave dag.

Vrijdag 5 oktober – Kaapstad

Vrijdag 5 oktober – Kaapstad

De nacht is kort en we slapen wat onrustig. Rond half 6 zijn we allebei wakker. Het uitzicht is prachtig, over de rode zandduinen van Namibie. Na een snel ontbijt zijn we rond kwart voor 8 boven Kaapstad, waar we een prachtig uitzicht hebben op de Tafelberg en Robbeneiland.

Na de landing maken we kennis met de (lekker kleine) groep, bestaande uit Cees en Wilma, Cees en Anneke, Sietse en Janneke, Jan en Trijnie en Eddy en Esther.

We worden  bovendien opgewacht door reisleider Kobus de Jonge, een echte “Boer” en afstammeling van de oorspronkelijke Nederlandse immigranten. Hij heeft zijn eigen tourcompany en valt in voor de onverwacht uitgevallen Baobab-reisleider. Kobus praat “Nederkaans” met ons, zijn eigen mengeling van Afrikaans en Nederlands en meteen in het eerste praatje moeten we erg lachen om elkaars taalgebruik. Hij gebruikt woorden als “prikkelpoppie”(mooi meisje), “scootrekenaar” (laptop) en “snaaksigkeit” (achterbaksheid).

Hij neemt ons, omdat het weer geweldig is en er voor morgen regen op het programma staat, meteen mee naar de Tafelberg. Met het kabelbaantje waarvan elke cabine ronddraait gaan we omhoog. Het is heerlijk fris boven en het uitzicht is adembenemend. We kijken over de hele baai uit en genieten.

Na een uurtje boven brengt Kobus ons naar het Waterfront, waar we de tijd doorbrengen met lunch en een beetje winkelen, zodat we uiteindelijk rond half 3 inchecken in hotel Tulip Inn.

 

We hebben een simpele, maar lekker rustige kamer op de 6e verdieping, waar we douchen en een uurtje slapen. Daarna besluiten we dat het eigenlijk zonde is om niet nog even te genieten van het weer en trekken we samen de stad in. We lopen naar de Compagnietuinen, rond 1650 aangelegd door Jan van Riebeeck, de stichter van het huidige Kaapstad. Oorspronkelijk werd hier fruit en groente verbouwd voor de zeelieden: later werd het een siertuin. Het is lekker weer, de tuinen zijn mooi en overal rennen eekhoorntjes rond. Na nog een beetje dwalen in de omgeving gaan we als de winkels sluiten naar het hotel terug.

 

‘s Avonds eten we bij een erg gezellig wild-restaurant: Martijn eet carpaccio van kudu, struisvogel, kokodil en springbok, gevolgd door een pittige goulash. Karin eet camembert, gevolgd door springbok. Rond half 10 worden we opgehaald door Kobus; terug in het hotel zijn we binnen een paar minuten onder zeil!

Zaterdag 6 oktober – Franschhoek en Botanische Tuinen

Zaterdag 6 oktober – Franschhoek en Botanische Tuinen

Het ontbijt blijkt zowaar erg luxe: we kunnen eieren door een kok
laten “bewerken” en verder kiezen uit vers fruit, broodjes, thee,
koffie, etc. Na een stevige hap zitten we keurig om 8 uur beneden, in
de verwachting dat we naar de Kaap gaan. Kobus heeft echter anders
besloten. Het weer wordt morgen nog slechter dan vandaag en
belangrijker: morgen is het zondag en kunnen we geen wijn gaan proeven.
Daarom geeft hij ons een half uurtje “geschiedenisles” over Zuid-Afrika
en neemt ons daarna mee voor een korte stadsrondrit en een bezoekje aan
de Compagnietuinen. We zijn blij dat we gisteren plaatjes hebben
geschoten want het is grijs vandaag en af en toe valt er een spatje
regen.

Vervolgens is het wijntijd. We rijden naar wijnhuis Fairview,
in de buurt van Franschhoek, waar we voor het ongelooflijke bedrag van
15 Rand (ongeveer 1,50 euro) een keuze kunnen maken uit bijna 30 wijnen
en allerlei kaassoorten. Het is nog wat vroeg voor een echte
slemppartij, maar we genieten wel van achtereenvolgens een
sauvignon blanc, een Goats do Roam rosé en vervolgens nog 4 rode
wijnen, waarvan met name de Goatfather (een speciale blend van het
huis) en een Mourvedre echt heel erg lekker zijn. Ook de kazen zijn om
je vingers bij op te eten: vooral de camembert en een Bley,
een zachte kaas die een beetje lijkt op een kruising tussen brie
en een port salut, zijn heerlijk.

Kobus haalt ons na ongeveer 2 uur weer op. Hij heeft in de
tussentijd geld op de bank gezet. We hebben hem allemaal een vast
bedrag gegeven, waarvan hij deze reis alle fooien en entrees betaald.
Als we extra dingen doen betalen we het zelf of betalen we hem
extra: als we ergens niet aan mee doen, krijgen we het geld terug. Om
te zorgen dat we geen van allen met een te groot bedrag rondlopen, zet
hij alles op een speciale rekening, waar hij telkens kleine beetjes van
afhaalt.

We maken een lunchstop in Franschhoek, genoemd naar de vele Fransen
die hier kwamen en onder andere de kunst van het wijn maken
verbeterden. Tot die tijd stond Zuid-Afrikaanse wijn te boek als bocht,
maar vooral de Fransen hebben het gemaakt tot wat het nu is. Koken
kunnen de Fransen ook en Franschhoek staat vooral bekend om de vele
restaurantjes en eetgelegenheden: iets voor elke smaak en elke
portemonnee. We kiezen een broodjeszaak uit, waar we elk een enorme
sandwich eten. Het valt ons, net als gisteren, op dat het eten van
uitstekende kwaliteit is, dat de porties enorm zijn en alles erg
goed te betalen is. Dat wordt lijnen als we terug komen…

Na het eten maken we nog even een rondje: we bekijken het
kleine kerkje en dwalen wat langs de winkeltjes. Daarna is het
weer tijd voor de bus. Het weer is inmiddels behoorlijk verslechterd.
De temperatuur is flink gezakt en het regent. Daarmee beperken we
het geplande bezoek aan Stellenbosch tot een bezoekje aan “Ome Sam se
Winkel”, een winkel die sinds 1904 van alles en nog wat verkoopt. Erg
leuk : het staat er stampvol onzin en het gebouw zelf is
oorspronkelijk. Daarna rijden we terug naar Kaapstad waar we 2 1/2 uur
doorbrengen in de Kirstenbosch Botanische Tuinen. Deze enorme
tuinen beslaan een terrein van 36 hectare en bevatten (bijna)
alle inheemse planten, struiken en bomen van Zuid-Afrika. Erg mooi en
de vele kleurige vogeltjes maken het helemaal af!

Daarna zijn we wel een beetje klaar met alles. Na een half uurtje
opknappen in de hotelkamer, brengt Kobus ons naar de Waterfront, waar
we samen met groepsgenoten Anneke en Cees eten bij een Grieks
visrestaurant. Martijn een platvisje en Karin een pul (!) grote
garnalen en allebei yoghurt met nootjes en honing toe. Het is erg
gezellig en het eten lekker, dus de tijd vliegt. Uiteindelijk zijn we
rond 10 uur – opnieuw dankzij Kobus, die we nu al 1 van de meest
servicegerichte reisleiders ever vinden – terug in het hotel. We slapen
net zo snel als gisteren!

Zondag 7 oktober 2007 – Kaap

Zondag 7 oktober 2007 – Kaap

Bij het opstaan is het koud en regenachtig. Met een graad of 10 – later
13 – is het uitzonderlijk koud en nat voor de tijd van het jaar. We
besluiten ons er weinig van aan te trekken, maar nemen wel een extra
trui mee. We vertrekken na het ontbijt vroeg naar Valsbaai, zo genoemd
omdat de eerste Europeanen dachten dat ze in de baai van Kaapstad waren
geland. Iin feite keken ze op de achterkant van de Tafelberg in plaats
van op de voorkant.

Op weg ernaar toe stoppen we langs de weg, met uitzicht op zee en
er blijken walvissen vlak bij de kust te zijn, de Southern Right Whale
(Zuidkapers)! Ze komen daar om te baren: er is veel voedsel en ze
hebben er bescherming tegen haaien. Het is een machtig gezicht al zegt
Kobus dat we ze van nog veel dichterbij gaan zien. We rijden door naar
Boulders Beach bij Simon’s Stad waar we een kolonie van Zuidafrikaanse
pinguins vanaf vlonders kunnen bekijken. Een geweldig gezicht: we
kunnen dichtbij komen en ze scharrelen onbekommerd rond; de kleintjes
pluizig in de rui.

Daarna rijden we door naar Kaap de Goede Hoop, waar het hard waait,
maar niet regent. De zon breekt zelfs even door. We worden
gefotografeerd bij HET bord en daarna rijden we door naar De Kaappunt,
feitelijk het meest Zuidwestelijke puntje van het continent. We nemen
een soort kabelbaantje omhoog en Martijn klimt dan nog hoger naar de
vuurtoren. Hij ziet walvissen vlak onder de kust en maakt prachtige
plaatjes. Karin is jaloers en blij dat ze er al wat heeft gezien. We
lunchen in het restaurant (opnieuw veel, lekker en goed te betalen) en
als we naar  buiten komen blijken er twee walvissen onder de kust
net onder het restaurant te zwemmen. Karin is helemaal opgetogen: wat
een traktatie en dat zonder te klimmen! Op de weg terug zien we bavianen: grote, kleintjes en 1 zonder arm en
poot aan de linkerkant. Zo vlak naast de weg als ze zitten, zijn we
niet verbaasd!

In het hotel werken we de site bij en om 18 uur stappen we in het busje
naar Signal Hill, om daar de zonsondergang te fotograferen. Hoewel we
wat mooie plaatjes van de zon door een regenbui krijgen, missen we door
de grote hoeveelheid wolken en regen de echte ondergang. We moeten we
erg lachen om een bus vol Japanse toeristen die binnen 10 minuten uit
en weer in de bus is, alle 45!

Samen met Eddy, Esther, Anneke en Cees eten we bij de Mexicaan.
Margharita (Karin) en Long Island Icetea (Martijn) erbij en we zijn
helemaal blij. We duiken vroeg ons mandje in: morgen vertrekken we uit
Kaapstad!

Maandag 8 oktober 2007 – naar Oudtshoorn

Maandag 8 oktober 2007 – naar Oudtshoorn

Vandaag vertrekken we uit Kaapstad. Via kustplaatsen vol “aftreders”
(gepensioneerden) rijden we langs het water. We stoppen vlak bij
Hermanus, waar we opnieuw Zuidkapers vlak bij de kust zien! Ze zijn met
het blote oog al goed waar te nemen en we maken veel plaatjes van deze
prachtige beesten.

In Hermanus drinken we koffie, waarna we op zoek gaan naar “wild”.
We zien schattige Klipdassies (rock hyraxes), die heel stil blijven
zitten, ook als we heel dichtbij komen. We horen dat Klipdassies de
naaste levende verwant van de olifant zijn! Daarna worden onze ogen
onverbiddelijk getrokken door de machtige walvissen, die hier tot op 50
meter van de kust komen. We maken foto’s uiteraard, onder andere van de
Zuidkaper die tot halverwege het water uitkomt. Als Kobus ons vertelt
dat de boottocht niet doorgaat omdat de golven te hoog zijn, vinden we
het niet eens erg. Wat een traktatie!


Via de Tuinroute rijden we naar Stellendam. Golvende velden, prachtige
bloemen, rietbokken in de weilanden… het is jammer dat het opnieuw
grijs en regenachtig is vandaag, maar verder genieten we!

De lunch in Stellendam is traditioneel, in een oude Drosty, een
grote boerderij waar de plaatselijke regent woonde. We genieten van
vers brood (Roosterkoek) met heerlijk zachte kaas (Karin) en een quiche
(Martijn) en kijken nog snel even wat rond. De rest van de route is
prachtig. Onderweg zien we veel vogels: een orange breasted sunbird,
een jackhalsvogel, een steppenarend, blauwe kraanvogels, een
geelbekvalk, felgekleurde wevervogels en zelfs een heilige ibis. In het
donker komen we uiteindelijk in Oudtshoorn aan. We delen een werkelijk
enorme cabin met Esther en Eddy en na een korte opfris sessie en een
uurtje in heerlijke stilte lezen, eten we bij Jemima. Dat blijkt
terecht bekend te staan als een van de beste restaurants van
Zuid-Afrika. We eten venison en – hoe kan het hier ook anders –
struisvogel (“volstruis”). ’s Avonds vallen we bekaf in ons bed!